12.4.2.2.6 De vorming van vrouwelijke persoonsnamen
Op basis van persoonsnamen kunnen specifiek vrouwelijke persoonsnamen gevormd worden door middel
van suffigering. Bij uitheemse basiswoorden is daarbij
sprake van vervanging van een suffix door een specifiek vrouwelijk suffix. Hier
volgt een overzicht van de mogelijkheden:
Tabel 1. De afleiding van vrouwelijke persoonsnamen
suffix | type basiswoord | basiswoord | vrouwelijke persoonsnaam |
-e ə | persoonsnaam | fotograaf | fotográf-e |
geografisch adjectief | Amsterdam-s | Amsterdáms-e | |
-es ɛs | persoonsnaam | voogd | voogd-és |
persoonsnaam op -aar | zond-aar | zondar-és | |
persoonsnaam op -er | zang-er | zanger-és | |
-in ɪn | persoonsnaam/dierennaam | leeuw | leeuw-ín |
-is ɪs | persoonsnaam | abt | abd-ís |
-se sə | persoonsnaam | dominee | dóminee-se |
-ster stər | persoonsnaam op -aar | wandel-aar | wándelaar-ster |
persoonsnaam op -ier | winkel-ier | winkelíer-ster | |
persoonsnaam op –er | werk-er | wérk-ster | |
-esse ɛsə | persoonsnaam op -aris | secret-aris | secretar-ésse |
-ette ɛtə | substantief | mode | modin-étte |
adjectief | bruin | brun-étte | |
-euse øsə | persoonsnaam op -eur | mass-eur | mass-éuse |
-ine inə | adjectief | blond | blond-íne |
-iëre jɛ:rə | persoonsnaam op -ier | cabaret-ier | cabaret-ière |
-a a | persoonsnaam op -us | historic-us | históri-ca |
-rice risə | persoonsnaam op -eur | inspect-eur | inspect-ríce |
-rix rɪks | persoonsnaam op -or | rect-or | réct-rix |
De suffixen, of achtervoegsels, -e en -ster zijn productief, maar de andere zoals
-es, -is, -in en -se,
niet. Bij de uitheemse suffixen
-esse, -euse, -ière, -a, -rice en -rix is er
steeds sprake van een basiswoord met een specifiek suffix, dat dan vervangen
wordt door het vrouwelijke suffix. De woorden met deze uitheemse suffixen zijn
vaak leenwoorden.
Het suffix -ster wordt toegevoegd aan woorden op -aar of -ier; in het
geval van persoonsnamen op -er lijkt -er te worden vervangen door -ster. Er is ook een andere analysemogelijkheid, namelijk dat
-ster direct is aangehecht aan een
werkwoordstam als werk of een
substantief als VVD.
Het achtervoegsel -se
sə komt voor
in enkele archaïsche of regionaal (in Nederland) gebruikte woorden als
domineese,
kasteleinse,
kosterse en
schipperse, met als
betekenis 'vrouw van de door het basiswoord genoemde persoon'.
Kasteleinse kan ook
'vrouwelijke kastelein' betekenen.
Het achtervoegsel -egge ɛɣə komt alleen voor in dievégge (naast mannelijk: dief).
De woorden op -euse, -rice en -ière kunnen ook worden geanalyseerd als woorden met het suffix -e. In dat geval moeten de stammen van deze woorden, zoals monteus en inspectric, opgevat worden als allomorfen van de corresponderende mannelijke persoonsnamen.
Het is niet zo dat het suffix -e overal gebruikt kan worden, waar niet een van de andere suffixen aan de orde is. Zo is voor de volgende persoonsnamen geen vrouwelijke tegenhanger op -e mogelijk:
Tabel 2. Geen vrouwelijke persoonsnaam beschikbaar
persoonsnaam | onwelgevormde vrouwelijke persoonsnaam |
auteur | *auteur-e, *auteus-e, *autric-e |
ingenieur | *ingenieuse |
minister | *ministere |
professor | *professore |
Woorden op -ant, -ent of -ist hebben daarentegen altijd de mogelijkheid het
suffix -e toe te voegen, zoals in
collectant-e,
docent-e,
typist-e. Dit impliceert dat
de keuze van -e mede bepaald wordt door specifieke
morfologische eigenschappen van het basiswoord.
Als er geen vrouwelijke persoonsnaam gemaakt kan worden zijn er nog andere middelen beschikbaar om naar een vrouw te verwijzen. Eem voorbeeld is de aanspreekvorm Mevrouw de minister. Naast samenstellingen op -man zoals timmerman kunnen samenstellingen op vrouw worden gevormd, zoals timmervrouw.
De vraag of er voor een functie van een vrouw een specifieke vrouwelijke persoonsnaam moet worden gekozen is
regelmatig onderwerp van discussie. Mag of moet een vrouw zich bijvoorbeeld
coördinatrice noemen of is
coördinator beter? Voor veel
functienamen bestaat tegenwoordig de voorkeur voor genderinclusieve namen . Daarom spreekt
men ook bij vrouwen in die functies van bijvoorbeeld een
directeur of een
rector.
Zie ook De Caluwe & van Santen (2001).
Literatuur
Van Marle (1985), Van Santen (1992a), De Caluwe & van Santen (2001)
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |