21.3.2.3 Modale bepalingen
Verder lezen
Op de eerste zinsplaats kan men ook nog allerlei modale bijwoorden of
uitdrukkingen aantreffen, zoals de gecursiveerde gedeelten in:
1Waarschijnlijk
|heeft| hij gisteren een ongeluk gehad.
2Natuurlijk
|zou| ik die artikelen eerst grondig door moeten
nemen.
3Gelukkig
|zijn| we nog op tijd kunnen vertrekken.
4Naar mijn
gevoel |mogen| ze daarmee ophouden.
5Volgens hem
|had| Ad dat niet mogen zeggen.
Bij dit soort bepalingen is plaatsing vooraan onafhankelijk van de
informatieve geleding van (de rest van) de zin zelf.
Dergelijke bepalingen kunnen de hele zin onder hun bereik hebben of een
deel daarvan. (Voor de notie bereik zie
men
[28·1/2].) Men heeft de neiging de modale bepaling hoe dan ook
alleen te betrekken op het informatief belangrijkste element. In zinnen met
een gewone links-rechts-volgorde is dat een element rechts in de zin. In
voorbeeld 1, met een accent op
óngeluk, wordt het '(gehad) hebben van een ongeluk' als
informatief belangrijk voorgesteld. Toch kan men stellen dat
waarschijnlijk de hele zin onder zijn bereik heeft. Vergelijk
daarmee:
6Waarschijnlijk
|heeft| hij dat ongeluk gísteren gehad.
waar de tijdsbepaling als informatief belangrijkste element voorgesteld
wordt en gísteren een accent krijgt. Hier valt alleen dat
laatste element onder het bereik van waarschijnlijk.
Alternatieve plaatsingsmogelijkheden voor de modale bepalingen (bijv. in
1 onder meer vlak vóór een
ongeluk en in 6 vóór
gisteren) worden besproken
in
[21·4·9·3].
Door middel van een nadrukkelijk accent kan een modale bepaling, net als
andere elementen op de eerste zinsplaats, wel als informatief belangrijk
gekenmerkt worden, bijv.:
7Natúúrlijk
|moet| je je huiswerk maken! (Dat spreekt toch
vanzelf?!)
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |