Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
7.1.3.1 Gesubstantiveerde hoofdtelwoorden met -en
In sommige combinaties krijgt het hoofdtelwoord de uitgang -en:
  • voorzetsel + hoofdtelwoord + -en: in tweeën breken, geen van drieën
  • persoonlijk voornaamwoord + hoofdtelwoord + -en: wij tweeën, jullie vieren
  • met + onbeklemtoond bezittelijk voornaamwoord + hoofdtelwoord + -en: met z’n tweeën, met z'n tienen
Zie ook 14.5.3.10. Het gebruik van -en in voorbeelden als honderden gewonden en miljoenen jaren komt ter sprake in 7.1.2.1.
Verder lezen
Voorzetsel + hoofdtelwoord + -en
Gesubstantiveerde hoofdtelwoorden met de uitgang -en komen voor na voorzetsels, zoals in de volgende voorbeelden:
1Het vliegtuig brak in tweeën toen het een noodlanding moest maken.
2Geen van drieën haalde de kwartfinales van het veertigjarige evenement in Ahoy.
3Het is van tweeën een: of de grote kartels zijn er gewoon niet, of ze zijn zo professioneel opgezet dat ze niet te ontdekken zijn.
4Hoogstens bij echt ingewikkelde maatwisselingen noteerde ik of de dirigent het in vieren, in tweeën of in enen deed.
Internet  geraadpleegd op 17-2-2022
Het is van tweeën een in 3 is een vaste uitdrukking.
In bepaalde gevallen komt dit zelfstandig gebruik na een voorzetsel ook wel voor zonder de uitgang -en, zoals in rekenkundige bewerkingen (5-6), of in een aantal andere constructies (7-8):
5Twaalf gedeeld door twee is zes.
6Vermenigvuldigd met tien komt het cijfer dicht bij de 527.000.
7De kinderen staan twee aan twee in de rij.
8Normaal was het acht tegen acht, maar als wij meededen was het bij wijze van spreken tien tegen zes .
Vooral in België komt bij werkwoorden als breken, knippen en snijden naast in tweeën, zoals in 1, ook in twee voor:
9De klap moet enorm geweest zijn, want de wagen brak in twee. vooral in BN: ST? Deze constructie komt af en toe voor in standaardtalige contexten, vooral in het Belgische Nederlands. Het is echter op basis van de beschikbare gebruiksdata niet duidelijk of de constructie tot de standaardtaal behoort.
Een geval apart vormen tijdsaanduidingen op basis van de klok. Als men de tijd bij benadering geeft, gebeurt dit met -en (10-11), bij precieze tijdsaanduidingen zonder (12-13):
10Woensdag iets voor de klok van vijven weten we wie zich de eerste virtuele wereldkampioen wielrennen mag noemen.
11Boven de deuren hangt een grote klok, waarvan de wijzers onveranderlijk op even voor drieën wijzen.
12Om kwart over acht heeft hij er al ruim vijftig genoteerd, zodat de opkomst op dit stembureau inmiddels op tien procent zit.
13Het debat begint om tien voor tien.
Kloktijdgrammatica
Verdieping
Kloktijdgrammatica
Levelt (2006) bespreekt de ‘regels’ van de Nederlandse ‘kloktijdgrammatica’. In tegenstelling tot andere talen, bijvoorbeeld het Engels, worden bij het kloklezen in het Nederlands twee referentietijden gebruikt: het hele uur en het halve uur. We zeggen bijvoorbeeld vijf uur als de grote wijzer op 12 staat en de kleine precies op 5. Daarna spreken we van één over vijf, twee over vijf, …, kwart over vijf, zestien over vijf… Volgens Levelt gaat dit door tot negentien over vijf en verandert bij twintig minuten over het uur de referentietijd naar het halve uur, dus bijvoorbeeld tien voor half zes.
Bij deze zogenaamde ‘halfuurreferentie’ wordt het uur dat nog moet komen genoemd, dus 5 + 1 = 6 > half 6. De halfuurreferentie gaat door tot tien over half zes, waarna er gewisseld wordt naar het volgende volle uur (nl. zes uur), waarbij het aantal minuten vóór het uur genoemd wordt, dus negentien voor zes, …, kwart voor zes, …, vijf voor zes, etc.
Soms kan ook het woord minuten worden toegevoegd aan de formulering (vijf minuten voor zes). Deze tijdsaanduiding wordt ‘relatief’ genoemd, aangezien er steeds vertrokken wordt vanuit de twee referentietijden. Daarnaast bestaat ook nog de ‘absolute’ tijdsaanduiding: zo kan kwart voor zes ook gelezen worden als vijf uur vijfenveertig. Het absolute aantal minuten wordt in dat geval doorgeteld tot het volgende hele uur. Deze absolute tijdsaanduiding wordt door Levelt als formeler beschouwd.
Ook onbepaalde hoofdtelwoorden kunnen na een voorzetsel de uitgang -en krijgen, zoals in de voorbeelden 14-16. Een verschil met de bepaalde hoofdtelwoorden is dat deze constructie alleen mogelijk is als naar personen verwezen wordt.
14Maar hun nakomelingen zijn met velen en hun cultuur is springlevend in de bergen van Guatemala.
15Nu is dat slechts aan weinigen voorbehouden, want we hebben het hier wel over varkensvlees.
16Het werk wordt gedaan door enkelen die niet meedoen aan de staking, en de directie.
De vorm beiden, zoals in de zin Aan beiden gaf hij een bloem wijkt af van bovenstaande gevallen van hoofdtelwoorden met -en na een voorzetsel. De uitgang -n bij beide duidt hier niet enkel meervoud aan, maar geeft aan dat er naar personen verwezen wordt, vgl. Ik reis graag met de auto maar ook met de trein, in beide voel ik me comfortabel.
Persoonlijk voornaamwoord + hoofdtelwoord + -en
In combinatie met een persoonlijk voornaamwoord van de 1ste, 2de of 3de persoon meervoud kan een bepaald hoofdtelwoord ook de uitgang -(e)n krijgen. Het telwoord is dan een soort nabepaling bij het persoonlijk voornaamwoord en duidt het aantal (de kardinaliteit) van de groep aan waarnaar het persoonlijk voornaamwoord verwijst:
17Maar dat is logisch: Papa en Sofie, dat kunnen alleen wij tweeën zijn.
18We zijn een team van negen. Wij vijven ontvangen applaus, maar die vier technici zijn van levensbelang.
19Het voordeel hiervan is dat jullie beiden vertrouwen hebben in die persoon.
20Jullie drieën zijn daarvoor volledig verantwoordelijk.
Met deze constructie wordt altijd naar personen verwezen.
Dit in tegenstelling tot constructies met alle als nabepaling bij een persoonlijk voornaamwoord: zo verwijst Ik heb ze allen gisteren gezien naar een groep personen (bijv. als antwoord op de vraag Waar zijn de nieuwe leerlingen?), terwijl Ik heb ze alle gisteren gezien naar een groep van niet bezielde objecten kan verwijzen (bijv. als antwoord op de vraag Waar zijn de nieuwe boeken?
Wij gedrieën?
Verdieping
Wij gedrieën?
Vooral in België komen in deze constructie ook wel vormen van het telwoord met ge- voor, maar dit gebruik wordt niet als standaardtaal beschouwd:
iWij gedrieën zorgen voor alles. vooral in BN: -ST Deze vorm komt af en toe voor in standaardtalige contexten, vooral in het Belgische Nederlands, maar maakt geen deel uit van de standaardtaal.
In de standaardtaal zijn dergelijke vormen beperkt tot predicatief gebruik:
iiPlots stonden ze weer gedrieën bijeen, in de krant eind oktober.
