12.4.3.1.3 Verbindingsklanken
Bij samenstellingen die opgebouwd zijn uit twee substantieven komt (of komen) er tussen het
eerste en tweede deel in sommige gevallen een tussenklank
(of tussenklanken) voor. De tussenklanken (ook wel
verbindingsklanken genoemd) zijn
-en-,
-e- of
-s-. Enkele voorbeelden met
tussenklank(en):
1-en-: diev-en-bende,
her-en-kleding, vrouw-en-emancipatie
-e-: boll-e-boos,
man-e-schijn, zonn-e-schijn
-s-: schutter-s-gilde,
station-s-winkel, dorp-s-kern
De keuze van de juiste verbindingsklank is een bekend probleem bij het spellen
van samenstellingen. De regelmaat in het optreden van
verbindingsklanken kan als volgt worden samengevat:
-
-e(n)- kan alleen
optreden:
- bij woorden die een meervoud op -en hebben (zonneschijn, bessenjam, kippendief);
-
-s- kan optreden:
- bij woorden die een meervoud op -en hebben (regeringsdeelname, dorpscafé);
- bij woorden die geen meervoud hebben (eeuwigheidswaarde, beleidsmaker, hongersnood);
-
-s- is verplicht:
- na een verkleinwoord als linkerdeel (bolletjestrui, ruitjespapier);
- bij woorden die een meervoud op -s hebben als ze het kenmerk [+levend] hebben (kruideniersmentaliteit, werknemersverklaring).
De tussenklanken vormen fonologisch één geheel met het eerste deel. We zien dit gemakkelijk bij gebruik van ellipsis in nevenschikkingen, waar de verbindingsklanken van de samengetrokken samenstelling gehandhaafd blijven omdat ze fonologisch deel uitmaken van het eerste deel:
2heren- en dameskleding
zonne- en maneschijn
dorps- en stadskernen
In gesproken taal wordt -en- door veel sprekers van
het Nederlands als sjwa
(ə)
uitgesproken, met weglating van de
n.
Verder lezen
De keuze van verbindingsklanken
Deze tekst is ontleend aan Booij & Van Santen (2017: 167-170).
De tussenklanken waren oorspronkelijk meervoudsuitgangen,
genitiefuitgangen, en woordeinden. Het huidige patroon van tussenklanken in
samenstellingen is het resultaat van een eeuwenlang proces van taalverandering
waarin de genitief grotendeels verloren ging, woorden hun slotklanken verloren,
en door analogie met andere samenstellingen een bepaalde verbindingsklank werd
gekozen. De huidige toestand is daarom betrekkelijk ondoorzichtig en deels
willekeurig: een en hetzelfde woord kan in verschillende samenstellingen
verschillende tussenklanken te zien (of te horen) geven. Enkele voorbeelden
hiervan:
3mann-en-kleding, man-s-hoogte, man-gat
schap-en-markt, schaap-s-kudde, schaap-herder
zonn-e-schijn, zon-s-verduistering, zon-wering
De klankreeks -en- kan in veel gevallen ook opgevat worden als het meervoudsuffix van het eerste deel van de samenstelling. We zien dit bijvoorbeeld in de volgende samenstellingen, waarin de betekenis van het rechterdeel een meervoudsinterpretatie van het linkerdeel oproept:
4bloemenzee, huizenrij, mannenvereniging, stedenraad
Voor de keuze van een verbindingsklank kunnen een aantal regels, c.q. sterke tendensen,
geformuleerd worden. Zo treedt er over het algemeen geen tussenklank op wanneer
het eerste deel op een klinker eindigt, eindigt op een sjwa +
l, r, m,
n, of een stofnaam is:
Een uitzondering zijn de samenstellingen met
tabak, bijv.
tabaksgeur,
tabakspijp.
Daarnaast komen voor
gerstebier,
rijstebrij.
De tussenklank -s- komt wel altijd verplicht na verkleinwoorden:
6bloemetjesbehang, koekjestrommel, meisjesschool, spruitjeslucht, streepjescode
Men is wellicht geneigd deze -s- als een meervoudsuitgang op te
vatten, maar de -s- treedt ook op als dat naar
betekenis niet mogelijk is, zoals in
dagjesmensen,
meisjeslichaam,
rijtjeshuis en
torentjesoverleg.
Een uitzondering wordt gevormd door een reduplicatieve samenstelling als
meisje-meisje ‘een
prototypisch meisje’.
Woorden die een meervoud op -s- hebben, krijgen soms
wel (luisteraarsgedrag), soms geen
(appelboom)
-s- als verbindingsklank.
Semantische factoren spelen daarbij een rol. Woorden met een
-s-meervoud krijgen, indien
ze [+levend] zijn, bijna altijd een
-s-:
domineeszoon,
damesfiets,
doktersvoorschrift.
Uitzonderingen zijn onder andere
vaderdag en
moederbedrijf, maar
vergelijk vaderskind en
moederskindje. Woorden die
[-levend] zijn, daarentegen, krijgen geen
-s-:
ankervrouw,
barman,
regelneef,
collegegeld,
polderbewoner; vergelijk
*polderebewoner,
*poldersbewoner. Vergelijk
ook portierkruk en
portiersloge. In
portierkruk wordt met
portier een type deur
benoemd, maar in portiersloge een
menselijk persoon. De tussenklank -s- treedt dus op
na mannelijke persoonsnamen op -er, -eur, -ier, -aar die een meervoud op
-s- hebben; betreft het
zaaknamen met die achtervoegsels, dan treedt er geen tussenklank op; vergelijk
ook:
7jagershoed - straaljagerpiloot
ingenieursdiploma - mitrailleurschot
molenaarsknecht - schakelaarknop
De tussenklank -s- is soms optioneel, waarbij individuele, maar ook geografische verschillen kunnen optreden. Naast elkaar bestaan bijv.:
8drugsverslaving, drugverslaving
geluidshinder, geluidhinder
tijdsverschil, tijdverschil
Bij persoonsnamen die een meervoud op -en hebben, treedt als tussenklank -en- op:
9debiteurenadministratie, vreemdelingenhaat, scholierenprotest,
Interessant zijn in dit verband ook de samenstellingen met als linkerdeel een woord dat zowel een
meervoud op -s als op
-en kent, zoals
ambtenaars/ambtenaren, directeurs/directeuren en
officiers/officieren. Volgens de boven besproken
tendensen treedt bij woorden die een meervoud op
-s hebben nooit
-en- op
(*luisterarengedrag).
Maar we vinden wel naast elkaar:
10ambtenaarssalaris -
ambtenarensalaris
directeursopleiding -
directeurenoverleg
officiersclub -
officierensociëteit
Dit zijn nu precies gevallen waarbij er ook een meervoud op -en voorkomt: een duidelijke illustratie van de relatie tussen verbindingsklank en het meervoud.
Een (archaïsch) meervoud heuvelen verklaart de -en- in zevenheuvelenloop (een hardloopwedstrijd).
De tussenklank -en- treedt ook op wanneer het eerste deel van de samenstelling samen met deze -en- als meervoud te interpreteren is, bijv.:
11aandelenpakket, boekenkast, handtekeningenactie,
inlichtingendienst, krentenbrood, stratenplan, tentenkamp,
vriendenkring, ziekenhuis
Een voorwaarde hierbij is uiteraard dat de genoemde eerste leden hun meervoud met
-en vormen. De tendens is
vooral duidelijk als het tweede deel een verzamelnaam is of anderszins de
gedachte aan een verzameling van iets oproept (zie ook de voorbeelden in
(4)).
Een ander voorbeeld is boekenwinkel dat vooral in
België gebruikelijk is; in Nederland vinden we meestal de variant
boekwinkel.
Een duidelijke morfologische factor is dat gelede en ongelede woorden die -s als meervoudssuffix hebben, niet met de verbindingsklank -en- kunnen optreden, maar woorden die -en als meervoudsuitgang kiezen wel:
Bij woorden die geen meervoud kennen, komt daarom nooit -en-
voor: *beleidenbeslissing, maar ze
kunnen wel -s- krijgen:
beleidsbeslissing,
mannelijkheidssyndroom,
geluksgevoel.
Dat de betekenis een factor is, blijkt ook bij samenstellingen waarin het linkerdeel de functie van object vervult ten opzichte van het rechterdeel: in die gevallen treedt doorgaans geen verbindingsklank op:
13boekverbranding, misdaadbestrijding, zonwering, grafschennis, contractbreuk
boekverkoper, tipgever, projectontwikkelaar, werknemer, onkruidverdelger
Deze regelmaat wordt echter weer doorkruist in samenstellingen als fietsenmaker (maar vergelijk rijwielhersteller), platenspeler, tabakspruimer en levensbeschrijving.
Ook al kunnen we verbindingsklanken en meervoudssuffixen dus niet identificeren, er blijkt dus wel een correlatie tussen deze twee te bestaan
Bij de keuze van verbindingsklanken blijken nog andere factoren een rol te spelen, met name
analogie en ritme. Zo hebben van de samenstellingen met
schaap links de meeste
-en- (o.a.
schapenbout,
schapenkaas), en
proefpersonen die in een experiment nieuwe samenstellingen moesten maken,
voegden ook -en- toe, in bijvoorbeeld
schaap+en+lever. Hieruit
blijkt dus dat taalgebruikers bij het optreden van tussenklanken soms analogisch
te werk gaan. Uit de verschillende mogelijkheden wordt die tussenklank gekozen
die voorkomt in de meeste samenstellingen waarop de nieuwe samenstelling lijkt.
Bron: Krott (2001).
Ook ritme speelt soms een rol, zoals blijkt uit een voorkeur voor
koníjnenstààrt met dankzij
de -en- geen botsing van twee beklemtoonde
lettergrepen op elkaar, zoals wel in
koníjnstààrt. Uit
experimenteel onderzoek met kinderen blijkt dat ook de betekenis een factor is
bij de keuze tussen bananenballon en
banaanballon: bij een ballon
in de vorm van een banaan kiezen ze voor
banaanballon, bij een ballon
met (veel) bananen erop geschilderd werd duidelijk de voorkeur gegeven aan de
samenstelling met de verbindingsklank -en-.
Literatuur
Banga et al. (2013), Hanssen (2012), Hanssen et al. (2013), Krott (2001), Neijt & Schreuder (2007), Neijt et al. (2010), Van Tiel et al. (2011).
De spelling van verbindingsklanken
Deze tekst is grotendeels ontleend aan Booij & Van Santen (2017:
169-170).
De keuzen tussen de verbindingsklanken -e en
-en is lastig, ook omdat de
n aan
het eind van een lettergreep vaak niet wordt uitgesproken of gehoord.
De oude hoofdregel was: ‘schrijf
e, maar
en als het
linkerdeel een persoonsnaam is of noodzakelijk de gedachte aan een
meervoud oproept’. Berucht is het geval
bessesap (kan van
één bes gemaakt zijn) tegenover
bessenjam (daar zijn
meer bessen voor nodig), waarvan de spelling voor veel taalgebruikers
lastig is. Vandaar dat er een nieuwe regel is ontworpen. Daarbij is
alleen gekeken naar de vorm, en helemaal niet meer naar de betekenis.
De regel is: ‘schrijf -en als
het woord een meervoud heeft op -en’. Dit is sinds
1996 de officiële regeling . Wel is er voor woorden als
beregoed,
ruggespraak en
klerelijer een uitzondering
gemaakt, een uitzondering die voor de taalgebruiker niet altijd even doorzichtig
of logisch is. Maar vooral is er via enkele uitzonderingen ook een rol voor de
betekenis. Zo spellen we
koninginnedag,
maneschijn en
zonnescherm omdat ‘het
eerste deel verwijst naar een persoon of zaak die in de gegeven context enig is
in zijn soort’. Dit lijkt erg op het omgekeerde van de oude regel van voor 1996:
‘schrijf en maar
e als het linker deel
noodzakelijk de gedachte aan een enkelvoud oproept.’ Maar in dat geval zouden er
nog veel meer uitzonderingen moeten komen. Zoals we gezien hebben, ligt in
huizenrij,
platenverzameling,
vlammenzee,
lerarenvergadering en
meidengroep een meervoudige
interpretatie voor de hand; maar ook in
pannenkoek,
zielenrust en
kerkenraad interpreteren
sommige taalgebruikers -en- als een
meervoudssuffix, en in die gevallen achten ze die interpretatie onjuist: ze
verzetten zich tegen deze schrijfwijze en geven de voorkeur aan
pannekoek,
zielerust en
kerkeraad. Vanwege het
frequente optreden van -en als meervoudsmarkering,
associëren taalgebruikers -en- in samenstellingen
ook vaak met een meervoud. Abstraheren van de betekenis en alleen kijken naar de
meervoudsvorm is kennelijk niet mogelijk. Om dezelfde reden biedt een uniforme
keuze voor de e evenmin een
oplossing: schrijfwijzen als
minderhedebeleid,
grotemensebedtijd,
vreemdetaleleraar zullen
niet geaccepteerd worden, omdat het linkerdeel voor de taalgebruiker een
meervoudig karakter heeft.Taalgebruikers willen ook vaak weten: is het nu
drugoverlast of
drugsoverlast,
onderzoekcommissie of
onderzoekscommissie. Dit is
geen spellingkwestie: de -s- is in deze gevallen
mogelijk, maar niet verplicht. Dat betekent dat sommige taalgebruikers die
-s- kiezen en andere niet. Gegeven onze in
principe fonologische spelling schrijf je de
s hier
als je hem hoort; aangezien er uitspraakverschillen zijn, zijn er ook
verschillen in de spelling. Wel een spellingprobleem is de schrijfwijze van
woorden als damesschoen: je hoort
maar één s ten
gevolge van degeminatie, maar desondanks schrijven we er twee. Een
goed argument daarvoor is de aanwezigheid van
s bij
samentrekking: dames- en
herenschoenen.
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |