Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
15.3.1.1 Graadaanduidende of versterkende (voor)bepalingen
Verder lezen
1
Om de intensiteit aan te duiden van de eigenschap of de toestand die door een adjectief wordt uitgedrukt (graadaanduiding) of om aan te geven dat de genoemde eigenschap of toestand in hoge mate geldt (versterking) kunnen vooral constituenten gebruikt worden met als kern een bijwoord of een adjectief in bijwoordelijke functie. (In het laatste geval spreken we overeenkomstig de in dit boek gehanteerde onderscheidingen van adjectivische constituenten. Vergelijk [8.2].) Ze worden onder 2 en 3 behandeld. Verder komen als equivalenten van zulke bijwoordelijke en adjectivische constituenten ook enkele andere combinaties voor (zie 4).
Bij sommige categorieën adjectieven is graadaanduiding niet (of alleen in bijzondere toepassingen) mogelijk. Het betreft onder meer adjectieven die een absolute eigenschap of hoedanigheid aangeven (waaronder stofadjectieven), zoals almachtig, jarig, dicht, totaal, gouden, adjectieven die zelf al een versterkend element bevatten, zoals oliedom, eivol, kurkdroog, beeldschoon en als adjectief gebruikte deelwoorden in hun letterlijke betekenis, bijv.
geslepen gesloten gebroken
Verder geïsoleerde gevallen als huidig, tegenwoordig en arm in de betekenis 'zielig'. (Zie ook (6.4.3.1/iii), (12.5.3.1), (12.5.3.2) en (12.5.3.3).)
2a
Voorbeelden van graadaanduidende of versterkende bijwoordelijke constituenten als voorbepaling bij een adjectief (dus als deel van een adjectivische constituent) zijn:
1nogal slechte (manieren)
2tamelijk goed (weer)
3(een) minder fraai (resultaat)
4(Hij was) enigszins/wat verlegen.
5(een) hoogst significant (verschil)
6(een) heel goed (antwoord)
7(Dat is wel) zeer ongebruikelijk.
8(de) uitermate gevaarlijke (tocht)
9(Dit vind ik) te/al te/veel te gek (worden).
10(een) hartstikke fijn (cadeau)
Veel komt alleen voor als voorbepaling bij een adjectief in de vergrotende trap (voor de combinatie veel te, zoals in 9, zie men(16.3.1.1, sectie 1)), bijv.:
11(een) veel vriendelijker (iemand)
Om naar de intensiteit van een bepaalde eigenschap of toestand te vragen wordt hoe gebruikt, bijv. in:
12Hoe stevig (is dat huis)?
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Het bijwoord zo wordt in de regel alleen gecombineerd met een niet-attributief gebruikt adjectief. Bij een attributief gebruikt adjectief wordt in de standaardtaal in plaats van zo ofwel zulke ofwel zo'n gebruikt; regionaal (zie(5.6.6, sectie 2)) is het gebruik van zo wel mogelijk, onder meer als het een wijzende functie heeft, zoals in iii (gezegd terwijl men de hoogte aangeeft). Vergelijk:
i(Jullie kinderen zijn al) zo groot!
iia(Het zijn al) zulke grote (kinderen).
b(Het zijn al) zo grote (kinderen).regionaal
iii(Bij onze buren staan al) hoge (zonnebloemen in de tuin.)regionaal
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Bij nogal kan er een betekenisverschil optreden naargelang dit bijwoord direct voor het adjectief of verder vooraan staat. Vergelijk bijv.:
iHet is een nogal chagrijnige man.
iiDat is nogal een gezellig werkje!
In het eerste geval hebben we een graadaanduidend bijwoord als voorbepaling bij het adjectief chagrijnige. De adjectivische constituent betekent 'in zekere/behoorlijke mate chagrijnig'. In ii vormt nogal een bepaling bij de naamwoordelijke constituent een gezellig werkje. In zo'n geval kan de hele combinatie een zekere ironie uitdrukken. Bedoeld wordt dan zoiets als 'ik vind het helemaal niet gezellig'. Toch is de volgorde als in ii ook mogelijk met de 'gewone' graadaanduidende betekenis als in ia:
iiiHet is nogal een chagrijnige man.
ivHet is nogal een precies werkje.
Opmerking
Verdieping
Opmerking
De woorden wat en hoe die gebruikt worden in uitroepende zinnen, worden in dit boek behandeld als uitroepende voornaamwoorden (zie [5.10.2.2]).