Met + onbeklemtoond bezittelijk voornaamwoord + hoofdtelwoord + -en
Deze constructie komt voor in een zin als Wij gaan met z'n drieën. Het telwoord met uitgang -en wordt hierbij gecombineerd met het voorzetsel met en een onbeklemtoond bezittelijk voornaamwoord. Het bezittelijk voornaamwoord in deze constructie (in dit geval z’n) hoeft qua persoon en getal niet overeen te komen met het persoonlijk voornaamwoord (in dit geval wij). Met deze constructie kan uitsluitend naar personen verwezen worden. Andere voorbeelden zijn:
Zie 7.1.3.2 voor het gebruik van verkleinwoordvormen van het telwoord in deze constructie, bijv. met z’n drietjes.
21De vergaderzolder is heel klein. Daar kan je niet met z'n twintigen zitten.
22Met hun tienen zijn ze, allemaal vrijwilligsters, moeders met een baan, met diploma's zelfs.
23Geen nood, volgend jaar trekken we met ons beiden naar Denemarken.
In deze constructie kunnen, in tegenstelling tot de andere constructies, ook telwoorden voorkomen die grotere getallen aanduiden:
24Ze zijn met z'n zestigen helemaal uit Mill Point, West-Virginia gekomen.
25Met z'n honderdvijftigen kunnen Kamerleden die kwaliteiten niet voortdurend tegelijk etaleren.
26Dan huren ze een grote disco af en vieren ze met z'n duizenden hun eigen feestje.
Deze constructie kent ook enkele varianten. Zo kan deze, vooral in België, ook voorkomen zonder bezittelijk voornaamwoord, zoals in 27, maar dit gebruik wordt niet als standaardtaal beschouwd. Daarnaast komt deze variant ook zonder -en voor, ook vooral in het Belgisch-Nederlands, zoals in 28. Deze wordt wel geaccepteerd als standaardtaal.
27Met vijven zijn ze intussen, de Egyptenaren van SK Lierse. vooral in BN: -ST Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in het Belgische Nederlands, maar maakt volgens Taaladvies.net  geen deel uit van de standaardtaal.
28We zijn met vijf thuis, dat is altijd ambiance. vooral in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in het Belgische Nederlands, en kan als deel van de standaardtaal worden beschouwd. Ook volgens Taaladvies.net  behoort dit gebruik tot de standaardtaal.
Ook het onbepaalde hoofdtelwoord hoeveel kan in deze constructie met de uitgang -en voorkomen, mits er naar mensen wordt verwezen:
29Met z'n hoevelen zijn we morgen ook alweer?
In tegenstelling tot hoeveel kunnen vormen als veel, zoveel maar ook weinig niet in deze constructie gebruikt worden (dus met z’n velen/zovelen/weinigenuitgesloten). Wel mogelijk is een constructie met alleen het voorzetsel met, zoals in de voorbeelden 30-31. Ook deze constructie is enkel mogelijk als er uitsluitend naar personen verwezen wordt.
30Maar hun nakomelingen zijn met velen en hun cultuur is springlevend in de bergen van Guatemala.
31„Wij zijn met weinigen, maar we zijn als guerrillastrijders”, zegt hij over zijn team.
Ook van deze constructie bestaat een variant zonder -en:
32Ze zijn aanwezig, maar ze zijn met weinig.
33En ze zijn met veel: de website trekt maandelijks vier miljoen unieke bezoekers.
Met ons gedrieën?
Verdieping
Met ons gedrieën?
In België komt ook een variant voor met ge- (zie ook wij gedrieën vooral in BN: -ST Deze vorm komt af en toe voor in standaardtalige contexten, vooral in het Belgische Nederlands, maar maakt geen deel uit van de standaardtaal. hierboven), maar die wordt niet tot de standaardtaal gerekend:
iWe zijn toen met ons gedrieën gaan eten. in BN: -ST Dit gebruik komt af en toe voor in standaardtalige contexten in het Belgische Nederlands, maar maakt volgens Taaladvies.net  geen deel uit van de standaardtaal.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    3.0 Kathy Rys november 2023
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997 hoofdstuk 7,../../data/archief/ans2/e-ans/07/body.html;
    Interessante links
    gesubstantiveerd hoofdtelwoordverbogen telwoordtelwoord op -en