12.4.2 Afleiding
Er zijn veel processen voor de afleiding van substantieven, zowel door
middel van prefigering als door middel van suffigering,
circumfigering en klankverandering. Het aantal
inheemse prefixen, zoals on-, is relatief beperkt, maar
er zijn heel wat prefixen van uitheemse
afkomst, zoals super-.
Sommige uitheemse morfemen, zoals
bio in
biochemie,
kunnen ook opgevat worden als
confixen. Confixen zijn
gebonden morfemen van uitheemse (Latijnse of
oud-Griekse) afkomst die een duidelijke eigen
betekenis hebben (in het geval van het confix
bio is
dat ‘leven’), en kunnen combineren met andere
gebonden morfemen, zoals
loog
in
bioloog.
Zo vormen ze neoklassieke
samenstellingen.
Kenmerk van de hier besproken prefixen is dat ze doorgaans ook aan
adjectieven kunnen worden aangehecht, zodat er dan
adjectieven worden afgeleid (vergelijk het substantief
onzin
met het adjectief
onaardig,
beide met het prefix on-). Het
prefix ge- is hierop een
uitzondering.
Er is een groot aantal suffixen die gebruikt worden om
substantieven af te leiden, zowel inheemse als uitheemse. Zo
kunnen van het adjectief
stabiel
zowel
stabielheid
(met het inheemse suffix -heid)
als stabiliteit
(met het uitheemse suffix -iteit) worden afgeleid. Werkwoorden zijn
ook vaak input voor substantivering, zoals in
stabilisering
en stabilisatie,
gevormd met respectievelijk het inheemse suffix -ing en het uitheemse suffix
-atie.
Daarnaast wordt het circumfix
ge-…-te gebruikt
om substantieven met een collectieve betekenis te maken,
zoals
geboomte.
Ook zijn er substantieven die zijn afgeleid door middel van klankverandering, zoals
slot van het
werkwoord sluiten.
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |