Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
12.4.3.1.3 Verbindingsklanken
Bij samenstellingen die opgebouwd zijn uit twee substantieven komt (of komen) er tussen het eerste en tweede deel in sommige gevallen een tussenklank (of tussenklanken) voor. De tussenklanken (ook wel verbindingsklanken genoemd) zijn -en-, -e- of -s-. Enkele voorbeelden met tussenklank(en):
1-en-: diev-en-bende, her-en-kleding, vrouw-en-emancipatie
-e-: boll-e-boos, man-e-schijn, zonn-e-schijn
-s-: schutter-s-gilde, station-s-winkel, dorp-s-kern
De keuze van de juiste verbindingsklank is een bekend probleem bij het spellen van samenstellingen. De regelmaat in het optreden van verbindingsklanken kan als volgt worden samengevat:
  • -e(n)- kan alleen optreden:
    • bij woorden die een meervoud op -en hebben (zonneschijn, bessenjam, kippendief);
  • -s- kan optreden:
    • bij woorden die een meervoud op -en hebben (regeringsdeelname, dorpscafé);
    • bij woorden die geen meervoud hebben (eeuwigheidswaarde, beleidsmaker, hongersnood);
  • -s- is verplicht:
    • na een verkleinwoord als linkerdeel (bolletjestrui, ruitjespapier);
    • bij woorden die een meervoud op -s hebben als ze het kenmerk [+levend] hebben (kruideniersmentaliteit, werknemersverklaring).
De tussenklanken vormen fonologisch één geheel met het eerste deel. We zien dit gemakkelijk bij gebruik van ellipsis in nevenschikkingen, waar de verbindingsklanken van de samengetrokken samenstelling gehandhaafd blijven omdat ze fonologisch deel uitmaken van het eerste deel:
2heren- en dameskleding
zonne- en maneschijn
dorps- en stadskernen
In gesproken taal wordt -en- door veel sprekers van het Nederlands als sjwa (ə) uitgesproken, met weglating van de n.
Verder lezen
De keuze van verbindingsklanken
Deze tekst is ontleend aan Booij & Van Santen (2017: 167-170).
De tussenklanken waren oorspronkelijk meervoudsuitgangen, genitiefuitgangen, en woordeinden. Het huidige patroon van tussenklanken in samenstellingen is het resultaat van een eeuwenlang proces van taalverandering waarin de genitief grotendeels verloren ging, woorden hun slotklanken verloren, en door analogie met andere samenstellingen een bepaalde verbindingsklank werd gekozen. De huidige toestand is daarom betrekkelijk ondoorzichtig en deels willekeurig: een en hetzelfde woord kan in verschillende samenstellingen verschillende tussenklanken te zien (of te horen) geven. Enkele voorbeelden hiervan:
3mann-en-kleding, man-s-hoogte, man-gat
schap-en-markt, schaap-s-kudde, schaap-herder
zonn-e-schijn, zon-s-verduistering, zon-wering
De klankreeks -en- kan in veel gevallen ook opgevat worden als het meervoudsuffix van het eerste deel van de samenstelling. We zien dit bijvoorbeeld in de volgende samenstellingen, waarin de betekenis van het rechterdeel een meervoudsinterpretatie van het linkerdeel oproept:
4bloemenzee, huizenrij, mannenvereniging, stedenraad
Voor de keuze van een verbindingsklank kunnen een aantal regels, c.q. sterke tendensen, geformuleerd worden. Zo treedt er over het algemeen geen tussenklank op wanneer het eerste deel op een klinker eindigt, eindigt op een sjwa + l, r, m, n, of een stofnaam is:
Een uitzondering zijn de samenstellingen met tabak, bijv. tabaksgeur, tabakspijp. Daarnaast komen voor gerstebier, rijstebrij.
5Geen tussenklank
aEerste deel eindigt op een klinker: pyjamabroek, entreegeld, isolatiebedrijf, hoboconcert, menukaart, milieugroep, kangoeroepoot
bEerste deel eindigt op sjwa + /l, r, m, n/: heuvelrug, vogelkooi, bezemsteel, wasemkap, havenloods, ovendeur; aderbreuk, spijkerbroek
cEerste deel is een stofnaam: goudprijs, ijzervijlsel, papierproductie, sneeuwlaag, zoutvat
De tussenklank -s- komt wel altijd verplicht na verkleinwoorden:
6bloemetjesbehang, koekjestrommel, meisjesschool, spruitjeslucht, streepjescode
Men is wellicht geneigd deze -s- als een meervoudsuitgang op te vatten, maar de -s- treedt ook op als dat naar betekenis niet mogelijk is, zoals in dagjesmensen, meisjeslichaam, rijtjeshuis en torentjesoverleg.
Een uitzondering wordt gevormd door een reduplicatieve samenstelling als meisje-meisje ‘een prototypisch meisje’.
Woorden die een meervoud op -s- hebben, krijgen soms wel (luisteraarsgedrag), soms geen (appelboom) -s- als verbindingsklank. Semantische factoren spelen daarbij een rol. Woorden met een -s-meervoud krijgen, indien ze [+levend] zijn, bijna altijd een -s-: domineeszoon, damesfiets, doktersvoorschrift. Uitzonderingen zijn onder andere vaderdag en moederbedrijf, maar vergelijk vaderskind en moederskindje. Woorden die [-levend] zijn, daarentegen, krijgen geen -s-: ankervrouw, barman, regelneef, collegegeld, polderbewoner; vergelijk *polderebewoner, *poldersbewoner. Vergelijk ook portierkruk en portiersloge. In portierkruk wordt met portier een type deur benoemd, maar in portiersloge een menselijk persoon. De tussenklank -s- treedt dus op na mannelijke persoonsnamen op -er, -eur, -ier, -aar die een meervoud op -s- hebben; betreft het zaaknamen met die achtervoegsels, dan treedt er geen tussenklank op; vergelijk ook:
7jagershoed - straaljagerpiloot
ingenieursdiploma - mitrailleurschot
molenaarsknecht - schakelaarknop
De tussenklank -s- is soms optioneel, waarbij individuele, maar ook geografische verschillen kunnen optreden. Naast elkaar bestaan bijv.:
8drugsverslaving, drugverslaving
geluidshinder, geluidhinder
tijdsverschil, tijdverschil
Bij persoonsnamen die een meervoud op -en hebben, treedt als tussenklank -en- op:
9debiteurenadministratie, vreemdelingenhaat, scholierenprotest,
Interessant zijn in dit verband ook de samenstellingen met als linkerdeel een woord dat zowel een meervoud op -s als op -en kent, zoals ambtenaars/ambtenaren, directeurs/directeuren en officiers/officieren. Volgens de boven besproken tendensen treedt bij woorden die een meervoud op -s hebben nooit -en- op (*luisterarengedrag). Maar we vinden wel naast elkaar:
10ambtenaarssalaris - ambtenarensalaris
directeursopleiding - directeurenoverleg
officiersclub - officierensociëteit
Dit zijn nu precies gevallen waarbij er ook een meervoud op -en voorkomt: een duidelijke illustratie van de relatie tussen verbindingsklank en het meervoud.
Een (archaïsch) meervoud heuvelen verklaart de -en- in zevenheuvelenloop (een hardloopwedstrijd).
De tussenklank -en- treedt ook op wanneer het eerste deel van de samenstelling samen met deze -en- als meervoud te interpreteren is, bijv.:
11aandelenpakket, boekenkast, handtekeningenactie, inlichtingendienst, krentenbrood, stratenplan, tentenkamp, vriendenkring, ziekenhuis
Een voorwaarde hierbij is uiteraard dat de genoemde eerste leden hun meervoud met -en vormen. De tendens is vooral duidelijk als het tweede deel een verzamelnaam is of anderszins de gedachte aan een verzameling van iets oproept (zie ook de voorbeelden in (4)).
Een ander voorbeeld is boekenwinkel dat vooral in België gebruikelijk is; in Nederland vinden we meestal de variant boekwinkel.
Een duidelijke morfologische factor is dat gelede en ongelede woorden die -s als meervoudssuffix hebben, niet met de verbindingsklank -en- kunnen optreden, maar woorden die -en als meervoudsuitgang kiezen wel:
12akoninginnenrit
a*luisteraregedrag
bbijenangel
b*appeleboom
ckersenboom
c*varkenehok
Bij woorden die geen meervoud kennen, komt daarom nooit -en- voor: *beleidenbeslissing, maar ze kunnen wel -s- krijgen: beleidsbeslissing, mannelijkheidssyndroom, geluksgevoel.
Dat de betekenis een factor is, blijkt ook bij samenstellingen waarin het linkerdeel de functie van object vervult ten opzichte van het rechterdeel: in die gevallen treedt doorgaans geen verbindingsklank op:
13boekverbranding, misdaadbestrijding, zonwering, grafschennis, contractbreuk
boekverkoper, tipgever, projectontwikkelaar, werknemer, onkruidverdelger
Deze regelmaat wordt echter weer doorkruist in samenstellingen als fietsenmaker (maar vergelijk rijwielhersteller), platenspeler, tabakspruimer en levensbeschrijving.
Ook al kunnen we verbindingsklanken en meervoudssuffixen dus niet identificeren, er blijkt dus wel een correlatie tussen deze twee te bestaan
Bij de keuze van verbindingsklanken blijken nog andere factoren een rol te spelen, met name analogie en ritme. Zo hebben van de samenstellingen met schaap links de meeste -en- (o.a. schapenbout, schapenkaas), en proefpersonen die in een experiment nieuwe samenstellingen moesten maken, voegden ook -en- toe, in bijvoorbeeld schaap+en+lever. Hieruit blijkt dus dat taalgebruikers bij het optreden van tussenklanken soms analogisch te werk gaan. Uit de verschillende mogelijkheden wordt die tussenklank gekozen die voorkomt in de meeste samenstellingen waarop de nieuwe samenstelling lijkt.
Bron: Krott (2001).
Ook ritme speelt soms een rol, zoals blijkt uit een voorkeur voor koníjnenstààrt met dankzij de -en- geen botsing van twee beklemtoonde lettergrepen op elkaar, zoals wel in koníjnstààrt. Uit experimenteel onderzoek met kinderen blijkt dat ook de betekenis een factor is bij de keuze tussen bananenballon en banaanballon: bij een ballon in de vorm van een banaan kiezen ze voor banaanballon, bij een ballon met (veel) bananen erop geschilderd werd duidelijk de voorkeur gegeven aan de samenstelling met de verbindingsklank -en-.
Literatuur
Banga et al. (2013), Hanssen (2012), Hanssen et al. (2013), Krott (2001), Neijt & Schreuder (2007), Neijt et al. (2010), Van Tiel et al. (2011).
De spelling van verbindingsklanken
Deze tekst is grotendeels ontleend aan Booij & Van Santen (2017: 169-170).
De keuzen tussen de verbindingsklanken -e en -en is lastig, ook omdat de n aan het eind van een lettergreep vaak niet wordt uitgesproken of gehoord.
De oude hoofdregel was: ‘schrijf e, maar en als het linkerdeel een persoonsnaam is of noodzakelijk de gedachte aan een meervoud oproept’. Berucht is het geval bessesap (kan van één bes gemaakt zijn) tegenover bessenjam (daar zijn meer bessen voor nodig), waarvan de spelling voor veel taalgebruikers lastig is. Vandaar dat er een nieuwe regel is ontworpen. Daarbij is alleen gekeken naar de vorm, en helemaal niet meer naar de betekenis.
De regel is: ‘schrijf -en als het woord een meervoud heeft op -en’. Dit is sinds 1996 de officiële regeling . Wel is er voor woorden als beregoed, ruggespraak en klerelijer een uitzondering gemaakt, een uitzondering die voor de taalgebruiker niet altijd even doorzichtig of logisch is. Maar vooral is er via enkele uitzonderingen ook een rol voor de betekenis. Zo spellen we koninginnedag, maneschijn en zonnescherm omdat ‘het eerste deel verwijst naar een persoon of zaak die in de gegeven context enig is in zijn soort’. Dit lijkt erg op het omgekeerde van de oude regel van voor 1996: ‘schrijf en maar e als het linker deel noodzakelijk de gedachte aan een enkelvoud oproept.’ Maar in dat geval zouden er nog veel meer uitzonderingen moeten komen. Zoals we gezien hebben, ligt in huizenrij, platenverzameling, vlammenzee, lerarenvergadering en meidengroep een meervoudige interpretatie voor de hand; maar ook in pannenkoek, zielenrust en kerkenraad interpreteren sommige taalgebruikers -en- als een meervoudssuffix, en in die gevallen achten ze die interpretatie onjuist: ze verzetten zich tegen deze schrijfwijze en geven de voorkeur aan pannekoek, zielerust en kerkeraad. Vanwege het frequente optreden van -en als meervoudsmarkering, associëren taalgebruikers -en- in samenstellingen ook vaak met een meervoud. Abstraheren van de betekenis en alleen kijken naar de meervoudsvorm is kennelijk niet mogelijk. Om dezelfde reden biedt een uniforme keuze voor de e evenmin een oplossing: schrijfwijzen als minderhedebeleid, grotemensebedtijd, vreemdetaleleraar zullen niet geaccepteerd worden, omdat het linkerdeel voor de taalgebruiker een meervoudig karakter heeft.
Taalgebruikers willen ook vaak weten: is het nu drugoverlast of drugsoverlast, onderzoekcommissie of onderzoekscommissie. Dit is geen spellingkwestie: de -s- is in deze gevallen mogelijk, maar niet verplicht. Dat betekent dat sommige taalgebruikers die -s- kiezen en andere niet. Gegeven onze in principe fonologische spelling schrijf je de s hier als je hem hoort; aangezien er uitspraakverschillen zijn, zijn er ook verschillen in de spelling. Wel een spellingprobleem is de schrijfwijze van woorden als damesschoen: je hoort maar één s ten gevolge van degeminatie, maar desondanks schrijven we er twee. Een goed argument daarvoor is de aanwezigheid van s bij samentrekking: dames- en herenschoenen.
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    3.0 Geert Booij juni 2022
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997 hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html;
    Interessante links