12.5.4 Samenstellende afleiding
Samenstellende afleidingen zijn woorden die gevormd zijn
door de combinatie van samenstelling en afleiding. Een voorbeeld is het
adjectief blauwogig met de vorm
adjectief + substantief + -ig. Dit woord kan niet
zonder meer worden geanalyseerd als een samenstelling, bestaande uit
blauw +
ogig of als een afleiding
bestaande uit blauwoog + -ig, omdat noch
ogig noch
blauwoog een bestaand woord
van het Nederlands is. Er lijkt sprake te zijn van combinatie van twee woorden
en een suffix. Vandaar de benaming ‘samenstellende afleiding’. Naast het type op
-ig onderscheiden we ook samenstellende
afleidingen op -s
(bovengronds,
zesdaags) en samenstellende
afleidingen met een pseudo-deelwoord
(goedgemutst,
breedgeschouderd).
Verder lezen
Samenstellende afleidingen op -ig
We onderscheiden verschillende types samenstellende afleiding op -ig. Van de onderstaande types zijn de eerste twee
productief; als substantivisch basiswoord treedt haast altijd een
éénlettergrepig woord op (een uitzondering is
eenlettergrepig):
1adjectief +
substantief + -ig: gelijkvormig, hardhandig,
kleingeestig, kleinschalig, loslippig, zwaarmoedig,
zwakzinnig
telwoord +
substantief + -ig: driestemmig, duizendkoppig,
eenlettergrepig, meercellig, tweetalig,
veelkleurig
adpositie +
substantief + -ig: afhandig, inpandig, uithuizig,
uitstedig
Samenstellende afleidingen met het achtervoegsel -ig
benoemen de eigenschap die wordt genoemd door de combinatie van
adjectief/telwoord/adpositie en substantief.
Bij het eerste subtype, met een adjectief, horen ook de samenstellende
afleidingen die een taal aanduiden, bijv.
2Duitstalig, Franstalig,
Nederlandstalig
Tot het tweede subtype, met een telwoord, behoren de adjectieven die een
tijdsduur of een leeftijd aangeven, zoals:
3achturig (een
achturige
werkdag)
zesendertigurig (de
zesendertigurige
werkweek)
driejarig (een
driejarige
hengst)
honderdjarig (het
honderdjarige bestaan van de
firma)
Wat de betekenis betreft sluit het volgende type adjectieven zich bij de twee
vorige aan:
4substantief + substantief + -ig
4bronskleurig,
crèmekleurig, goudkleurig, koffiekleurig, metaalkleurig,
roomkleurig
boogvormig,
cirkelvormig, handvormig, kevervormig, nootvormig,
peervormig
Dit patroon is ook productief. De betekenis van zulke woorden is: 'de kleur/de
vorm hebbend van -'. Deze adjectieven zouden kunnen worden beschouwd als
afleidingen van samenstellingen, bijvoorbeeld bronskleur +
ig, maar een analyse als
brons + kleurig is ook
denkbaar. In dat geval moet het linkerdeel
brons qua betekenis worden
opgevat als een nadere bepaling van het basiswoord
kleur van het rechterdeel
kleurig.
Er zijn een aantal adjectieven met een vergelijkbare vorm, maar zonder dat alle
samenstellende woorddelen bestaande woorden zijn. Dat geldt bijvoorbeeld
voor:
5baldadig, barmhartig,
rampzalig, pokdalig, zorgvuldig, meewarig,
wispelturig
Deze woorden zijn qua betekenis slechts gedeeltelijk doorzichtig, vaak doordat
een van de samenstellende delen geen woord is (bijvoorbeeld
barm,
wispel) of niet de gewone betekenis heeft
(bal, zalig).
Samenstellende afleidingen op -s
Niet of nauwelijks productieve types samenstellende afleidingen zijn die met het
suffix -s:
6adpositie +
substantief
bovengronds, buitenschools,
naschools, ondermaats, vooroorlogs,
voorhuwelijks
telwoord + substantief +
-s
achtmaands,
drieweeks, tweedaags, zesdaags
adjectief + substantief
+ -s
goedlachs,
kleinsteeds, platvloers, wijdbeens
De combinatie telwoord + substantief duidt een tijdsperiode aan. De op basis
hiervan gevormde samenstellende afleidingen hebben doorgaans als betekenis 'met
de genoemde tijdsperiode als duur of leeftijd', zoals in:
7de
achttiendaagse veldtocht ‘de veldtocht die
achttien dagen duurde’
een
tweedaags kalf ‘een kalf dat twee dagen oud
is’
zesweekse biggen ‘biggen die
zes weken oud zijn’
Samenstellende afleidingen met een pseudo-deelwoord
Een derde type samenstellende afleidingen wordt geïllustreerd door woorden als
witgejast en
kortgerokt, waarin het
rechterdeel een pseudo-deelwoord is. De rechterdelen
gejast en
gerokt komen niet
zelfstandig als woord voor, alleen als onderdeel van een samengesteld woord.
Daarom kunnen ze als samenstellende afleidingen worden beschouwd. Andere
voorbeelden zijn:
8breedgeschouderd,
goedgemutst, hooggehakt
Het bijzondere van dit soort adjectieven is dat het linkerdeel naar betekenis
geen nadere bepaling is van het hele rechterdeel, maar alleen van het basiswoord
ervan. Zo betekent witgejast niet
‘op een witte manier gejast’, maar ‘voorzien van een witte jas’. Evenzo betekent
kortgerokt niet ‘op een
korte manier van een rok voorzien’, maar ‘voorzien van een korte rok’.
De structuur van samenstellende afleidingen
Verdieping
De structuur van samenstellende afleidingen
Wat is de structuur van een woord als
blauwogig? Er zijn
drie mogelijkheden:
Dit soort woorden kunnen niet beschouwd worden als afleidingen
van een woordgroep, theoretisch een vierde mogelijkheid. Immers,
in een woordgroep als dikke
buik wordt het adjectief
verbogen, en zou een afleiding op -ig dus het niet welgevormde woord
dikkebuikig
zijn.
Het voordeel van de tweede en derde mogelijkheid is dat we zo dit woord
kunnen inpassen in andere woordvormingspatronen van het Nederlands,
afleiding en samenstelling. Probleem is wel dat noch
blauwoog noch
ogig bestaan als
woorden van het Nederlands. We vinden wel adjectieven als
buikig ‘een buik
hebbend’ en harig ‘veel haar
hebbend’, maar ‘ogen hebbend’ is blijkbaar geen relevante
onderscheidende eigenschap, en dus is er geen adjectief
ogig.
Als we de derde mogelijkheid kiezen, dan moeten we aannemen dat
blauwogig een
samenstelling is van het adjectief
blauwen
het mogelijke, maar niet bestaande woord
ogig. Het woord is
dan gevormd volgens het volgende patroon, dat een
vereniging is van twee
woordvormingspatronen:
ii[adjectief + [substantief +
-ig]adjectief]adjectief
We moeten dan verder aannemen dat naar betekenis het adjectief
blauw geen
betrekking heeft op het adjectivische hoofd
ogig in zijn geheel, maar
alleen op het basiswoord ervan,
oog. Zo’n beperkt
semantisch bereik van het linkerdeel van een samenstelling moeten we ook
aannemen voor een woord als
witgejast, waar
wit iets zegt over
het basiswoord van gejast,
het substantief jas. Evenzo
zegt in een samenstelling als
driejaarlijks het
linkerdeel drie iets over
het basiswoord jaar van
jaarlijks.
De tweede mogelijkheid, afleiding van een samenstelling, lijkt goed
mogelijk bij woorden als
zilverkleurig
‘zilverkleur hebbend’ en
boogvormig ‘een boogvorm
hebbend’, maar een analyse als samenstelling
(zilver+kleurig) is
niet uitgesloten. Woorden op -lustig,
-plichtig en -zuchtig kunnen ook als afleidingen van samenstellingen
door middel van het suffix -ig worden
beschouwd:
iiikooplustig,
strijdlustig, levenslustig
belastingplichtig, dienstplichtig,
leerplichtig
drankzuchtig,
gemakzuchtig, wraakzuchtig
Het woordvormingssysteem van het Nederlands laat dus voor bepaalde typen
gelede adjectieven zoals
zilverkleurig meerdere
structurele interpretaties toe.
In woorden als witgejast en
kortgerokt is
slechts één structurele interpretatie mogelijk, omdat adjectief en
substantief van elkaar gescheiden zijn door ge-, en dus qua vorm geen combinatie zijn. Het zijn dus qua
structuur samenstellingen, waarbij het rechterdeel een niet bestaande
afleiding met de vorm van een pseudo-deelwoord is. Deze woorden kunnen
dus beschouwd worden als het product van de vereniging van twee
woordvormingsprocessen, de vorming van pseudo-deelwoorden en
samenstelling van het type Adjectief + Adjectief.
Literatuur
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
3.0 | Geert Booij | juni 2022 | |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 | hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html; |