Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
6.2.4.2.3.1 Uitdrukking van de hoogste graad
De overtreffende trap of superlatief wordt gebruikt om aan te geven dat een of andere bijzonderheid bij een bepaalde zelfstandigheid in vergelijking met een andere zelfstandigheid in de hoogste mate aanwezig is. De vergelijking kan expliciet zijn, zoals in (1)-(2), of impliciet, zoals in (3)-(4).
1Het kleinste instrument van het orkest, de piccolo, heeft een opvallende en hoge klank.
CHN
2Het oudste deel van het bos stamt nog uit de Middeleeuwen.
CHN
3Volgens de recentste kosmologische inzichten heeft de lege heelalruimte daarom ook een vacuümenergie.
CHN
4Maar de mooiste dorpjes vind je in de vallei ernaast, die van La Vera.
CHN
Net zoals de vergrotende trap kan de overtreffende trap zowel attributief, zoals in (1)-(4), als niet-attributief (zelfstandig, predicatief of bijwoordelijk) worden gebruikt. Bijvoorbeeld:
5Deze zomer was de natste in 34 jaar.zelfstandig, extern
CHN
6Het zuidoosten blijft helder. Daar blijft het het koudst.predicatief, extern
CHN
7Tigo zingt het hardst, totdat hij een kluit gruis in z’n gezicht krijgt.adverbiaal, extern
CHN
Bij het niet-attributieve gebruik wordt een onderscheid gemaakt tussen een overtreffende trap die een externe vergelijking uitdrukt, dat wil zeggen dat verschillende zaken met elkaar vergeleken worden, zoals in (5)-(7), en een die een interne vergelijking uitdrukt, dat wil zeggen dat een en dezelfde zaak met zichzelf vergeleken wordt in een of ander opzicht of onder andere omstandigheden, bijvoorbeeld:
8In die periode is het water het koudst.predicatief, intern
CHN
9Ik lach het hardst als er niet gelachen mag worden.adverbiaal, intern
CHN
De overtreffende trap kan dus voorkomen met zowel de (voorbeeld (5)) als het (voorbeelden (6)-(9)), vergelijk ook:
10De best betaalde opdrachten zijn niet altijd de leukste.zelfstandig
CHN
11Natuurlijk waren de pauzes het leukste. informeel Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in het informele taalgebruik. predicatief
CHN
12Vind je planeten ook interessant? -- Jazeker, maar sterren zijn toch het leukst.predicatief
CHN
De vorm met de is het zelfstandige gebruik van de overtreffende trap bij een weggelaten de-woord: opdrachten in (10) en zomer in (5). Voor de vorm met het wordt gekozen bij predicatief en adverbiaal gebruik, en zelfstandig gebruik bij een weggelaten het-woord. Bij het predicatieve en adverbiale gebruik komt zowel de vorm met als zonder buigings-e voor, die met -e vooral in informeel taalgebruik, zie (11)-(12), en ook:
13Die groep groeit het snelst.adverbiaal
CHN
14Die groep groeit het snelste. informeel Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in het informele taalgebruik. adverbiaal
CHN
Bij de vergelijking van maar twee zelfstandigheden wordt in het Nederlands (in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Duits) de overtreffende trap gebruikt, bijvoorbeeld:
15De mooiste van de twee draagt een zonnebril en de ander kijkt naar mij.
CHN
16Pace is de meest ingetogen, maar ook de kwetsbaarste, van beide pianisten.
CHN
Naargelang er een externe of een interne vergelijking wordt gemaakt, doen er zich andere constructiemogelijkheden voor de overtreffende trap voor. Die bespreken we hieronder.
Verder lezen
De/het + adjectief + -ste
De constructies de + adjectief + -ste (voor de-woorden en meervouden) en het + adjectief + -ste (voor het-woorden) komen voor in attributief gebruik, zoals geïllustreerd in (17)-(19), en in zelfstandig gebruik indien er sprake is van een externe vergelijking, zoals in (20)-(21).
17Het is het dikste boek dat ik ooit heb uitgegeven en ik ben er trots op dat ik verder ben gegaan met dit vak.
CHN
18De lekkerste maaltijd, de fijnste relatie en de leukste baan, je went eraan.
CHN
19Ze doorzien de sluwste tactieken.
CHN
20Van de 31 onderzochte Europese tunnels scoorden er negen slecht of zeer slecht. De Pont Pla-tunnel in Andorra is de beste.
CHN
21We zijn niet het grootste circus, maar wel het mooiste.
CHN
Het + adjectief + -st(e)
De constructie het + adjectief + st(e) (voor zowel het- als de-woorden) komt voor in sommige gevallen van predicatief en adverbiaal gebruik. De vorm zonder uitgang -e heeft de voorkeur in meer formeel taalgebruik; in meer informeel taalgebruik komt ook de vorm met -e voor.
  • In predicatief gebruik, bij een externe vergelijking:
    22De wachtlijst voor nieren is het langst. 1272 mensen wachten op een nieuwe nier.
    CHN
    23Die scène is het mooist. Çimen is geweldig als prototype Turkse vrouw die bij de dokter komt omdat ze reuma heeft.
    CHN
  • In predicatief gebruik, bij een interne vergelijking:
    24Ik vind Donald Duck het leukst als hij lekker chagrijnig is.
    CHN
    25Het zicht op de molen is het mooist vanaf de overzijde van de rivier.
    CHN
  • In adverbiaal gebruik, bij een externe vergelijking:
    26D66 en de PvdA halen een 7, GroenLinks en de SP presteren met een 7,8 het best.
    CHN
    27Vanavond stellen zij bijvoorbeeld de vraag: wie werkt het hardst? Een fulltime werkende vader, een parttime werkende moeder of een vrouw zonder kinderen?
    CHN
    Bij dit gebruik wordt in het Belgisch-Nederlands soms het weggelaten in constructies met best (van goed – beter – best),
    Dit gebruik van best moet onderscheiden worden van best in de betekenis ‘goed', 'echt/heus wel’, zoals in Hij vindt alles best.
    zoals in
    28Hij zou best Mahler-bijlessen volgen bij haar. in BN Dit gebruik komt geregeld voor in standaardtalige contexten in België.
    CHN
    Dit gebruik is standaardtaal in België; in de standaardtaal in het hele taalgebied gebruikt men hier het beste, bijvoorbeeld:
    29Hij zou het beste op kunnen houden.
    CHN
  • In adverbiaal gebruik, bij een interne vergelijking:
    30Kikkers kwaken het hardst als hun rivalen dichtbij zitten.
    CHN
    31Een ballon knalt het luidst als hij wordt opgeblazen tot hij barst: zo'n 168 decibel.
    CHN
Op + bezittelijk voornaamwoord + adjectief + -st
De constructie op + bezittelijk voornaamwoord + adjectief + -st wordt gebruikt bij een interne vergelijking: de constructie drukt uit dat een eigenschap bij iets of iemand in een bepaalde omstandigheid in de hoogste mate aanwezig is (vergeleken met andere omstandigheden). Het bezittelijk voornaamwoord in deze constructie moet doorgaans congrueren met het onderwerp naar persoon en getal, zoals in de volgende voorbeelden:
32Als je jezelf bent, ben je op je mooist.
CHN
33Als Judith glimlacht, is ze op haar mooist.
CHN
34In april zijn ze op hun mooist!
CHN
Er zijn echter uitzonderingen op deze congruentieregel, bijvoorbeeld:
35De vele bossen en wandelpaden zijn op zijn mooist nu, in deze najaarszon.
CHN
Ook een aantal adverbiale constructies vormen een uitzondering op deze congruentieregel, onder andere op z’n hoogst (‘ten hoogste, hoogstens’), op z’n vroegst en op z’n laatst, die vooral in Nederland gebruikelijk zijn:
Zie ten + adjectief + -ste voor het gebruik van ten vroegste en ten laatste in België.
36De hele Amerikaanse oogst van maïs en soja levert op zijn hoogst 250 miljoen vaten olie op. vooral in NN Dit gebruik komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in Nederland.
CHN
37De werkzaamheden beginnen op zijn vroegst in het najaar. vooral in NN Dit gebruik komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in Nederland.
CHN
38De verkiezingen zullen op zijn laatst in augustus plaatsvinden. in NN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in Nederland.
CHN
Deze constructie komt voor in de volgende gevallen:
  • in predicatief gebruik, bij een interne vergelijking, bijvoorbeeld:
    39Enquist is sowieso op zijn best als hij uiterst realistisch de angsten en vernederingen van randfiguren en underdogs beschrijft.
    CHN
    40Iedere machine is op haar mooist als ze werkt.
    CHN
    Toch kan men deze constructie in dit geval niet altijd even makkelijk gebruiken, bijvoorbeeld:
    41Die weg vind ik op z’n best tussen Sint-Niklaas en Beveren-Waas. twijfelachtig
  • in adverbiaal gebruik, bij een interne vergelijking:
    42Hamilton presteert op zijn best wanneer hij uitgedaagd wordt.
    CHN
    Ook in dit geval kan deze constructie niet zonder meer gebruikt worden:
    43Deze radio schettert op z’n luidst als je hem niet goed afstemt.twijfelachtig
Om het + adjectief + -st(e)
De constructie om het + adjectief + st(e) komt enkel in adverbiaal gebruik voor en wordt steeds gebruikt in contexten waar er van een zekere wedijver sprake is, bijvoorbeeld:
44Ze kletsten om het hardst door elkaar heen.
CHN
45Neem nu synchroonzwemmen: zwemmen doe je normaliter om het snelst, niet om het mooist.
CHN
In België wordt daarnaast ook de constructie om ter + adjectief + st(e) gebruikt:
In het Belgische krantendeel van het Corpus Hedendaags Nederlands  komt de constructie om ter + adjectief + st(e) vaker voor dan de constructie om het + adjectief + st(e).
46Tien trappen moesten om ter snelst beklommen worden. in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in het Belgisch-Nederlands. Volgens Taaladvies.net  is de status ervan onduidelijk. Volgens de redactie kan hij echter op basis van de beschikbare informatie over het gebruik ervan wel degelijk als deel van de standaardtaal worden beschouwd.
CHN
47De leerlingen versierden 40 kerstbomen om ter mooist. in BN Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten in het Belgisch-Nederlands. Volgens Taaladvies.net  is de status ervan onduidelijk. Volgens de redactie kan hij echter op basis van de beschikbare informatie over het gebruik ervan wel degelijk als deel van de standaardtaal worden beschouwd.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taaladvies
    Dagenta
    Taalportaal
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    3.0 Kathy Rys november 2024 Een tussentijdse versie van dit hoofdstuk werd van commentaar voorzien door Maaike Beliën, Thomas Haga, Priscilla Heynderickx en Jack Hoeksema. De verantwoordelijkheid voor de inhoud van dit hoofdstuk berust bij de redacteur(en).
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997 hoofdstuk 6,../../data/archief/ans2/e-ans/06/body.html;
    Interessante links