Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
12.3.2.1 Prefigering
Voor de afleiding van werkwoorden kent het Nederlands verschillende inheemse en uitheemse prefixen, of voorvoegsels. Dit proces wordt prefigering genoemd. Onderling verschillen de prefixen in productiviteit en beklemtoning.
Verder lezen
Inheemse prefixen
Het Nederlands kent een zestal inheemse prefixen, waarvan er vier productief gebruikt kunnen worden (be-, her-, ont- en ver-) en twee onproductief zijn (er- en ge-). Deze prefixen zijn altijd onbeklemtoond, met uitzondering van her-. Her- is onbeklemtoond als het basiswoord met een beklemtoonde lettergreep begint. Als dat niet het geval is draagt het de hoofdklemtoon van het woord, zoals in hérverkavelen afgeleid van verkávelen, en hérorganiseren afgeleid van organiséren.
Tabel 1. Werkwoorden met onbeklemtoonde prefixen (I)
onbeklemtoond prefix werkwoord
be- be-ríjden
her- hɛr her-róepen
ont- ɔnt ont-lópen
ver- vər of vɛr ver-gáán
er- ɛr er-váren
ge- ɣə ge-lóven
Het kenmerk van deze prefixen, met uitzondering van her- (dat bij aanhechting aan een substantief opnieuw een substantief oplevert, zoals in herexamen), is dat ze woordsoortbepalend zijn, en altijd werkwoorden afleiden. Als het basiswoord een sterk werkwoord is, wordt ook het afgeleide werkwoord sterk vervoegd, zoals blijkt uit de verledentijdsvormen van de werkwoorden in (1): bereed, ervoer, ontliep, verging en herriep.
De onproductieve prefixen er- en ge- komen slechts in een beperkt aantal werkwoorden voor, zoals erkennen en geleiden, en soms is er geen basiswoord, zoals in gebruiken. Ook de productieve prefixen be-, ont- en ver- komen voor met stammen die zelf geen woord zijn, zoals beginnen, ontginnen en verdwijnen.
Naast de zes bovengenoemde prefixen zijn er onbeklemtoonde prefixen waarmee een woord correspondeert met dezelfde klankvorm, zoals door-, om-, over- en onder-. We beschouwen zulke morfemen als ze deel van een woord zijn als prefixen, omdat ze woordsoortbepalend zijn. Dat laatste blijkt uit het feit dat ze, hoewel ze meestal met werkwoorden combineren, ook aan substantieven gehecht kunnen worden, en dan werkwoorden vormen, zoals doorspékken, ondertítelen en overbrúggen. Bovendien dragen deze morfemen niet de woordklemtoon, zoals we zouden verwachten als het samenstellingen zouden zijn. Immers, bij samenstellingen bepaalt juist het rechterdeel de woordsoort, en draagt het linkerdeel de hoofdklemtoon van het woord. Enkele van deze prefixen zijn productief: door-, om-, onder- en over-:
Tabel 2. Werkwoorden met onbeklemtoonde prefixen (II)
onbeklemtoond prefix werkwoord
aan- an aan-váárden
achter- ɑxtər achter-hálen
door- dor door-lópen
mis- mɪs mis-drágen
om- ɔm om-hélzen
onder- ɔndər onder-bóuwen
over- ovər over-wínnen
vol- vɔl vol-dóen
voor- vor voor-kómen
weer- wer weer-stáán
Ook voor dit type afgeleide werkwoorden geldt dat, als het basiswoord een sterk werkwoord is, het afgeleide werkwoord dat ook is. Dit zien we bijvoorbeeld in de verledentijdsvormen doorliep, misdroeg, overwon, voldeed, voorkwam en weerstond.
Uitheemse prefixen
In gelede werkwoorden komen ook een aantal uitheemse prefixen voor. Veel van die werkwoorden zijn ontleend, met name aan het Frans. De meeste ervan zijn gecombineerd met een uitheems morfeem dat niet als woord optreedt (een wortel), gevolgd door het suffix -eer:
Tabel 3. Werkwoorden van het type uitheems prefix + wortel + -er(en)
prefix werkwoord
ab- ɑb ab-duceren
ad- ɑd ad-strueren
ante- ɑntə ante-cederen
co- ko co-ördineren
contra- kɔntra contra-veniëren
de- de de-duceren
dis- dɪs dis-simileren
ex- ɛks ex-panderen
in- ɪn in-noveren
inter- ɪntər inter-pelleren
per- pɛr per-mitteren
pre- pre pre-fereren
pro- pro pro-longeren
re- re re-noveren
sub- sʏb sub-stitueren
trans- trɑns trans-porteren
De betekenis van zulke werkwoorden is niet of nauwelijks voorspelbaar op grond van hun morfologische bouw, omdat de betekenissen van wortels zoals duc en stru op zich niet direct toegankelijk zijn. Van sommige prefixen is wel een systematische betekenis herkenbaar, zoals in ante- ‘voorafgaand aan’, en contra- ‘tegen’. Er zijn ook werkwoorden met zulke prefixen die een corresponderend basiswoord hebben zoals antedateren, diskwalificeren en excommuniceren. Zulke werkwoorden zijn daardoor qua betekenis wel grotendeels doorzichtig.
De bron van uitheemse prefixen in werkwoorden kan overigens ook zijn dat het werkwoord is afgeleid van een substantief met een uitheems prefix. Zo is adviseren afgeleid van het substantief advies, en exporteren van het substantief export.
De uitheemse prefixen de- en re- worden productief gebruikt in combinatie met uitheemse werkwoorden, zoals in de volgende werkwoorden:
1de-blokkeren, de-centraliseren, de-koloniseren, de-militariseren
re-activeren, re-combineren, re-construeren, re-organiseren
De betekenisbijdrage van de- is ‘het ongedaan maken van het in het basiswoord genoemde’, en die van re- is ‘opnieuw’. Het werkwoord recycleren vooral in BN Deze vorm komt vooral voor in standaardtalige contexten in het Belgisch-Nederlands, maar ook (heel) af en toe in andere variëteiten. is een leenvertaling van het Engelse werkwoord 'to recycle'.
Meer lezen
Van de inheemse prefixen worden de volgende in een flink aantal werkwoorden gebruikt, en met verschillende bijdragen aan de betekenis van de afgeleide woorden. Ze komen uitgebreider aan bod in onderstaande paragrafen:
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    3.0 Geert Booij juni 2022
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997 hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html;
    Interessante links