5.8.5.2.i Met expliciet antecedent
Verder lezen
Het antecedent van
wie
is van hetzelfde type als dat van
die
[5.8.5.1/i], maar het duidt altijd één of meer personen aan. In de bijzin fungeert
wie
als meewerkend voorwerp, in voorzetselconstituenten en in de combinaties
wie z' n
en
wie d'r
(zie 5.8.6, sectie
3b). Voorbeelden:
1De man wie
we dat gevraagd hadden, is psycholoog.
2Pamela D., met
wie hij samenleefde, werd veroordeeld wegens
medeplichtigheid.
3De man in de stoel van
wie ik nu zit, heet Johnny.
4De baron
wie z'n kasteel ik opgeknapt heb, is
overleden.informeel
De betrekkelijke bijzin met wie kan zowel uitbreidend als
beperkend zijn.
Vooral in informeel taalgebruik wordt de combinatie 'voorzetsel +
wie
'vervangen door een voornaamwoordelijk bijwoord (vergelijk(8.7.3, sectie
1b)), bijv.:
5Die man
waarmee ik stond te praten, was mijn
broer.informeel
6Iemand
waarop je kan rekenen is Joost niet
bepaald.informeel
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |