1.6.4.3 Woorden met klemtoonverschuivende suffixen
Een aantal adjectivische suffixen draagt niet zelf de hoofdklemtoon, maar brengt
deze op de voorafgaande syllabe, de laatste syllabe van het basiswoord.
Zie Schultink (1980) voor gedetailleerde observaties over deze
klemtoonpatronen.
Tabel 1. Woorden met klemtoonverschuivende suffixen
suffix | grondwoord | afgeleid woord |
-baar | óverdraag | overdráág-baar |
-elijk | vríéndschap | vriendschápp-elijk |
-end | úitmunt | uitmúnt-end |
-ig | dríéhoek | driehóék-ig |
-isch | áfgod | afgód-isch |
-lijk | áánzien | aanzíén-lijk |
-zaam | médedeel | mededéél-zaam |
De suffixen -baar en -end brengen alleen accentverschuiving van het
grondwoord teweeg, als dat grondwoord een scheidbaar samengesteld
werkwoord is, zoals óverdragen of úitmunten. Vergelijk de
volgende woorden met deze suffixen, maar dan afgeleid van een niet scheidbaar
werkwoord:
1beínvloed -
beínvloed-baar
árbeid -
árbeid-end
Het suffix -end wordt ook gebruikt om tegenwoordige
deelwoorden te maken, naast het gebruik als suffix voor bijvoeglijke
naamwoorden. In het eerste geval vindt geen klemtoonverschuiving plaats, omdat
in het Nederlands suffixen voor flexie altijd klemtoonneutraal zijn. Daardoor krijgen we woordparen als de
volgende:
Tabel 2. Woordparen met klemtoonverschil
tegenwoordig deelwoord | bijvoeglijk naamwoord |
méégaand | meegáánd |
nádenkend | nadénkend |
óplettend | opléttend |
úitdagend | uitdágend |
De tegenwoordige deelwoorden hebben dezelfde lexicale betekenis als hun
grondwoorden, maar de bijvoeglijke naamwoorden kunnen speciale betekenissen
hebben, en duiden dan in plaats van een gebeurtenis een eigenschap aan. Zo
betekent meegáánd dat iemand de eigenschap heeft zich soepel te schikken,
nadénkend betekent ‘peinzend’, en opléttend heeft de betekenis
‘aandachtig’.
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | september 2020 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 1,../../data/archief/ans2/e-ans/01/body.html; |