Twee graadaanduidende bijwoorden staan niet voor, maar verplicht achter het bepaalde adjectief, namelijk genoeg en zat. Ze bepalen steeds een niet-attributief gebruikt adjectief, dit in tegenstelling tot het wel als voorbepaling optredende voldoende, dat dezelfde betekenis heeft. Vergelijk 13 en 14 met 15:
13a(De koffie is) warm genoeg.
bwarm genoege (koffie)uitgesloten
14a(Dat is) makkelijk zat.
b(een) makkelijk zat (klusje)uitgesloten
15a(De kamer is) voldoende ruim.
b(een) voldoende ruime (kamer)
Het graadaanduidende zo kan gecombineerd worden met mogelijk, dat achter het kernadjectief staat. De bijwoordelijke constituent zo... mogelijk vormt dan een omsluitende bepaling, bijv.:
16(In de notulen hoort de discussie) zo getrouw mogelijk (weergegeven te worden).
Voor andere omsluitende bepalingen bij een adjectief, zoals de combinatie hoe...ook of het bijwoord zo in combinatie met een bijzin (zo groot dat...) of zie men respectievelijk(16.3.1.1, sectie 1) en [16.3.3].
b
Soms komt het betekeniselement graadaanduiding of versterking min of meer in de plaats van de oorspronkelijke betekenis van het bepalende woord, bijvoorbeeld in:
betrekkelijk/relatief gemakkelijk vrij eenvoudig tergend langzaam zwaar overdreven dik tevreden bar koud goed nijdig druk bezig extra voordelig lekker fris helder blauw hevig rood (zie ook Opmerking 4)
Het verlies van de eigen betekenis wordt vooral duidelijk bij gevallen als verschrikkelijk blij, vreselijk leuk, waar het als bijwoord gebruikte adjectief niets meer te maken heeft met 'schrikken', respectievelijk 'vrezen', maar betekent 'zeer, in hoge mate'. Op die manier zijn er als versterking heel wat mogelijkheden, bijv.:
17(Het is) heel erg duidelijk.
18(een) onuitsprekelijk mooi (gedicht)
19(een) oneindig klein (stofdeeltje)
20(Ze vonden het een) verrekt moeilijke (opdracht).
21(Dat was) ontzettend stom (van je).
22(Die muziek is) waanzinnig goed.
23(Het is een) godsgruwelijk vervelende (klus).
24(In) ongemeen scherpe (bewoordingen keurde hij het beleid van het bestuur af).
25(een) verdraaid lastig (kind)
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Soms kan een adjectief in de functie van een graadaanduidend bijwoord met het adjectief dat nader bepaald wordt een samenstelling vormen. In de praktijk betreft het vooral combinaties van bleek, licht, helder, dof of donker met een kleuradjectief. Voorbeelden zijn bleekgroen, lichtgeel, helderrood, dofblauw, donkerbruin. Vergelijk hiervoor (12.5.3.3).
c
De volgende voorbepalingen sluiten zich naar de betekenis nauw bij de graadaanduidende aan. Ze benadrukken het bijzonder kenmerkende van de eigenschap die door het adjectief uitgedrukt wordt.
26(een) typisch Gentse (uitdrukking)
27specifiek christelijke (beginselen)
28echt Hollandse (manieren)
3
De tot dusver genoemde bijwoordelijk gebruikte adjectivische elementen, vooral versterkende, kunnen samen met het attributief gebruikte adjectief waar ze een nadere bepaling van zijn, verbogen worden. Dergelijke gevallen komen vooral in informeel taalgebruik voor. Ze zijn bovendien affectief geladen. Vergelijk bijv.:
29a(Ik vind hem een) echt flinke (jongen).
b(Ik vind hem een) echte flinke (jongen).informeel
30a(Het zijn) heel erg mooie (plaatjes).
b(Het zijn) hele erge mooie (plaatjes).informeel
Enkele andere voorbeelden zijn:
31(Er staan daar van die) geweldige hoge (bomen).informeel
32(Het was een) verdomde/verrekte spannende (film).informeel
33(Hij heeft een) ongelofelijke lange (adem).informeel
Gevallen als verdomd(e) en verrekt(e) onderscheiden zich van de overige doordat ze ook in verbogen vorm voor kunnen komen in een voorbepaling bij een het-woord in combinatie met een onbepaald lidwoord, evenals bij predikatief gebruik van de adjectivische constituent. Vergelijk:
34a(Ik vind het een) hele handig (apparaat.)uitgesloten
b(Ik vind het een) verrekte handig (apparaat.)informeel
35a(Die flats zijn) geweldige hoog.uitgesloten
b(Die flats zijn) verdomde hoog.informeel
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Een constructie als (een) goeie halve (eeuw geleden) verschilt van de zojuist besproken gevallen. Het al dan niet verbogen zijn van goed is hier namelijk niet facultatief, blijkens de onmogelijkheid van een goed halve eeuw. Als goed bepaling is bij half (+ substantief), gedraagt het zich als een adjectief, dat wil zeggen dat het verbuigen ervan direct afhangt van het genus van het substantief. Vergelijk bijv. (een) goed half (uur geleden).
Een bijzonderheid van de omsluitende bepaling zo...mogelijk is dat bij attributief gebruik van de adjectivische constituent niet het kernadjectief, maar mogelijk verbogen wordt. Vergelijk met 16:
36(een) zo getrouw mogelijke (weergave)
4
Als equivalenten van een bijwoordelijke of adjectivische constituent als graadaanduidende of versterkende bepaling komen voor:
  • de combinaties door en door en in en in, bijv.:
    37(een) in en in schone (was)
    38(een) door en door slechte (kerel)
    Vergelijk ook met (12.5.2.1.2).
  • de naamwoordelijke constituenten een beetje, een tikje, in informeel taalgebruik een tikkeltje, een ietsje, een pietsje, een ietsiepietsie en in formeel taalgebruik een weinig;
    Deze combinaties dienen als variant voor de graadaanduidende bijwoorden wat (zoals in: een wat vreemde figuur), iets (zoals in: een iets oudere vrouw), het informele ietsjes of het formele ietwat. Voorbeelden:
    39(Hij is) een beetje verlegen.
    40(Ik vind het) een tikkeltje zuur.informeel
    41(Hij zag er) een weinig overspannen (uit).formeel
    Een ietsje, een ietsiepietsie en een pietsje worden net als iets en ietsjes vrijwel alleen voor adjectieven in de vergrotende trap gebruikt. (Voor adjectieven in de stellende trap staan ze alleen maar in combinatie met het bijwoord te; zie bij de bijwoordelijke constituent, [16.3.1.1/2].) Voorbeelden:
    42(Die deur is) een ietsje lager.informeel
    43(Het is vandaag) ietsjes koeler (dan gisteren).informeel
    Adjectieven in de vergrotende trap kunnen voorts nader bepaald worden door de naamwoordelijke constituenten een (heel) stuk en stukken, bijv.:
    44(Zo is het al) een heel stuk/stukken beter.
    Als een van de genoemde groepen met een na het onbepaalde lidwoord een voorkomt, dat wil zeggen bij attributief gebruik van de adjectivische constituent, wordt gewoonlijk één keer een weggelaten, dus:
    45Een beetje gekke (kerel is het). (i.p.v.: een een beetje gekke kerel)
    46Een beetje actief (stadsbestuur doet dat wel voor zijn burgers). (i.p.v.: een een beetje actief stadsbestuur)
    47(Hij stond stil, met) een tikje hoge (rug). (i.p.v.: met een een tikje hoge rug)
    Bij een beetje is, vooral in gesproken taal, echter ook de volgende constructie mogelijk: een beetje wordt in z' n geheel voor de naamwoordelijke constituent geplaatst. Vergelijk met 45 t/m 47:
    48Een beetje een raar voorstel (vind ik dat).
    49(Als fractievoorzitter ben je altijd) een beetje een eenzame man.
    Opmerking
    Verdieping
    Opmerking
    Hierbij vermelden we ook combinaties van een beetje met een substantief, zoals een beetje man, een beetje fotograaf, een beetje puber, bijv. in:
    iEen beetje puber kan zo alle systemen en tactieken blindelings op het bord schrijven.
    De betekenis van zulke combinaties kan omschreven worden als 'wie ook maar enigszins de verwachte (goede) eigenschappen heeft van (een man, een fotograaf, een puber, enz.)'. In zulke gevallen ligt er gewoonlijk een nadruksaccent op béétje.Een beetje heeft hier de waarde van een attributief adjectief bij een substantief. Men kan er echter ook een verkorting in zien van een beetje + adjectief, bijv. een beetje goede fotograaf, een beetje bijdehante puber, enz. Dergelijke aanvullingen liggen evenwel niet altijd voor de hand.
  • voorzetselconstituenten bestaande uit in + adjectief + mate, op + adjectief + wijze, bijv.:
    50(een) in hoge mate ongelukkige (samenloop van omstandigheden)
    51(een) in belangrijke mate nieuwe (koers)
    52(de) op bijzondere wijze actieve (voorzitter van de club)
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997
    Interessante links