21.8.2.5 De constructie
wat...betreft/aangaat
Verder lezen
Er doen zich twee van elkaar te onderscheiden mogelijkheden voor om de
constructie wat...betreft/aangaat, die een beperkende
betekenis heeft, in de aanloop te plaatsen: één zonder en één met
verwijswoord in de eigenlijke zin.
In het eerste geval (zonder verwijswoord) is plaatsing van de bedoelde
constructie in de eigenlijke zin, met name op de eerste zinsplaats daarvan
(zoals in 1b,
2b en
3b), vaak gewoner dan plaatsing in
de aanloop. Vergelijk:
De uitdrukking voor mijn part, die als een equivalent van
wat mij betreft te beschouwen is, kan evenwel enkel in de
aanloop staan als ze met het onderwerp uit de eigenlijke zin correspondeert.
Vergelijk 4 met
5 (en
3):
4Voor mijn
part, ik |probeer| er het beste van |te maken.
|
De tweede mogelijkheid is plaatsing van de uitdrukking wat...betreft/aangaat in de aanlooppositie, gecombineerd met een
verwijswoord in de eigenlijke zin. In zo'n geval slaat dat verwijswoord
niet op de hele uitdrukking (de volledige aanloop), maar alleen op de
naamwoordelijke constituent daaruit. Voorbeelden zijn (vergelijk
6 met
3a):
6Wat de secundaire
arbeidsvoorwaarden betreft, daarover |hebben| we niet |te
klagen.|
7Wat je nieuwe auto betreft,
|is| dat echt niet een beetje te veel van het goede?
8Wat de studieresultaten
betreft, die |zijn| er bepaald niet op
vooruit|gegaan|.
De hier als tweede genoemde mogelijkheid ligt niet voor de hand als het
voorwerp (de naamwoordelijke constituent) uit de wat...betreft
-constructie een aanwijzend voornaamwoord is (wat dit/dat betreft).
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |