11.4 Een overzicht van tussenwerpsels
De tabel hieronder geeft een overzicht van bijna 90 Nederlandse tussenwerpsels.
Het is geen uitputtende lijst en niet alle vormen zijn noodzakelijkerwijs standaardtalig.
Zie Dhondt (2024) voor een problematisering van het beschrijven van een gesproken
standaardtaal.
Omdat tussenwerpsels vooral voorkomen in (informele) gesprekken, is dit overzicht
gebaseerd op het Corpus Gesproken Nederlands , een verzameling van opgenomen spraak in België en
Nederland. Die audiofragmenten zijn getranscribeerd (uitgeschreven), en per woord is
informatie over de woordsoort toegevoegd. In de tabel zijn alleen die vormen opgenomen die
in het corpus gemarkeerd zijn als tussenwerpsel én 50 keer of meer voorkomen.Voor elk tussenwerpsel wordt aangegeven hoe vaak het voorkomt in het corpus in totaal, in
het Nederlandse deel, en in het Belgische deel. Voor het totaal gaat het om het absolute
aantal voorkomens. Voor het Nederlandse en het Belgische deel wordt aangegeven hoe vaak
een tussenwerpsel voorkomt per 1 miljoen woorden in dat deel van het corpus.
De tabel is gebaseerd op een versie van het CGN die in totaal uit 8.940.098 tokens
(woorden, leestekens en getallen) bestaat. Het Nederlandse deel is 5.564.644 tokens
groot, het Belgische deel 3.285.631 groot.
De tabel is daarop te sorteren. Zo zien we bijvoorbeeld dat de tussenwerpsels
ja,
uh en
nee het meest gebruikt worden in het corpus,
dat doeg alleen maar voorkomt in het
Nederlandse deel, en awel alleen in het
Belgische. Op basis van deze gegevens en informatie uit andere bronnen
Voor sommige tussenwerpsels is, geïnspireerd door de methode die wordt voorgesteld in
Dhondt (2024), ook geschreven taal geraadpleegd, namelijk het krantendeel van het
OpenSoNaR-corpus. Daarnaast is er gebruik gemaakt van Van Dale (Den Boon, Hendrickx
& Van der Sijs 2022), het Stijlboek T800 van de VRT, en het Vlaams
Woordenboek .
zijn er ook variatielabels toegekend; ook daar is de tabel op te sorteren. Verder
wordt het gebruik van de tussenwerpsels geïllustreerd met behulp van voorbeelden uit het corpus,
Voor de leesbaarheid zijn de voorbeelden vaak wat ingekort.
waarvan sommige ook te beluisteren zijn. Welke tussenwerpsels zijn
niet opgenomen?
Verdieping
Welke tussenwerpsels zijn
niet opgenomen?
Omdat de tabel gebaseerd is op de vormen die als
tussenwerpsel gemarkeerd zijn in het Corpus Gesproken Nederlands én 50 keer of meer
voorkomen, biedt die geen volledig overzicht van de tussenwerpsels in het
Nederlands.
Sommige veelgebruikte
tussenwerpsels ontbreken omdat ze niet als tussenwerpsel zijn aangemerkt in het
corpus. Dat geldt bijvoorbeeld voor god (of God), dat voornamelijk als zelfstandig
naamwoord is gemarkeerd, of zeg, dat voornamelijk als werkwoord is
gemarkeerd, ook als ze als tussenwerpsels gebruikt worden, zoals in God, wat goed, zeg! Hetzelfde
geldt voor wel en
nou: die zijn vrijwel
altijd gemarkeerd als bijwoord, ook als ze als tussenwerpsel gebruikt worden, zoals in
Wel, d'r is een beetje
verwarring en Nou, dat
is gigantisch.
Andere tussenwerpsels ontbreken omdat ze minder
dan 50 keer in het corpus voorkomen. Dat verklaart
waarom
goeiemorgen,
goeiemiddag
en goedemorgen bijvoorbeeld wel in de tabel
staan, maar vergelijkbare groeten niet
(goeienavond
46 keer,
goedemiddag
34 keer,
goedenavond
27 keer,
goeienacht
3 keer, en
goedenacht
0 keer). Ook
pardon
en
oeps
ontbreken omdat ze de drempelwaarde van 50 (net)
niet haalden, net als bijvoorbeeld (vooral)
Belgisch-Nederlands
excuseer,
salut
en
soit,
en (vooral) Nederlands-Nederlands
gut,
jemig
en
gadver.
Een kleine groep vormen is om een
andere reden niet opgenomen in de tabel. Ze zijn wel als tussenwerpsel aangemerkt in
het corpus en komen ook meer dan 50 keer voor. Zo zijn la (59 keer) en
sh (52 keer) niet opgenomen:
la fungeert alleen in combinaties als
(oh) la la als tussenwerpsel;
sh komt alleen voor in herhalingen,
namelijk drie à vijf keer sh achter
elkaar. Noch is weh (103
keer in het Belgische deel) onderdeel van de tabel, omdat dat een variant op wel lijkt te zijn, en wel zelf niet is opgenomen.
Bovendien zijn sommige tellingen samengevoegd, namelijk van vormen die qua uitspraak
erg op elkaar lijken, zoals hm en hum.
Verder lezen
Tabel 1. Meest voorkomende tussenwerpsels in het Corpus Gesproken Nederlands.
Tussenwerpsel | Label | Opmerking | Totaal aantal voorkomens (absoluut) | Aantal voorkomens in NN-deel (per 1 miljoen tokens) | Aantal voorkomens in BN-deel (per 1 miljoen tokens) | Voorbeeld |
ach | Vaste combinaties: ach ja, ach nee, ach god, ach man. | 1285 | 199,3 | 53,6 |
Hij heeft er ook nog plezier
in en, ach, waarom dus niet?
Ach,
zult u opperen, het gaat toch alleen maar om cannabis voor medisch
gebruik?
|
|
afijn | in NN, ST? Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022) classificeert afijn als informeel en spreektalig, waarbij spreektalig voor Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | Zie ook enfin. | 65 | 11,3 | 0,6 |
Jan fluistert ’t door aan
Kees Priem. Kees Priem fluistert ’t door aan Aad Van Den Hoek.
Afijn, dat gerucht ging zo van man tot
man.
|
a(h)
In het CHN wordt vrijwel uitsluitend de transcriptie
ah gebruikt, voor zowel de
uitspraak a
(zoals in maan) als
ɑ (zoals in
man).
|
Vaste combinaties: ah ja, ah nee, ah zo, ah oké. | 16618 | 446,6 | 4301,5 |
Ah, wat
oneerlijk. Ik kan daar niet tegen.
Hij heeft de universiteit
vaarwel gezegd. 'Ah, dat wist ik nog
niet.'
|
|
aha | 565 | 61,5 | 67,9 |
Aha, nu
komt de aap uit de mouw.
|
||
ai | Vaak verdubbeld: ai ai, ai ai ai, ook aiai, aiaiai, enz. | 361 | 7,9 | 96,5 |
Ai, het
spijt me.
Dus je was te laat op je
werk? -- Half uurtje. -- Ai ai ai, da's niet best,
hè?
|
|
allee | in BN, ST? Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022) classificeert allee als spreektalig, wat in Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | Ook allez. Vaste combinaties: allee ja, maar allee. | 7937 | 0,9 | 2414,1 |
We hebben ook het centrum
van Vichy verkend met een gids. Allee, ’t was eigenlijk
allemaal heel goed georganiseerd.
Hij begint een sigaret te te
... allee, hij begint een sigaret te
roken.
|
alsjeblieft | Zie ook alstublieft. | 206 | 29,1 | 13,4 |
Alsjeblieft, respecteer de stilte van het
bos!
Wil je daar
alsjeblieft even mee ophouden?
|
|
alstublieft | Zie ook alsjeblieft. | 87 | 6,8 | 14,9 |
Als u nog informatie heeft,
alstublieft, belt u dan met [dit
nummer].
’k Ga u wat koffie geven,
hè. – Ja, geef mij wat koffie. -- Alstublieft.-- Dank je
wel.
|
|
amai | in BN, ST? Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022) classificeert amai als spreektalig, wat in Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | 728 | 0,2 | 221,3 |
Amai,
mijn geheugen laat mij in de steek.
Een zeer mooie klimzaal
trouwens, met vijftig touwen. -- Amai. --
Ongelofelijk.
|
|
au | 81 | 12,9 | 2,7 |
Au, m’n
been!
|
||
awel | in BN, ST? Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022) classificeert awel als spreektalig, wat in Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | 2070 | 0 | 630,0 |
Waar geeft hij les? En op
welke locatie is dat dan? – Awel, in de Zwartezusterstraat,
hè. – Ah ja.
Ik heb trouwens daarstraks
door ’t rood gereden, echt knal door het rood. Awel, ’t
werd oranje en ’k dacht dat ’k het nog wel ging
halen.
|
|
bah | Vaste combinaties: ah bah, o bah, ja bah, hè bah, nee bah, bah ja, bah nee, bah bah. In Nederland vooral een expressief tussenwerpsel (afkeer), in België vaker een communicatief tussenwerpsel. | 455 | 23,0 | 99,5 |
Ik had geen zin om te koken,
bah.
Is dat niet te lastig? –
Bah, dat valt nog mee.
|
|
bla | Meestal verdubbeld: bla bla, bla bla bla, ook blabla, blablabla, enz. | 150 | 17,4 | 16,1 |
Hij is echt niet zo'n
vervelende jongen, of zo. Hij is altijd heel aardig en bla bla
bla.
Ja, we doen een sessie
dialect en een sessie standaardtaal, dus Belgisch en Nederlands-Nederlands. --
Ah ja, convergentie, divergentie, bla bla
bla.
|
|
bon | in BN, ST? Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022) classificeert bon als spreektalig, wat in Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | Vaste combinaties: ah bon, ja bon, . | 136 | 0 | 41,4 |
Tot een andere keer, hè. –
Ja bon, is goed.
|
bwa(h) | in BN, ST? Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022), maar komt wel voor in de lijst van te gebruiken tussenwerpsels in het Stijlboek T888 van de VRT (2017). | Zie ook mwa(h). | 260 | 1,3 | 77,0 |
Zeg, en hoe is 't met de
gezondheid? – Bwa, een beetje hoesten nog en
zo.
|
dag
Tellingen voor dag (94 NN, 219 BN, 313 totaal) en
daag (64 NN, 118
BN, 182 totaal) samengenomen.
|
In Nederland kan ja dag gebruikt worden voor 'nee’. | 495 | 28,4 | 102,6 |
Dag
Mia, tot straks.
Ja dag!
Dat ga ik dus niet doen!
|
|
doeg | in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | 78 | 14,0 | 0 |
Is goed.
Doeg!
|
|
doei | in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | In Nederland kan ja doei gebruikt worden voor 'nee’. | 222 | 39,4 | 0,9 |
Hé, tot zondag. -- Oké, tot
zondag. -- Hé, doei.
Toen had ik ook zoiets van
ja doei, ander keertje en anders maar helemaal
niet.
|
enfin | Zie ook afijn. | 964 | 15,3 | 267,5 |
’k Heb dat nog nooit
geweten, dat een dokter dat zo met een hamertje doet. Maar
enfin, misschien ligt dat aan
mij.
|
|
fff | in BN, ST? Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022). | Ook ff. Zie ook pf(f). | 85 | 0,2 | 25,6 |
Da's wel een,
fff, acht- à negenhonderd
kilometer.
|
foei | Vaak verdubbeld: foei foei, foei foei foei enz. | 57 | 5,0 | 8,8 |
Hè, vervelende hond! --
Foei!
Oh jongen, [ik heb het]
gisteren druk gehad, foei foei foei foei foei
foei.
|
|
gadverdamme | in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | Ook gadver en varianten als gadverdarrie. | 53 | 9,3 | 0,3 |
Al z'n boeken zaten onder de
spinazie! – Gadverdamme. – Dat was echt
goor.
|
godverdomme | Ook godver en varianten als godverdorie en godverdikke. | 100 | 11,7 | 10,7 |
Sorry dat 'k wat later bel,
hoor. -- Ja godverdomme, ik zit hier maar te wachten en te
wachten.
|
|
goedemorgen | Zie ook goeiemorgen. | 59 | 9,7 | 1,5 |
Hallo. -- Hai Sanne,
goedemorgen.
|
|
goeiemiddag | Ook goedemiddag. | 59 | 4,5 | 10,3 |
Goeiemiddag. -- Met Albert? – Ja,
goeiemiddag, Gerrit.
|
|
goeiemorgen | Zie ook goedemorgen. | 118 | 13,3 | 13,4 |
Goeiemorgen, welkom bij De Zevende
Dag.
Verspilling? Hoeveel? -- Ja,
anderhalf miljoen, geloof ik. –
Goeiemorgen!
|
|
goh | In Nederlands-Nederlands ook varianten als gos en gossie. | 1676 | 110,7 | 322,6 |
Goh, ’t
is toch ook wat, hè? Dat zal je toch maar overkomen.
Dat meisje was,
goh, ik schat een jaar of
zes.
|
|
ha | Vaste combinaties: ha ja, ha nee. Ook vaak verdubbeld om lachen weer te geven: ha ha, ha ha ha, ook haha, hahaha enz. | 828 | 57,9 | 154,0 |
Morgenavond gaan we
kroegentocht houden. -- Ha, met
wie?
Hilde heeft ons
uitgenodigd.-- Ha ja, da’s juist, ja. Ik was 't niet
vergeten, maar ik had er toch niet aan gedacht.
|
|
hai | in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | 152 | 27,1 | 0,3 |
Hallo. – Hoi, met Anke. –
Hai, Anke, hai. -- Hallo. -- Hoe is
’t? -- Goed.
|
|
hallo | Vaste combinaties: ja hallo, hallo hallo. | 931 | 124,7 | 70,3 |
Hallo?
– Hallo, Katrien. -- Ah dag,
papa!
|
|
hé
Tellingen voor hei (4 NN, 57 BN, 61 totaal) hier
toegevoegd.
|
Het is in België gebruikelijker dan in Nederland om hé aan het eind van de zin te gebruiken (zie ook hè). | 10048 | 448,9 | 2297,9 |
Degene die ’m vangt, zegt:
hé, dat was een prima worp.
Daarom moet je dus Italiaans
studeren, hé.
|
|
hè | 43799 | 3353,3 | 7651,2 |
Hè
verdorie, wat moet ik met al die kranten?
Dat maakt eigenlijk niet
zoveel uit, hè.
|
||
hm
Tellingen voor hm (9 NN, 1456 BN, 1465 totaal) en
hum (911 NN, 235
BN, 1146 totaal) samengenomen.
|
Ook hum. | 2611 | 165,3 | 514,7 |
Bent u iemand die graag
reist? -- Hm ja, wie niet, hè?
Ik vind 't een heel goed
interview. -- Hm. -- Ja, heel
goed.
|
|
ho
Tellingen voor ho (250 NN, 202 BN,
452 totaal) en how (alleen 97 BN)
samengenomen.
|
Vaste combinatie: ho maar. Ook verdubbeld: ho ho, ho ho ho enz. | 549 | 44,9 | 91,0 |
Ho,
ho, wacht even, ho,
wacht!
Ik ben een fles Glenfiddich
van vijftien jaar oud gaan kopen. – Ho, da’s wel duur, denk
ik?
|
|
hoezo | 560 | 93,4 | 12,2 |
Hij rijdt loeihard, man. Ja,
echt niet leuk ook. -- Hoezo? Gevaarlijk, of zo? – Ja, voor
mijn gevoel wel.
|
||
hoi | vooral in NN Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | 424 | 72,4 | 6,4 |
Hoi,
hoe gaat 't met jou ?
Hoi
hoi, ik ben het.
|
|
hoor | 8408 | 1214,2 | 502,5 |
Dat heb ik best wel moeilijk
gevonden, hoor.
Goed idee, maar of dat lukt?
Ik weet het niet, hoor.
|
||
hu(h)
Tellingen voor hu en huh (27 NN, 5 BN, 32 totaal)
samengenomen.
|
1593 | 219,4 | 113,2 |
Ik sta gemiddeld een 4,8.
Daar heb ik een zes voor gekregen, op m'n rapport. -- Huh?
Een zes, hoe kan dat nou?
|
||
hup | 152 | 19,9 | 12,5 |
Ga in je mand,
hup!
Ik kom buiten:
hup en weg is Nicky, hè .
|
||
ja
Tellingen voor jaja (16 NN, 454 BN, 470 totaal) hier
toegevoegd.
|
Vaste combinaties: maar ja, dus ja; vooral in Nederlands-Nederlands o ja, nou ja, ja nou, ja precies; vooral in Belgisch-Nederlands ah ja, allee ja. Ook vaak verdubbeld: ja ja, ja ja ja, ook jaja, jajaja enz. | 310223 | 34447,1 | 36077,4 |
Mensen komen toch voor
Esther en mij. -- Ja ja. Esther uw vrouw, hè? --
Ja. --
Ja.
Zeg, maar hoelang is die dan
onderweg? – Ja, twee dagen. – Oh, vreselijk. -- Maar
ja, dat moet ze zelf weten natuurlijk,
hè.
|
|
jawel | 1629 | 209,2 | 141,5 |
Dat bod, dat lijkt nergens
op. – Jawel, dat is een geweldige
prijs!
Sokken hebben we nog niet
opgeschreven. -- Jawel, ik wel.
|
||
jazeker | 95 | 15,3 | 3,0 |
Albert, wil jij me nog een
glaasje wijn inschenken? – Jazeker.
|
||
jee | Van jezus. Vaste combinaties: o jee, ook wel ach jee en och jee. | 363 | 58,8 | 11,0 |
O, dus je hebt nog helemaal
niet gegeten? -- Nee. -- O
jee.
Weet je wat ik vanavond heb
gedaan? – Nou? -- Ik heb mijn fiets schoongemaakt. – Jee,
wat goed.
|
|
jeetje | vooral in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten, vooral in Nederland. | Van jezus. Vaste combinaties: o jeetje, ja jeetje en jeetje zeg. | 253 | 44,0 | 2,4 |
Ja maar
jeetje, waarom bel je dat nou
af?
|
joe | vooral in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten, vooral in Nederland. | 53 | 9,0 | 0,9 |
Hai, met Gina. --
Joe, met mij. -- Hai.
|
|
joh | in NN Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in Nederland. | 1266 | 225,9 | 2,7 |
Martijn, let nou een keer
op, joh.
Dus ik loop naar hem toe. Ik
zeg: joh, wat is 'r aan de
hand?
|
|
jonge | vooral in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten, vooral in Nederland. | Vooral in de combinaties tjongejonge en sjongejonge, met mogelijke verdubbeling van jonge. | 254 | 43,5 | 3,7 |
Tjonge
jonge, wat een wedstrijd!
Daar ligt rotzooi, da’s niet
te geloven, zeg. Sjonge
jongejongejonge.
|
mja
Dit is wellicht een opeenvolging van
hm of
mmm en
ja. De vorm
mja is niet opgenomen in
woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
191 | 11,0 | 39,6 |
Heb je nog gezellig met 'm
kunnen babbelen? -- Mja, ach, dat gaat
wel.
|
||
mm-hm
De schrijfwijze in het CGN is mm-hu,
hier aangepast voor de leesbaarheid. Deze vorm is niet opgenomen in
woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
Zie ook uhuh. | 10018 | 1331,4 | 794,1 |
Die plint moet dus wel aan
die kast worden bevestigd. -- Mm-hm. -- En daar is verder
niks voor bijgeleverd?
|
|
mmm | 11484 | 1460,5 | 1021,7 |
’k Vond ’t waarschijnlijk
ook niet echt belangrijk. -- Mmm? -- ’k vond 't
waarschijnlijk niet echt belangrijk.
Da’s zeer slecht voor de
rug, hè, zo krom buigen over een tafel. -- Mmm ja. Maar
daarbij gaan zitten, dat gaat niet, hè. Daar zijn geen
stoelen.
|
||
moh | in BN, ST? Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022). | 58 | 0 | 17,7 |
Dat lijkt mij niet zo
evident. – Moh, dat valt nog
mee.
Voor een simpele ziel een
simpele vraag. -- Moh. – ’t Is maar een grap, hé. --
Moh ja ja, ’k vind het
grappig.
|
|
mwa(h) | Zie ook bwa(h) | 70 | 9,9 | 4,6 |
Dan ben je om kwart voor elf
thuis. – Mwa, da’s een mooie
tijd.
En uw standpunt komt er dus
op neer: de migratiestop die er nu bestaat opheffen is niet goed. –
Mwa, ik denk dat u niet goed geluisterd
hebt.
|
|
nee | Vaste combinaties: o nee, nee hè, nee oké; in Nederlands-Nederlands nou nee, nee hoor, nee precies en nee joh; vooral in Belgisch-Nederlands ah nee. Ook vaak verdubbeld: nee nee, nee nee nee, ook neenee, neeneenee, enz. | 52305 | 6683,3 | 4600,3 |
Had je liever soep met brood
willen eten? – Nee, nee, niet
echt.
We mogen toch niet klagen,
hè Nele? Denk jij dat ik mag klagen? -- Nee hè. –
Nee, nee nee. -- Zeker niet.
|
|
neeje | in BN, -ST Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar lijkt geen onderdeel uit te maken van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022), maar wel in het Vlaams Woordenboek , een verzameling van 'goed ingeburgerde' maar niet-standaardtalige woorden in Vlaanderen. | Ook verdubbeld: neeje neeje, enz. | 429 | 0 | 130,6 |
Eh, ’t is misschien ook van
maïs. -- Neeje, ’k geloof dat ’t van tarwe
was.
|
neen | in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in België. | Ook verdubbeld: neen neen, enz. | 1149 | 2,3 | 345,7 |
Hebben jullie al plannen
voor volgend jaar? Opnieuw naar Frankrijk? -- Neen, ik weet
het niet.
|
nietwaar | 55 | 3,6 | 10,7 |
Nou, ’t moest toch een keer
gezegd worden, nietwaar? – Zo is
het.
|
||
nja
Dit is wellicht een opeenvolging van
n(o)u en
ja. De vorm
nja is niet opgenomen in
woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
415 | 41,0 | 56,9 |
Couperus vind ik wel leuk,
Van Oudshoorn is een van mijn favoriete schrijvers. Uhm,
nja, daar houdt het ook wel een beetje mee
op.
Ik heb heel veel moeite met
oude muziek. – Nja, da’s omdat dat verder van ons bed ligt,
hè.
|
||
och | Vaste combinaties: och ja, och god, och nee; in Nederlands-Nederlands och jee. Ook verdubbeld: och och, enz. | 870 | 101,2 | 93,4 |
Ik heb voor ’t eerst weer
getennist. – Och, wat lekker!
Hoe lang hebt u daar zo
rondgetrokken? – Och, veertien dagen,
zoiets?
|
|
oeh | 290 | 37,7 | 24,3 |
Oeh,
wat ruiken m’n handen naar knoflook, zeg.
’k Moet daar om zes uur
zijn. – Oeh, da’s vroeg!
|
||
oei | Ook verdubbeld: oei oei, enz. | 964 | 10,2 | 276,0 |
Eén lijster? -- Een
zanglijster, ja. En dat is wel een heel gezellig geluid, maar oei oei
oei, wat fluit dat beest hard, hè. -- Ja
ja.
Haar dochter is vorige week
omvergereden door een auto. -- Oei! Toch niet
ernstig?
|
|
o(h)
In het CHN wordt vrijwel uitsluitend de transcriptie
oh gebruikt, voor zowel de
uitspraak ɔ
(zoals in zon of
goh) als
o (zoals in
zoon). Dat gaat in tegen de meeste
spellingsadviezen, zoals dat van Onze Taal , en ook Van Dale heeft twee
verschillende lemma’s: o (‘uitroep van
verdriet, vreugde, bewondering, verbazing, aarzeling, onzekerheid enz.’) en oh (‘uitroep van
bewondering, bezorgdheid, enz.’). Tellingen voor
oh en
o (147 NN, 80 BN, 227 totaal) zijn
samengevoegd.
|
Ook o. Vaste combinaties: oh ja, oh nee. Ook verdubbeld: oh oh, enz. | 30192 | 4984,0 | 748,1 |
Die bal, die wordt van
richting veranderd. Oh, die zit er bijna in! Die wordt bij
toeval nog uit ’t doel gehouden.
Maar uh …
Oh, wacht, ik ga even iemand
binnenlaten.
|
|
oké | Vaste combinaties: ja oké, nee oké; in Nederlands-Nederlands nou oké; vooral in Nederlands-Nederlands oh oké; vooral in Belgisch-Nederlands ah oké. Ook verdubbeld: oké oké, enz. | 5806 | 715,8 | 545,8 |
Dan bel ik je zo nog even
terug, oké? – Ja, dat is goed. --
Oké.
’k Was naar de fitness. --
Ah oké! En hoe was ’t?
|
|
pf(f) | Ook pfff, pfft, enz. Zie ook ff(f). | 682 | 3,1 | 202,4 |
Er waren veel mensen. --
Hoeveel? – Tja, pff, ’k weet niet. Een stuk of
honderd.
Ze heeft één goed tentje, en
dan één, ja, pff, gewoon minder goed.
Zwaar.
|
|
poeh | Ook verdubbeld: poeh poeh, enz. | 138 | 21,7 | 5,2 |
Ik had echt geen inspiratie
vandaag, poeh.
Hoe was 't werk?
Poeh, druk, heel druk.
|
|
shit | Vaste combinatie: oh shit. | 158 | 21,0 | 12,5 |
Oh
shit, we hebben die tafel vanavond
nodig.
Goh
shit, daar heb ik nog niet over
nagedacht.
|
|
sjonge | vooral in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten, vooral in Nederland. | Vaak gedeeltelijk verdubbeld: sjongejonge, sjongejongejonge, enz. Zie ook tjonge en jonge. | 68 | 11,7 | 0,9 |
[Hij was] op slag dood. --
Sjonge. -- Ja. Net anderhalf jaar getrouwd, of zo. – Bah.
– Twee jaar, of twee of drie jaar getrouwd. -- Sjonge. --
Ja.
Dat duurde echt een
kwartier, voordat ik die jongen had gevonden. -- Sjonge
jonge, dat is ook stom.
|
sorry | 865 | 118,8 | 62,1 |
Ja
sorry, voorzitter, ’t gaat nou wel heel
snel.
En dan blijkt dat dus een
lerares Engels en Wiskunde te zijn. Sorry, Dúíts en
wiskunde.
|
||
sst | 66 | 10,4 | 2,4 |
Sst,
hou ’ns even je mond.
|
||
tiens | in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in België. | 112 | 0 | 34,1 |
Hij heeft een zoon ook nog.
-- Ah tiens, dat wist ’k niet.
|
|
tja | 484 | 33,8 | 90,1 |
Mmm,
tja, sommige mensen zien daar de lol van in,
hè.
’t Zal wel geen probleem
zijn. -- Tja, ik hoop het.
|
||
tjonge | vooral in NN Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten, vooral in Nederland. | Vaak gedeeltelijk verdubbeld: tjongejonge, tjongejongejonge, enz. Zie ook sjonge en jonge. | 96 | 16,7 | 0,9 |
't Was inderdaad wel erg
warm vandaag, tjonge, bij ons op kantoor ook
weer.
Tjongejongejonge, wat een
takkeweer.
|
uh
Tellingen eh (13 NN, 45 BN, 58 totaal) toegevoegd aan
die voor uh.
|
205228 | 27444,7 | 15981,1 |
Ik heb me op 't
uh Arctisch Centrum in uh Groningen
uh beziggehouden met uhm uh ja de
ontdekkingsgeschiedenis van Antarctica.
Tegen wie spelen ze? –
Uh, dat weet ik niet .
|
||
uhm | 24197 | 2558,1 | 3032,0 |
Bent u daar gelukkig mee?
Uhm neen, ik ben daar absoluut niet gelukkig
mee.
Ik eet altijd havermout,
uhm met, uhm met
ahornsiroop.
|
||
uhuh
De schrijfwijze in het CGN is uhu,
hier aangepast voor de leesbaarheid. Deze vorm is niet opgenomen in
woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
Zie ook mm-hm. | 7543 | 27,5 | 2249,2 |
Ik ben ook drie maanden in
Amerika geweest. -- Uhuh. -- En ik vind dat dat eigenlijk
een hele verrijking geweest is.
|
|
verdomme | 65 | 8,8 | 4,9 |
Hij had groot gelijk,
verdomme.
Vorige zomer hadden we
verdomme bijna vijfentwintig procent verlies.
|
||
verdorie | 86 | 7,7 | 13,1 |
Hè
verdorie, wat moet ik met al die
kranten?
Ja, ’t is toch
verdorie een hele onderneming,
hoor.
|
||
voilà | in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in België. | Vaste combinaties: ja voilà, ah voilà. | 589 | 1,1 | 177,4 |
Nu hoor ik het pas. – Ah, nu
dringt het tot je door. -- Voilà.
Dat hoort d’rbij, hè. – Ja,
voilà. -- Aan iedere medaille is een keerzijde, hè. – Ja,
voilà,’ t is zo, da’s waar.
|
wablief(t) Tellingen voor
wablief (3 NN, 76 BN) en
wablieft (96 BN)
samengenomen.
|
in BN Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België. | 175 | 0,5 | 52,3 |
Nu zit ik in de negentiende
eeuw. – Uhm, de Victoriaanse tijd. – Wablief? -- De
Victoriaanse tijd. – Goh, Victoriaanse tijd.
’k Heb z’n ex-vriendin
gezien. -- Wablieft? -- Ik heb z’n ex-vriendin
gezien.
|
|
wah | in BN, ST? Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar het is onduidelijk in hoeverre die deel uitmaakt van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022). | 65 | 0
Er waren een paar voorkomens van wah
in het Nederlandse deel van het CGN, maar dat lijkt om een ander gebruik te gaan,
namelijk aan het eind van de uiting: Daar
kunnen wij niet mee vergelijken, wah? -- Nee. Nee.
in NN, -ST
Deze vorm komt zelden voor in (informele) standaardtalige
contexten in Nederland en is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale
(Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
19,2 |
Is het een slecht vonnis?
Wah, uiteraard, wij gaan in
beroep.
|
|
wauw | Zie ook wow. | 92 | 10,6 | 10,0 |
We hadden een eigen
appartement. – Wauw, luxe!
Dat was echt met een enorme
tuin midden in de velden. -- Oh wauw. Waar was
het?
|
|
woh
De transcriptie woh wordt in het CGN gebruikt voor zowel de
uitspraak /wo/ als /wɔ/. Deze vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van
Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022).
|
82 | 6,8 | 13,4 |
Die golven waren echt iets
van vijf meter hoog, of zo, dat was echt wel iets te hoog. –
Woh! [uitspraak: /wo/]
Zij is niks veranderd, niks.
Woh, tuurlijk hé, een beetje verouderd. [uitspraak:
/wɔ/]
|
||
wow | Zie ook wauw. | 81 | 7,9 | 11,3 |
Wow,
het gaat onweren!
We gaan eerst in de Brugse
gevangenis zingen en dan barbecuen bij m’n ouders, chic hé? –
Wow!
|
|
zenne | in BN, -ST Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar lijkt geen onderdeel uit te maken van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022), maar wel in het Vlaams Woordenboek , een verzameling van 'goed ingeburgerde' maar niet-standaardtalige woorden in Vlaanderen. Het Stijlboek T888 van de VRT (2017) adviseert ondertitelaars hoor of zulle te gebruiken. Van Dale classificeert zulle als Belgisch-Nederlands en spreektalig, waarbij spreektalig voor Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | Zie ook zunne. | 79 | 0 | 24,0 |
Twee dagen achtereen, da’s
veel, hè. -- Dat is wat veel, zenne. – Da’s veel,
ja.
|
zuh | in BN, -ST Deze vorm komt geregeld voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar lijkt geen onderdeel uit te maken van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022). Het Stijlboek T888 van de VRT (2017) adviseert ondertitelaars hoor of zulle te gebruiken. Van Dale classificeert zulle als Belgisch-Nederlands en spreektalig, waarbij spreektalig voor Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | 1308 | 0 | 398,1 |
Goh,
dat is een moeilijke vraag, zuh. Ik weet dat
niet.
|
|
zunne | in BN, -ST Deze vorm komt af en toe voor in (informele) standaardtalige contexten in België, maar lijkt geen onderdeel uit te maken van de (informele) standaardtaal. De vorm is niet opgenomen in woordenlijst.org of Van Dale (Den Boon, Hendrickx & Van der Sijs 2022), maar wel in het Vlaams Woordenboek , een verzameling van 'goed ingeburgerde' maar niet-standaardtalige woorden in Vlaanderen. Het Stijlboek T888 van de VRT (2017) adviseert ondertitelaars hoor of zulle te gebruiken. Van Dale classificeert zulle als Belgisch-Nederlands en spreektalig, waarbij spreektalig voor Van Dale overeenkomt met niet-standaardtalig. | Zie ook zenne. | 116 | 0 | 35,3 |
Regen hebben wij heel weinig
gehad, zunne. -- Ja. Ja allee, da’s goed, hè. – Ja. –
Ja.
|
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Ton van der Wouden | mei 2024 |