30.3.2.1 Het werkwoord
Verder lezen
Een werkwoordelijke constituent bestaat onder andere uit een werkwoord. Dat
werkwoord kan een dynamisch of een statisch karakter hebben. We spreken van
een
dynamisch karakter als het werkwoord een activiteit of proces weergeeft
waarin er sprake is van een bepaalde ontwikkeling, verandering, anders
gezegd een verloop in de tijd, zoals bijv.
ontploffen
smelten
verorberen
fietsen
slapen
Van een
statisch werkwoord spreken we als dit juist niet het geval is
en het werkwoord een bepaalde toestand aanduidt. Voorbeelden zijn:
houden
van
zijn
kennen
weten
Wanneer een werkwoord een dynamisch karakter heeft, dan kunnen eventuele
voorwerpen en sommige bepalingen nog een bijdrage aan de aspectualiteit van
de werkwoordelijke constituent leveren. Vergelijk bijvoorbeeld de zinnen in 1:
Het werkwoord lopen duidt een activiteit aan met een bepaald
verloop. Deze activiteit is op zichzelf niet in de tijd begrensd. De
werkwoordelijke constituent in 1a
heeft zodoende duratief aspect en zin
1a is derhalve ook duratief. In
combinatie met het voorwerp een kilometer draagt de
werkwoordelijke constituent echter terminatief aspect. Het voorwerp kan de
activiteit die door het werkwoord wordt uitgedrukt namelijk begrenzen
(zie
[30.3.2.2]). Zin 1b is
derhalve terminatief. In 1c zien we
dat, wanneer er geen sprake is van één kilometer, maar van een niet
gespecificeerd aantal kilometers, de activiteit niet begrensd wordt en de
werkwoordelijke constituent duratief aspect heeft. Daarmee wordt ook de zin
duratief.
Wanneer het werkwoord een statisch karakter heeft, dan hebben de voorwerpen
en bepalingen die eventueel ook nog in de werkwoordelijke constituent
kunnen optreden geen enkele invloed meer op de aspectuele informatie. De
werkwoordelijke constituent en de zin hebben in dat geval altijd duratief
aspect. Vergelijk:
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |