Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
21.4.3 De plaatsing van het onderwerp: algemene regels
Verder lezen
1
Als uitgangspunt nemen we de plaats van het onderwerp ten opzichte van de eerste pool. In zinnen met voor-pv volgt het onderwerp op de persoonsvorm:
  • als die persoonsvorm zelf eerste zinsdeel is (zinstype 1b; zie [21·2·3]) of
  • als het zinsdeel vóór de voor-pv een ander dan het onderwerp is.
Voorbeelden zijn respectievelijk:
1|Komt| Henk morgen bij ons |eten?|
2Morgen |komt| Henk bij ons |eten.|
De woordvolgorde van de hoofdzin naar de vorm waarbij het onderwerp op de voor-pv volgt wordt ook wel inversie genoemd. Men gaat dan uit van de 'normale' volgorde onderwerp - persoonsvorm. Zie hierover echter [21·3·1·1/2].
In zinnen met achter-pv volgt het onderwerp op de bindterm, bijv.:
3|Als| mijn vriend met de fiets |komt| (, kunnen we samen een tochtje maken.)
2
Beperken we ons tot het middenstuk van de zin - enkele opmerkelijke gevallen van plaatsing van het onderwerp op de laatste zinsplaats worden in [21·7·2·2/iii] besproken -, dan kunnen we de volgende twee algemene regels formuleren:
  1. In de zojuist genoemde omstandigheden volgt het onderwerp gewoonlijk meteen op de eerste pool, dat wil zeggen dat er tussen de eerste pool en het onderwerp geen ander element staat. Zie de voorbeelden 1 t/m 3.
    Er is echter een belangrijke klasse van uitzonderingen. Men name een niet-specifiek onbepaalde naamwoordelijke constituent als onderwerp kan van de voor-pv of de bindterm gescheiden zijn, bijv. door bijwoordelijke bepalingen. Deze onbepaalde onderwerpen hebben een hogere informatieve waarde en staan verder naar achteren in het middenstuk. Meteen na de eerste pool treedt in plaats van het onderwerp vaak (maar niet altijd; zie [8·6·3·3/ii]) het presentatieve er op (zie voorbeeld 4). Voorbeelden met een substantivisch onderwerp zijn:
    4Nog steeds |is| er dringend bloed nodig.
    5Na veel strijd |werd| ten slotte in 1122 in Worms een Concordaat tussen keizer en paus |gesloten.|
    De onbepaalde voornaamwoorden sluiten zich hierbij aan, bijv.:
    6Vorige week |is| hier onverwacht iemand |komen aanbellen.|
    De plaatsing van onderwerpen ten opzichte van bijwoordelijke bepalingen vindt men uitvoerig behandeld in [21·4·8·2].
  2. Het onderwerp gaat over het algemeen aan de in het middenstuk aanwezige voorwerpen vooraf, bijv.:
    7Voor straf |moest| Bart een opstel |schrijven.|
    8Als beloning |heeft| vader Saskia een nieuwe fiets |gegeven.|
    Ook hier vormen onbepaalde constituenten soms een uitzondering op de regel. Zie hiervoor onder meer [21·4·7].
Deze beide plaatsingsregels gelden in feite alleen dan altijd als het onderwerp een persoonlijk voornaamwoord is (tot welke categorie ook men gerekend kan worden). Deze elementen staan dus verplicht direct na de eerste pool, bijv.:
9Dat |heb| jij gisteren |gezegd.|
10Gisteren |zijn| ze in de stad |gesignaleerd. |
11|Opdat| men de dieven |zou kunnen vatten| (werd een radiobericht verspreid.)
12Vandaag |is| men onverwacht tot de actie over|gegaan. |
Opmerking
Verdieping
Opmerking
We zien hierbij af van speciale gevallen zoals contrastieve zinnen, waarin het onderwerp door niet van de persoonsvorm gescheiden wordt. Vergelijk met zin 9 hierboven:
iDat |heb| niet jíj maar ík |gezegd.|
Is het onderwerp geen persoonlijk voornaamwoord, dan is het mogelijk van de regel af te wijken door het onderwerp na een voorwerp te plaatsen. Deze afwijkingen worden in de volgende subparagrafen besproken.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997
    Interessante links