20.2.2.4.iii.2 Passieve hoofdzinnen
Verder lezen
Komt er een onderwerpszin voor in een passieve hoofdzin, dan kan de
onderwerpszin op de eerste zinsplaats staan, bijv.:
1Dat hij erg hard gewerkt heeft,
kan niet gezegd worden.
Zoals voor onderwerpszinnen in het algemeen geldt, staat de onderwerpszin
ook in dit geval echter dikwijls op de laatste zinsplaats. In dergelijke
gevallen kan het presentatieve
er optreden,
tenminste als het gezegde van de
rompzin non-factief is, dat wil zeggen als het in de
onderwerpszin uitgedrukte niet als feitelijk wordt voorgesteld. Voorbeelden:
2Er kan
niet gezegd worden dat hij hard gewerkt
heeft.
3Er wordt
beweerd dat hij gefraudeerd
heeft.
4Er wordt
onderzocht of ze alsnog een verblijfsvergunning kan
krijgen.
5Er werd
geroepen: 'Leve de Republiek!'.
Voor de vraag of
er
gehandhaafd blijft als de onderwerpszin vooropgeplaatst wordt, zie men(8.6.3.3.ii, sectie 2, categorie 2 [2]).
Is het gezegde van de rompzin factief, dat wil
zeggen wordt het in de onderwerpszin uitgedrukte als feitelijk voorgesteld, dan wordt het
voorlopig onderwerp
het
gebruikt. Vergelijk respectievelijk met 2,
3 en 4:
6Het wordt
niet erg gewaardeerd dat hij hard gewerkt
heeft.
7Het wordt
betreurd dat hij gefraudeerd
heeft.
8Het wordt
toegejuicht dat ze alsnog een verblijfsvergunning kan
krijgen.
Opmerking
Verdieping
Opmerking
Ook mogelijk is:
iHet
wordt beweerd, dat hij gefraudeerd
heeft.
als er tenminste nadruk ligt op beweerd (eventueel op
wordt) en de onderwerpszin voorafgegaan wordt door een pauze
en op lagere toon wordt uitgesproken. Als context is denkbaar:
iiA: Zo, dus hij heeft
gefraudeerd. B: Nou ja, het wordt bewéérd, dat hij
gefraudeerd heeft.
Hier verwijst het terug naar de zin van spreker A. Het is dus geen
voorlopig onderwerp, zoals in de zinnen 6
t/m 8, maar het eigenlijke onderwerp,
terwijl de onderwerpszin als herhaald onderwerp te beschouwen is: de onderwerpszin zou ook
kunnen worden weggelaten.
Toch kan het soms ook wel zonder terugwijzende functie, dus
wel als voorlopig onderwerp, gebruikt worden. Zo is
iii ook denkbaar zonder dat de
bedoelde zegswijze al eerder in het gesprek is voorgekomen:
iiiHet
wordt vaak gezegd: hoe meer zielen, hoe meer vreugd.
Literatuur
Interessante links
ANS
Taalportaal
Taaladvies
Versiegeschiedenis
versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |