7.1.1.1.2 Complexe hoofdtelwoorden
Door de basisvormen, zoals zes,
acht,
tien en
honderd en de
gebonden morfemen
-tig en -en-, te
combineren, kunnen alle andere, meer complexe, hoofdtelwoorden gevormd
worden:
1Het land telt meer dan
zestig stammen of
bevolkingsgroepen.
2Gaat de Pro League alsnog
beslissen om met zeventien of zelfs
achttien ploegen te
starten?
3Amper
vierenvijftig jaar is het geleden dat aan de
laatste hongersnood in ons land een einde gekomen
is.
4Al
bijna honderdvijftien jaar hijst een trammetje
zich knarsend naar boven, 396 meter hoog.
Veelvouden van 10 (tot 100) zijn afleidingen: twin-tig,
der-tig,
veer-tig,
vijf-tig,
zes-tig,
zeven-tig,
tach-tig en
negen-tig. Ze zijn gevormd
uit een basisvorm (twee t/m
negen) en het achtervoegsel
-tig. In het geval van
twin-tig,
der-tig,
veer-tig en
tach-tig wordt gebruik
gemaakt van vormvarianten (allomorfen) van de betreffende
telwoorden (twee,
drie,
vier en
acht). De betekenis van
-tig is multiplicatief, namelijk ‘x 10’ (bijv.
zestig = 6 x 10).
Historisch gezien is -tig afgeleid van het
woord voor 10. Er zijn sterke overeenkomsten met het Engels (-ty) en het Duits (-zig); zie Norde (2006).
Uitspraak:
veertig/vijftig met /f/,
zestig/zeventig met
/s/
Verdieping
Uitspraak:
veertig/vijftig met /f/,
zestig/zeventig met
/s/
Veertig en
vijftig worden
uitgesproken met een /f/ aan het begin, en
zestig en
zeventig met een /s/.
Zie Rooryck et al. (2010) voor de hypothese dat de stemloosheid
van de initiële consonant van deze telwoorden het gevolg is van
assimilatie met een onzichtbare /t/, nl. /t + v/eertig >
[t + f]eertig, en een daarop volgende /t/-deletie,
nl. [t + f]eertig > [f]eertig.
In Nederland komt ook wel de stemhebbende uitspraak van deze beginklanken
voor, maar het is onduidelijk of dit gebruik tot de standaardtaal
gerekend kan
worden.
In samenstellingen (zoals 42, 58, 63, of 74) beginnen
zestig en
zeventig doorgaans
ook met een stemloze klank (maar ook in deze gevallen komt in Nederland
de stemhebbende variant voor), maar worden
veertig en
vijftig juist wel
met de stemhebbende v uitgesproken.
Zie ook Taaladvies.net over de uitspraak van veertig
en
vijftig
en van zestig
en
zeventig .
Alle andere complexe hoofdtelwoorden zijn samenstellingen, combinaties van twee of meer hoofdtelwoorden,
eventueel verbonden met -en-. Hieronder bespreken we
samengestelde telwoorden in meer detail.
Complexe telwoorden: woorden of woordgroepen?
Verdieping
Complexe telwoorden: woorden of woordgroepen?
Complexe telwoorden boven de 100 worden, net als die onder 100, als één woord
geschreven:
honderdentwee of
honderddertien. De
delen van telwoorden boven de 1000 worden echter los van elkaar
geschreven, zoals duizend en
twee of tweeduizend
zestien. Daarmee ziet een telwoord als
negenenvijftig er
meer uit als een woord dan bijvoorbeeld duizend en
twee, dat er meer als een woordgroep
uitziet. Booij (2009) betoogt daarom dat de constructie van complexe
telwoorden in het Nederlands deels een morfologische maar deels ook een
syntactische aangelegenheid is.
Complexe telwoorden zoals
vierendertig,
honderd(en)twee of
duizend (en) zeven
bevatten alle het tussenvoegsel -en- en doen
daardoor denken aan woordgroepen (met nevenschikking). Ondanks dit
woordgroepachtige karakter kunnen deze telwoorden als basis voor
woordvorming dienen: rangtelwoorden worden op basis van deze telwoorden
gevormd door het achtervoegsel -de of
-ste toe te voegen (bijv.
vierendertigste,
honderdentweede,
duizend(en)zevende).
Booij concludeert dat de telwoorden tussen 1 en 20 en de veelvouden van
10 (bijv. twintig,
dertig,
veertig, etc.)
duidelijk woorden zijn (die alle in het mentale lexicon worden
opgeslagen). De telwoorden tussen 21 en 99 kunnen ook als woorden
beschouwd worden. Booij geeft daarvoor het argument dat de volle vocaal
in het voegwoord en dof
geworden is in deze telwoorden
(en wordt uitgesproken
als [ən]),
Er zijn echter ook sprekers van het Nederlands die de -en- in dergelijke telwoorden wel met
een volle vocaal uitspreken. Dit is voornamelijk het geval in
langzaam en nadrukkelijk taalgebruik.
wat erop wijst dat
en een soort
verbindingselement geworden is (bijv.
een-en-vijftig),
vergelijkbaar met andere Nederlandse samenstellingen waarin -en- ook een verbindingselement is, zoals
boek-en-plank.
Hier zou men kunnen tegen inbrengen dat in samenstellingen als
boekenplank
de additieve betekenis van het verbindingselement -en- ontbreekt, terwijl die betekenis
bij gelede telwoorden wel aanwezig is (bijv.
eenenvijftig
= 50 + 1). Het verbindingselement -en- is echter bij telwoorden niet noodzakelijk
voor een additieve interpretatie: ook
honderd drie
wordt additief geïnterpreteerd (100 + 3). Bovendien kan het
verbindingselement -en- ook in
andere samenstellingen verschillende betekenissen aannemen,
bijvoorbeeld
kriekenbier =
‘bier gemaakt van krieken’,
trappistenbier
= ‘bier dat door monniken wordt gebrouwen’,
vrouwenbier
= ‘bier dat doorgaans in de smaak valt bij vrouwen’.
De telwoorden boven de 100 (alsook boven de 1000) daarentegen,
kunnen als woordgroepen beschouwd worden, omdat ze het ongereduceerde
woord en (d.w.z. niet met
een doffe klank uitgesproken) kunnen bevatten en dus de vorm hebben van
(syntactische) nevenschikking.
Dit is zeker het geval bij getallen boven de 1000, wat bij deze
woorden ook hieraan te zien is dat die los van elkaar geschreven
worden.
Verder lezen
Samengestelde telwoorden kleiner dan 100
Bij de telwoorden tot en met 99 komt het getal dat de eenheden aangeeft vóór het
getal dat het tiental aangeeft. Bij telwoorden vanaf 21 wordt verplicht -en- tussengevoegd, dat als een verbindingsmorfeem
beschouwd kan worden en over het algemeen met een doffe
e (sjwa) uitgesproken wordt.
516:
zestien
18:
achttien
623:
drieëntwintig
47:
zevenenveertig
99:
negenennegentig
De betekenis van -en- is
additief, bijvoorbeeld
vijfenzestig = ‘5 + 60’. De
afgeleide vormen op -tig worden als tweede lid van
een samenstelling gebruikt om alle getallen tussen 21 en 99 aan te duiden (bijv.
een-en-twintig,
acht-en-negentig).
Samengestelde telwoorden groter dan 100
Afhankelijk van de waarde worden telwoorden groter dan 100 op verschillende
manieren gevormd:
Bij telwoorden boven de 100 die beginnen met
honderd of
duizend gaat het grootste
getal aan het kleinste (eenheden, tientallen of een combinatie daarvan)
vooraf:
7Meer
dan honderdtwaalf jongeren woonden deze dag
bij.
8De eerste zes maanden
zijn er honderdenvier klachten
binnengekomen.
9Duizend en
tien extra orgaandonoren vinden op een goede maand tijd,
dat is het doel van Rotaryclub Izegem.
De tussenvoeging van -en- (uitgesproken als het
voegwoord en, dus als [ɛn]) is bij
deze groep telwoorden niet verplicht tussen het honderdtal of duizendtal en de
eenheden of tientallen die erop volgen:
10honderdtien,
honderdentien
duizend vijf, duizend
en vijf
Het is echter wel verplicht tussen de tientallen en eenheden:
11honderdzevenendertig
duizend
achtentachtig
Mogelijk wordt -en- eerder toegevoegd bij ronde
aantallen (bijv. honderdentien) dan
bij precieze aantallen (bijv.
honderdzestien). Verder is het
gebruikelijker om -en- in te voegen tussen honderd-
of duizendtallen en daaropvolgende getallen tot en met 12 (bijv.
honderdenzeven,
duizend en twaalf) dan
tussen honderd- of duizendtallen en getallen boven de 12 (bijv.
honderddertien,
duizend zestien).
In
het CHN-corpus (geraadpleegd in mei 2023) komt
honderdvijftien
(zonder -en-) bijvoorbeeld 26 keer voor en
honderdenvijftien
geen enkele keer.
In bepaalde uitdrukkingen en vaste combinaties is de invoeging van -en- evenwel niet facultatief, zoals wanneer
honderd-en-een en
duizend-en-een gebruikt
worden om niet precies 101 of 1001 aan te duiden, maar ‘groot aantal’ (let bij
dit gebruik ook op de koppeltekens):
12Honderd-en-een vragen kwamen in hem
op.
13Er zijn
duizend-en-een regels waar de juryleden zich
aan te houden hebben.
Bij telwoorden die veelvouden uitdrukken van
honderd,
duizend,
een miljoen, enz. wordt dit
veelvoud (het vermenigvuldigingsgetal) als eerste genoemd:
14Sinds de opening zijn
meer dan achthonderd patiënten
gescreend.
15De stad telt
negenhonderdduizend
inwoners.
16Men is doende om ook het
corpus van vijfenvijftig miljoen woorden taalkundig
te verrijken.
Wanneer (veelvouden van) miljard,
miljoen,
duizend en
honderd met elkaar
gecombineerd worden, wordt er geen -en- ingevoegd
tussen deze telwoorden:
Bij combinaties van dergelijke telwoorden met tientallen of eenheden kan echter
wel -en- voorkomen:
Getallen boven een miljoen, miljard of biljoen worden soms op de volgende manier
gerealiseerd:
19Weet je hoeveel mensen
gisteravond hebben gekeken? Twee komma drie
miljoen!
Tweeduizend vijfhonderd of
vijfentwintighonderd?
Veelvouden van 100 tussen 1000 en 2000 worden meestal uitgedrukt zonder de vorm
duizend, dus
elfhonderd,
twaalfhonderd, … ,
achttienhonderd en
negentienhonderd. De vorm
met duizend is in die gevallen
minder gebruikelijk, maar komt wel voor, vergelijk bijvoorbeeld:
20Er zijn meer dan duizend
plaatsen, dertienhonderd om precies te
zijn.
21We mochten maar liefst
duizend driehonderd mensen verwelkomen op het
mosselfeest.
Bij veelvouden van 100 tussen 2000 en 10.000 zijn beide manieren van uitdrukken
mogelijk:
22Vijfentwintighonderd
gevechtsvliegtuigen stegen op van verschillende
plaatsen.
23Ongeveer
tweeduizend vijfhonderd buitenlanders
verblijven in ons land in de cel.
Een uitzondering hierop zijn dan echter de getallen 2100, 3100, enz.; deze worden
meestal als samenstellingen op -honderd
gerealiseerd, zonder de vorm
duizend:
éénentwintighonderd in
plaats van tweeduizend honderd. De
vormen tweeduizend éénhonderd,
drieduizend éénhonderd, enz.
zijn dan weer wel mogelijk, zij het vrij ongebruikelijk.
Voor 1000 en veelvouden daarvan is maar één vorm mogelijk:
duizend maar niet tienhonderduitgesloten,
tweeduizend maar niet
twintighonderduitgesloten. Dit geldt ook voor
getallen boven de 10.000: 10.500 = tienduizend
vijfhonderd maar niet honderdenvijfhonderduitgesloten.
Jaartallen
Voor jaartallen geldt dat ze tot 2000 enkel als een veelvoud van honderd worden
gerealiseerd:
Het tussenvoegen van -en- bij jaartallen is
facultatief. De vormen zonder -en- zijn het
gebruikelijkst:
261830:
achttienhonderddertig,
achttienhonderdendertig
1910:
negentienhonderdtien,
negentienhonderdentien
1996:
negentienhonderdzesennegentig,
negentienhonderdenzesennegentig
2003: tweeduizend
drie, tweeduizend en
drie
Ook het gebruik zonder honderd is
mogelijk:
Een woord als
negentienzesenvijftig
kan ook gebruikt worden voor een geldbedrag: 19,56 (waarin er een komma
gebruikt wordt), maar weer niet voor 1956,--.
27Sinds achttienvijftig hebben vijf
lichtschepen voor de Nederlandse kust de scheepvaart op juiste koers
gehouden.
28Washington werd zelfs tot
diep in de jaren negentienvijftig nog volgezet met
classicistische giganten, zodat de Amerikaanse hoofdstad ontworpen lijkt
door de tweelingbroer van Albert Speer.
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Kathy Rys | november 2023 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 7,../../data/archief/ans2/e-ans/07/body.html; |