12.5.2.2.1.3 Het achtervoegsel -achtig
Het achtervoegsel -achtig kan worden gecombineerd met adjectieven
(groenachtig), substantieven
(rotsachtig, IKEA-achtig) en met
werkwoorden (weigerachtig). De combinatie met
werkwoorden is niet productief. Het kan dezelfde betekenisbijdrage leveren als de
achtervoegsels -ig en -erig,
maar in combinatie met substantieven kan het ook de betekenis 'houdend van, gesteld op'
hebben. Voorbeelden hiervan zijn
auditieachtig
en museumachtig in zinnen waarin ook nog een
relativerend, graadaanduidend en/of ontkennend bijwoord voorkomt, zoals:
1Ik ben niet zo auditieachtig / museumachtig.
Ook eigennamen kunnen hier als basiswoord dienen, bijv.:
2Hij is niet zo Brechtachtig / Shell-achtig.
Met de betekenis ‘gelijkend op’ wordt -achtig veel gebruikt in combinatie
met eigennamen, zoals in:
3een Big Brother-achtige
samenleving, James Bond-achtige avonturen, een Snapchat-achtige
dienst
In de botanie en in de zoölogie worden gesubstantiveerde adjectieven op -achtig met de vergelijkende betekenis (bijv. de
klokjesachtigen, een
heideachtige, de
mensachtigen, de
katachtigen) gebruikt.
Het suffix -achtig vormt een zelfstandig prosodisch
woord. Dit betekent dat woorden met -achtig
in fonologisch
opzicht identiek zijn aan samenstellingen. Een woord als
zandachtig bestaat dus uit de prosodische
woorden (zand) en
(achtig). Daardoor valt er een
lettergreepgrens tussen zand en -achtig: zand.ach.tig
(vergelijk zan.de.rig waar er geen
lettergreepgrens is tussen zand en -erig), en wordt de d
als
t
uitgesproken. Het klemtoonpatroon van dit woord is
zándàchtig, met secundaire
klemtoon op de tweede lettergreep. Het gevolg van deze prosodische structuur is
ook dat de slotsjwa van het basiswoord in een woord als
oranjeachtig gehandhaafd blijft, omdat de
sjwa niet in
hetzelfde prosodische woord staat als de beginklinker van -achtig.
Net zoals samenstellingen krijgen alle afleidingen op -achtig op basis van een verkleinwoord een verbindingsklank -s- (bijv. hofjesachtig, meisjesachtig, sprookjesachtig) en verder damesachtig, jongensachtig (kwajongensachtig, enz.), kruideniersachtig. Woorden met allomorfen op -(d)er- in samenstellingen hebben die vorm ook in woorden op -achtig zoals hoenderachtig, kalverachtig, kinderachtig en runderachtig. Een andere overeenkomst met samenstellingen is dat het linkerdeel van een adjectief op -achtig ook een woordgroep kan zijn, zoals in de volgende zin, waarin ook ellipsis optreedt:
4En elf reeën in Noordoost-Friesland maken een
gazellen-op-de-savanne-, nee, een rendieren-op-de-toendra-achtige
indruk
Trouw 06.01.2016
Het adjectief waaráchtig ('echt, werkelijk') heeft,
in tegenstelling tot de regelmatige afleidingen op -achtig, de hoofdklemtoon op het achtervoegsel. Ook woorden als
deeláchtig,
krampáchtig, en
reusáchtig hebben de
hoofdklemtoon op het achtervoegsel.
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |