Aspectualiteit met betrekking tot tijdsbepalingen
 
[ 30·3·4 ]
 
In principe kan men iedere zin aanvullen met een duratieve (zie voorbeeld (1) hieronder) of terminatieve (zie (2) en (3)) tijdsbepaling. Een duratieve tijdsbepaling, bijvoorbeeld urenlang of dagenlang, duidt de tijdsduur aan waarvoor de in de zin tot uitdrukking gebrachte situatie geldt:

(1) Doornroosje sliep jarenlang. (duratief)

Een terminatieve tijdsbepaling, bijvoorbeeld in een uur/in een paar minuten of binnen drie minuten, specificeert de tijdsspanne waarin het door de zin uitgedrukte gebeuren zich voltrekt:

(2) Charlie Chaplin struikelde binnen een seconde over een steen. (terminatief)
(3) De soldaat stierf binnen twee dagen aan zijn verwondingen. (terminatief)

Niet iedere combinatie van een zin met een tijdsbepaling (duratief of terminatief) is echter correct in de bovengenoemde interpretatie van de betreffende bepalingen.
     Zinnen die een situatie met een inherent eindpunt weergeven, dat wil zeggen zinnen met terminatief aspect, treden bij voorkeur op in combinatie met een terminatieve tijdsbepaling, zodat de aspectualiteit van de hele zin inclusief de tijdsbepaling terminatief blijft. We zeggen dan dat het buitenaspect terminatief is. Worden ze gecombineerd met een duratieve tijdsbepaling, dan veroorzaakt dit een herhalingsbetekenis. Dergelijke zinnen drukken uit dat de in de zin weergegeven gebeurtenis bij herhaling plaatsvindt en hebben derhalve duratief buitenaspect. Bij sommige, moeilijk herhaalbare gebeurtenissen zoals in (5), levert dat een merkwaardig resultaat op.

(4) Charlie Chaplin struikelde urenlang over een steen. (duratief)
(5) De soldaat stierf maandenlang aan zijn verwondingen. (duratief)

Zin (4) heeft de betekenis 'Charlie Chaplin struikelde bij herhaling over een steen'. Er is dus sprake van verschillende keren dat Charlie Chaplin struikelde. Deze herhalingslezing wordt veroorzaakt door het feit dat een zin met terminatief binnenaspect (de zin Charlie Chaplin struikelde over een steen is terminatief) een duratieve tijdsbepaling bevat. Ook zin (5) heeft deze herhalingsbetekenis. Gezien het feit dat 'sterven' echter een gebeurtenis is die normaliter niet herhaald kan worden, doet deze zin vreemd aan. Men kan hem alleen in een minder voor de hand liggende context gebruiken.
     Omgekeerd geldt ook dat zinnen die een situatie zonder inherent eindpunt weergeven, dat wil zeggen zinnen met duratief aspect, juist bij voorkeur optreden in combinatie met een duratieve tijdsbepaling, zodat het buitenaspect van de zin ook duratief is. Wordt in deze zinnen toch een terminatieve tijdsbepaling als in een paar minuten gebruikt, dan veranderen ze van betekenis: ze krijgen een inchoatieve betekenis.

(6) Doornroosje sliep in een paar minuten. (terminatief)

Zin (6) is een combinatie van duratief binnenaspect (de zin Doornroosje sliep is duratief) met een terminatieve tijdsbepaling. Dit veroorzaakt een inchoatieve lezing. De zin heeft een betekenis die geparafraseerd kan worden met 'Doornroosje viel binnen een paar minuten in slaap'. In een paar minuten geeft hier de tijdsspanne aan waarbinnen het gebeuren een aanvang neemt. Het buitenaspect van zin (6) is derhalve terminatief.
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina