' t fokschaap 02/03/02/07  
' t kofschip 02/03/02/07  
taalvariatie zoek bij: variatie
tangconstructie 21/01/01/01  
`tante Betje' 24/02/02  
tegenstellend verband 25/06/01/01   zie ook: tegenstelling  
tegenstellend voegwoordelijk bijwoord 08/05  
tegenstelling 25/06/01/01  
* verdelende (zuivere) tegenstelling 25/06/01/02  
* distantiĆ« rende tegenstelling 25/06/01/03  
* vervangende tegenstelling 25/06/01/04  
* alternatieve tegenstelling 25/13/01  
tegenwoordig deelwoord (onvoltooid deelwoord/participium praesentis)
* gebruiksmogelijkheden 02/04/05  
* tegenwoordig deelwoord of adjectief? 06/02/03  
tegenwoordig deelwoord (onvoltooid deelwoord/participium praesentis), algemeen 02/03/02/06  
tegenwoordig-deelwoordconstructie 17/05/02  
tegenwoordige werkwoordstijd 02/04/08/01  
telbaar substantief 03/02/02  
telwoord (numerale) 07/01  
* bepaald telwoord 07/01  
* onbepaald telwoord 07/01  
* verkleinwoordvorm 07/02/03/02  
* bij namen van keizers, koningen, pausen enz. 07/03/02/01   14/05/03/09/01  
* spelling samengesteld telwoord 07/05  
* plaats t.o.v. adjectief in naamwoordelijke constituent 14/04/06/01  
telwoord + (e)n 07/02/03/01  
telwoord + frequentie-aanduider, enkelvoud of meervoud (bijv. drie keer of keren)? 07/02/04  
telwoord + maataanduider, enkelvoud of meervoud (bijv. drie kilo/kilo's)? 07/02/04  
telwoord + tijdaanduider, enkelvoud of meervoud (bijv. drie uur/uren)? 07/02/04  
tempora zie: werkwoordstijd(en)  
temporele bepaling zie: bepaling, van tijd (temporele bepaling)   zie: bepaling, van tijd (temporele bepaling)   zie: tijdsbepaling  
temporele bijzin zie: bijzin, van tijd (tijdszin)  
temporele functie van werkwoordstijden 02/04/08/02/01  
* extern-temporele functie 02/04/08/02/01  
* intern-temporele functie 02/04/08/02/02  
tempus zoek bij: werkwoordstijd
terminatief aspect 30/01  
terminatieve tijdsbepaling 30/03/04  
thema 21/01/02/01  
thematisch principe (bij woordvolgorde) 21/01/02/01  
tijd zie: bepaling, van tijd (temporele bepaling)   zie: bijwoord (adverbium), van tijd   zie: bijzin, van tijd (tijdszin)   zie: voegwoord (conjunctie), van tijd   zoek bij: werkwoordstijd
tijdsaanduider na telwoord, enkelvoud of meervoud? (bijv. drie uur of uren?) 07/02/04  
tijdsaanduiding met kaderscheppende functie, plaatsing in de zin 21/03/02/01/02  
tijdsbepalende genitief 04/06/05/01  
tijdsbepaling
* gebruik lidwoord 04/06/05  
* tijdsbepaling-wanneer? 20/10/03/01  
- relationele tijdsbepaling-wanneer? 20/10/03/01  
- situerende tijdsbepaling-wanneer? 20/10/03/01  
* tijdsbepaling-hoelang? (bepaling van duur, duurbepaling) 20/10/03/03  
- werkwoorden met een verplichte tijdsbepaling-hoelang? 20/10/03/01  
* plaatsing in de zin, algemeen 21/03/06/04   21/07/02/02/04  
* plaatsing in de zin
- t.o.v. bepaling van plaats 21/04/08/03  
- t.o.v. modale bepaling 21/04/09/03  
- t.o.v. oordeelspartikel 21/04/09/04/01  
* duratieve tijdsbepaling, algemeen 30/03/04  
* terminatieve tijdsbepaling 30/03/04  
tijdsbepaling, alg. zoek bij: tijdsaanduiding
tijdsbepaling, algemeen 20/10/03/01  
tijdszin (bijzin van tijd), plaatsing in de zin 21/07/02/01  
toegevende zin (bijzin van toegeving, concessieve bijzin) 20/10/13  
* met (ook) al
- plaatsing in samengestelde zin 21/08/02/02   21/08/02/02   21/09/02/02  
* zonder voegwoord
- plaatsing in samengestelde zin 21/08/02/02   21/09/02/02  
* met hoe/wat/wie... ook, plaatsing in samengestelde zin 21/08/02/02   21/09/02/02  
toegevende zin (bijzin van toegeving, consessieve bijzin)
* met (al)hoewel/ofschoon 21/02/02/02  
- plaatsing in samengestelde zin 21/03/01/02  
* met (ook) al 21/02/02/02  
- plaatsing in samengestelde zin 21/03/01/02  
* zonder voegwoord 21/02/02/02   21/02/03/02  
- plaatsing in samengestelde zin 21/03/01/02  
toegeving zie: bepaling, van tijd (temporele bepaling)   zie: bijzin, van tijd (tijdszin)   zie: voegwoord (conjunctie), van tijd  
toekomende werkwoordstijd 02/04/08/01  
toestand 30/01   30/02/03  
toestandswoord 06/02/01  
toevallig wederkerend werkwoord 02/02/04  
toevallig wederkerende verbinding 05/03/04/01  
toevoeging (vs. complement) 13/02   19/01/02  
toevoegsel (affix) 12/01/01  
topic 21/01/02/01  
transitief voorzetsel 08/04   09/01   17/01  
transitief werkwoord zie: overgankelijk werkwoord  
trappen van vergelijking (comparatie) 06/04/03/01/01   zie ook: overtreffende trap (superlatief)   zie ook: vergrotende trap (comparatief)   zoek bij: stellende trap
* van samengestelde adjectieven met als tweede lid een deelwoord of pseudo-deelwoord (bijv. dichtbevolkt, drukbezocht,veeleisend, verstrekkend) 06/04/03/01/01  
tussenklank
* tussen persoonsvorm en onderwerp (bijv. werkte-n-ie) 05/02/05/01  
* bij samengesteld substantief 12/03/02/02/01   12/03/02/02/01  
* bij afgeleid adjectief 12/04/02/03/01/02   12/04/02/03/02/03   12/04/02/03/05/09   12/04/03/03/02  
* bij samengesteld adjectief 12/04/03/02   12/04/03/02  
* bij afgeleid bijwoord 12/05/02/03   12/05/02/04  
tussenwerpsel (interjectie) 11/01  
* klanknabootsend tussenwerpsel 11/02/02/01  
* niet-betekenisdragend tussenwerpsel 11/02/02/01  
* betekenisdragend tussenwerpsel 11/02/02/02/01  
* niet-klanknabootsend tussenwerpsel 11/02/02/02/01  
* niet-noodzakelijk emotioneel tussenwerpsel 11/02/02/02/01   11/02/02/02/02  
* noodzakelijk emotioneel tussenwerpsel 11/02/02/02/01   11/02/02/02/03  
* gebruik 11/03  
* tussenwerpsel of bijwoord? 11/03/04  
* plaatsing op zinsniveau 21/01/01/02  
tutoyeren 05/02/04/02  
tweede deel van een (gesplitst) voornaamwoordelijk bijwoord zie: voorzetselbijwoord  
tweede deel van een gesplitst voornaamwoordelijk bijwoord zie: voorzetselbijwoord  
tweede hoofdvorm van werkwoord zie: imperfectum  
tweede pool 21/01/01/01  
tweede positie in de determinator 14/04/02   14/04/03  
tweegenerasysteem 03/03/01  
tweeklank 01/01/02  
* woorden op tweeklank, meervoud 03/05/02/01  
twijfelachtig
* verschijnselen 25/05/02   25/08/02/02/02   25/10/02/03/02   25/12/02/02/01   25/12/02/02/02   25/12/02/02/02  
twijfelachtig, algemeen 00/06/01  
twijfelvraag zie: ja/nee-vraag