12.3.4.1.1 Samenkoppelingen met aan
Er kunnen voor samenkoppelingen met aan drie betekenisgroepen onderscheiden worden.
-
Het partikel aan voegt aan het werkwoord de betekenis 'nabijheid' of 'oppervlakkig contact' toe. Het procedé is productief. Voorbeelden zijn:1aanbouwen, aandoen, aangeven, aangorden, aankoppelenEen voorbeeld is het gebruik van aandoen in de volgende zin:2Het jonge kind kreeg een applaus toen het zijn kleren voor het eerst zelf aandeedIn een aantal gevallen is bovendien een betekenismoment van 'richting' of 'gerichtheid' aanwezig. Voorbeelden met deze betekenis zijn onder andere:3aandragen, aansjouwen, aankijken, aanleveren, aanblaffenDeze betekenis wordt geïllustreerd door het gebruik van aankijken in de volgende zin:4Je moet mij wel aankijken als je tegen me praat
- In een beperkt aantal gevallen geeft de met aan gevormde samenkoppeling het begin aan van de werking die door het werkwoord wordt uitgedrukt. Er is dus een inchoatieve betekenis. Zo betekent het vlees aansnijden: 'het vlees beginnen te snijden'. Het procedé is met deze betekenis niet productief. Andere voorbeelden zijn aanbraden en aangloeien.
-
Samenkoppelingen als aanklooien en aanrotzooien, met de betekenis '(bij voortduring) onsamenhangend klooien, respectievelijk rotzooien', drukken een negatieve waardering uit. De zo gevormde samenkoppelingen kunnen in een zin alleen maar voorkomen als het woordje maar aanwezig is, bijv.:5Hij rommelt maar wat aan. informeel Deze vorm komt geregeld voor in standaardtalige contexten, vooral in het informele taalgebruik.Laat hem maar aanleuteren. informeel Deze vorm komt af en toe voor in standaardtalige contexten, vooral in het informele taalgebruik.Dit type samenkoppeling is productief. Wel is het gebruik van zulke samenkoppelingen beperkt tot informele taal. Voorbeelden zijn verder aankeutelen en aankuttenDit woord is ook de titel van een boek geschreven door Anouk Kemper, Uitgeverij Brandt, 2019., allebei met de betekenis ‘ongericht bezig zijn, aanklungelen’.In een aantal gevallen is aan gecombineerd met een substantief of adjectief dat tot werkwoord is geconverteerd. Voorbeelden zijn:6aandijken, aandikken, aanmoedigen, aanmatigenIn een samenkoppeling als aantijgen is er geen corresponderend basiswerkwoord tijgen.Partikelwerkwoorden met aan worden ook gebruikt in combinatie met het werkwoord komen, zoals in:7Van alle kanten kwamen mensen aangelopen/aanlopen.In deze constructie kan de samenkoppeling met aan alleen gebruikt worden in de vorm van een voltooid deelwoord of infinitief.Zie Booij & Audring (2007), Beliën 2016.Samenkoppelingen met aan kunnen qua betekenis tot meer dan één groep behoren. Zo hoort aanschreeuwen in (8a) tot de eerste groep en in (8b) tot de derde:Het morfeem aan wordt in een aantal gelede werkwoorden zoals aanbídden en aanváarden als prefix gebruikt. In België worden de werkwoorden aanhoren en aanzien ook onscheidbaar gebruikt:.
Verder lezen
Literatuur
Interessante links
ANS
Taaladvies
Dagenta
Taalportaal
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |