12.4.2.2.2 Substantivering van werkwoorden
Van werkwoorden kunnen substantieven worden afgeleid die het gebeuren uitgedrukt
door het werkwoord benoemen, en ook wel het resultaat van of het middel
betrokken bij die gebeurtenis. Een voorbeeld is
handeling, het substantief
dat handelen benoemt als een
abstracte entiteit. Zulke substantieven worden ook wel
nominalisaties genoemd.
Strikt genomen zouden we moeten spreken van
deverbale nominalisatie, omdat ook woorden van
andere woordsoorten kunnen worden genominaliseerd tot substantieven,
maar zonder nadere toevoeging wordt onder nominalisatie doorgaans die
van werkwoorden verstaan.
Dergelijke nominalisaties kunnen worden gevormd door conversie zoals de val,
door de infinitiefvorm van werkwoorden (zoals
het fietsen), door prefigering
met ge- zoals
gezeur, en door
suffigering. Dit laatste type nominalisatie, dat zowel
met inheemse als uitheemse suffixen kan plaatsvinden, wordt besproken in deze paragraaf.
Dit type komt ook aan bod bij de behandeling van de abstracta.
Verder lezen
Nominalisatie met inheemse suffixen
Tabel 1 toont van ieder type inheemse suffigering enkele voorbeelden:
Tabel 1. Nominalisatie met inheemse suffixen
suffix | voorbeeldwoorden |
-ing ɪŋ | handel-ing, werk-ing |
-(d)erij (d)ərɛi, -arij arɛi | bedrieg-erij, verhuur-derij, huichel-arij |
-e ə | bed-e, gav-e |
-sel səl | schrijf-sel, voed-sel |
-st st | gun-st, kom-st |
-(t)(e)nis (t)(ə)nɪs | gebeur-tenis, erf-enis, stoor-nis |
-t t | gif-t, teel-t |
-te tə | belof-te, sterf-te |
Van de hier genoemde suffixen is -ing het meest gebruikte. Dit suffix kan
ook gemakkelijk gebruikt worden bij uitheemse werkwoorden waarvan de stam
eindigt op -eer. Ook -erij kan productief gebruikt worden. Substantieven op -erij (en de
allomorfen
-arij en -derij)
hebben vaak een pejoratieve gevoelswaarde. De suffixen -e, -sel, -st,
-(t)(e)nis, -t
en -te zijn niet productief, en worden
in een beperkt aantal woorden gevonden.
Nominalisatie met uitheemse suffixen
Tabel 2 laat voorbeelden zien van nominalisatie met uitheemse
suffixen:
Tabel 2 . Nominalisatie met uitheemse suffixen
suffix | basiswoord | nominalisatie |
-ade | blokkeren | blokk-ade |
-age | tatoeëren | tatoe-age |
-ande | offeren | offer-ande |
-atie | redeneren | reden-atie |
-ement | amuseren | amus-ement |
-ie | produceren | product-ie |
Met uitzondering van het suffix -atie, dat
productief gebruikt wordt bij uitheemse werkwoorden waarvan de stam op
-(is)eer eindigt, zoals in
reden-atie en
stabil-is-atie, moet het
voorkomen van deze suffixen voor ieder woord afzonderlijk geleerd worden .
De syntactische valentie van nominalisaties
Verdieping
De syntactische valentie van nominalisaties
De argumentstructuur van een werkwoord kunnen we
terugvinden in de nominalisatie van het werkwoord. We laten dit hier
zien aan de hand van de nominalisatie
weigering gebruikt
in de volgende woordgroepen, alle naamwoordelijke constituenten:
Het werkwoord weigeren heeft
twee argumenten, een agens dat wordt uitgedrukt als
onderwerp, en een thema dat wordt uitgedrukt als
lijdend voorwerp. In de woordgroep (ia) zien we beide argumenten terug,
als Jan en
het aanbod. Omdat
het hoofd van de woordgroep hier geen werkwoord is, maar een zelfstandig
naamwoord, moet bij de uitdrukking van de argumenten een markering
gebruikt worden: het suffix -s bij Jan, en
het voorzetsel van bij
het aanbod. De
Agensrol kan ook worden gemarkeerd door het voorzetsel
door, zoals (ib)
laat zien. Het verschil tussen een werkwoord en een corresponderende
nominalisatie is dat bij nominalisatie de uitdrukking van de argumenten
van het basiswerkwoord niet verplicht is. In (ic) is alleen het
Thema-argument uitgedrukt, in (id) alleen het Agens-argument, en in (ie)
geen van beide.
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |