1.4.4 Prefix-allomorfie
Bij uitheemse prefixen doet zich klankvariatie voor die niet volgt uit de
fonologische regels van het Nederlands. Dat komt omdat deze prefix-allomorfen
ontleend zijn aan het Latijn, waarbij de allomorfie uit het Latijn behouden is
gebleven. Dit geldt bijvoorbeeld voor het Latijnse prefix in-, dat niet alleen de bij nasale consonanten heel gebruikelijke
assimilatie van articulatieplaats vertoont, maar ook totale
assimilatie voor
l en
r, met
als gevolg dat er prefix-allomorfen il- en ir- zijn, zoals in
il-legaal en
ir-rationeel. Naast het
prefix in- vertoont ook het Latijnse prefix con- allomorfie. Het prefix in- zoals gebruikt in
in-adequaat is een negatief
prefix, en con- heeft (net als co-) de betekenis ‘samen’. De slotconsonant van het prefix past
zich geheel of gedeeltelijk aan bij de beginmedeklinker van het grondwoord.
1in-: im-populair, in-tolerant,
i[ŋ]-consistent, il-legaal, ir-rationeel
con-: com-motie, con-sistent,
co[ŋ]-claaf, col-laboratie, cor-relatie
In het Latijn is er dus een proces van assimilatie van articulatieplaats van
nasale medeklinkers dat radicaler is dan de Nederlandse tegenhanger: de
slot-n van deze prefixen
paste zich niet alleen aan de articulatieplaats van de volgende medeklinker aan,
maar werd ook gelijk aan een volgende
l of
r (vergelijk het woord
on-redelijk, met het prefix
on- dat uitgaat op een
n,
maar niet als
ɔredələk
wordt uitgesproken, met het woord
cor-relatie). In de spelling
wordt dit ook mooi uitgedrukt: het effect van de nasaalassimilatie in deze
Latijnse prefixen wordt in de spelling weergegeven, maar het effect van de
gewone Nederlandse nasaalassimilatie op een prefix als on- niet: we schrijven
impopulair maar
onpartijdig en
input, hoewel ook in de
laatste twee woorden de n vaak als
m
wordt gerealiseerd. Dit verklaart ook waarom we bij samentrekking de letter
m krijgen in
im- en export, maar niet bij
in- en output.
Het prefix con- kent ook een allomorf co-. Deze allomorf wordt gebruikt als de stam van het
gelede woord met een klinker begint, zoals in
co-educatie en
co-operatie. Het prefix
co- wordt echter niet alleen voor klinkers
gebruikt, maar komt in meer recent gevormde woorden ook voor medeklinkers voor,
zoals in co-promotor.
Soortgelijke aan het Latijn en Grieks ontleende assimilatie-effecten vinden we
bij de Latijnse prefixen ad-, sub- en het Griekse prefix syn-:
2ad-: ad-jungeren, af-fix, ag-glutineren,
ar-rangeren, as-simileren
sub-: sub-script, suf-fix, sup-poneren,
sur-rogaat, sug-gereren, suc-cessie
syn-: syn-these, sym-metrie, sym-bool,
syl-labus, sy-steem
Dat we ons van de allomorfie in deze laatste voorbeelden nauwelijks of niet
bewust zijn, komt natuurlijk doordat we de meeste van deze woorden niet als
geleed ervaren: de betekenis is niet afleidbaar op basis van de samenstellende
delen, en het grondwoord bestaat vaak niet als zelfstandig woord. De
assimilatie doet zich niet voor bij woorden die in het Nederlands zijn gevormd
met deze prefixen. Dat zien we goed bij het prefix sub- dat productief is in het huidige Nederlands: in woorden als
sub-cultuur,
sub-doel en
sub-groep blijft de
b
gehandhaafd.
Als volledige assimilatie heeft geleid tot een dubbele medeklinker, zoals in
illegaal en
irrationeel, dan wordt er
slechts één consonant uitgesproken, overeenkomstig de regel van Degeminatie. Dit resulteert in fonetische vormen zoals
ɪləɣal
en
ɪratsijonel.
Andere gevallen van allomorfie bij uitheemse prefixen zijn te zien bij het uit
het Grieks afkomstige prefix a-/an- en het Latijnse prefix de-/des-. De allomorfen die op een
vocaal eindigen worden gebruikt als het grondwoord met een medeklinker begint
(a-sociaal, de-motivatie),
en de consonant-finale allomorfen treden op voor een grondwoord dat met een
klinker begint (an-organisch,
des-integratie). Op zo’n
manier wordt de botsing tussen twee klinkers in een woord vermeden.
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juli 2020 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 1,../../data/archief/ans2/e-ans/01/body.html; |