17.3 De bezittelijke bij-constructie
Een bijzondere adpositieconstructie vinden we in (1). Deze bestaat uit een
voorzetselconstituent met bij als kern, bijvoorbeeld bij Sam in (1a), en nog een
voorzetselconstituent: op
school in (1a). Samen kunnen die op de eerste zinsplaats
gebruikt worden, zoals in (1a) en (1b), wat een aanwijzing is dat ze één constituent
vormen.
Deze constructie kan gebruikt worden om de plaats te beschrijven waar iets gebeurt, waar
iets zich bevindt of waar iets belandt. Vaak bestaat er een soort bezitsrelatie tussen het
complement van bij en het complement van het
andere voorzetsel; daarom wordt deze constructie wel de bezittelijke
bij-constructie genoemd.
Verder lezen
De
bezitsrelatie die in de bezittelijke
bij-constructie wordt uitgedrukt, valt vaak
ook anders te parafraseren, zoals op Sams
school voor bij
Sam op school in (1a). Maar dit geldt niet voor al deze
constructies: bij mij om de hoek in (2a) laat
zich bijvoorbeeld niet parafraseren door om
mijn hoek, net zomin als we bij ons op het platteland in (2b) kunnen
gelijkstellen aan op ons
platteland. Eerder geeft bij mij een vertrekpunt aan vanuit waar je moet
rekenen om de locatie van de lampenwinkel te bepalen. Ook bij ons geeft zo’n soort
oriëntatiepunt voor het begrijpen van op
het platteland.
De voorzetselconstituent die volgt op de voorzetselconstituent die met bij begint, zegt het meest
precies waar iets gebeurt, zich bevindt of belandt. Anders gezegd, de bij-constituent kan
gemakkelijker weggelaten worden dan de andere voorzetselconstituent: Op school weet bijna iedereen
het geeft beter de inhoud van (1a) weer dan Bij Sam weet bij iedereen
het. Daarom zien we de voorzetselconstituent met bij als voorbepaling in dit
soort constructies. Dus bij Sam op
school is dan een voorzetselconstituent die bestaat uit
op als kern,
school als
complement en bij
Sam als (voor)bepaling. De voorzetselconstituent met bij komt soms ook als
nabepaling voor, zoals in (3):
3Sjoerd zit nu vrolijk
op
schoot
bij zijn moeder.
Merk tot slot op dat de voorbeelden hierboven anders zijn dan een voorzetselgroep als
bij de bakker om de
hoek in (4). Daarin is bij de kern met de nominale constituent de bakker om de hoek als
complement. In die nominale constituent fungeert om de hoek als nabepaling: de bakker is om de hoek.
(4) is dus geen voorbeeld van de bezittelijke bij-constructie.
4Hoe kun je bij
de bakker om de hoek anoniem
solliciteren?
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Maaike Beliën | januari 2021 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 17,../../data/archief/ans2/e-ans/17/body.html; |