|
|
Aard van de leden; plaatsing van de elementen van de reeksvormers
|
[ 25·12·2·2·2 ]
|
a |
Als evenmin of zomin vóór het eerste lid staan,
mogen de leden niet ontkend zijn door een ander negatie-element dan
evenmin -als of zomin-als. Vergelijk:
|
(2a)
|
(We vonden) evenmin een zaklantaarn als lucifers.
|
|
(2b)
|
(We vonden) evenmin geen zaklantaarn als geen
lucifers.
<<uitgesloten>>
|
Staan evenmin of zomin tussen beide leden in, dan
geldt hetzelfde als de leden zonder pauze met elkaar verbonden worden;
vooral bij evenmin gaat dit echter soms moeilijk. Wordt vóór
de reeksvormer een pauze ingelast (in
geschreven taal
weergegeven door een komma), dan moet het eerste lid ontkend zijn.
Vergelijk:
|
(2c)
|
(We vonden) een zaklantaarn zomin als lucifers.
<formeel>
|
|
(2d)
|
(We vonden) een zaklantaarn evenmin als lucifers.
<<twijfelachtig>>
|
|
(2e)
|
(We vonden) geen zaklantaarn evenmin als lucifers.
<<uitgesloten>>
|
|
(2f)
|
(We vonden) geen zaklantaarn, evenmin als lucifers.
|
|
(2g)
|
(We vonden) een zaklantaarn, evenmin als lucifers.
<<uitgesloten>>
|
Evenals de nevenschikkingen met het voegwoord noch waarvan de
leden (behalve het laatste) niet door een negatie-element voorafgegaan
worden, vormen de nevenschikkingen met evenmin -als en
zomin-als tussen beide leden in geplaatst, een hechte
semantische en syntactische eenheid. Bij ontkenning van het eerste lid
(zoals hierboven in (2f)), wordt de band tussen de leden
losser gemaakt, wat onder meer blijkt uit de pauze en de mogelijkheid tot
splitsing (vergelijk
).
|
|
b |
Wat de doorbreking van constituenten betreft, hebben evenmin
-als en zomin-als in principe dezelfde algemene
mogelijkheden als de andere reeksvormers (zie
, [4]), maar niet de mogelijkheid tot doorbreking van een
voorzetselconstituent, zoals zowel-als (zie de voorbeelden
(3b), (4b) en (5d) en
vergelijk
). Bij doorbreking van het eerste lid van een nevenschikking met
gemeenschappelijke kernen en eventuele voorbepalingen worden
evenmin en zomin vóór als of achter
de gemeenschappelijke delen geplaatst, die in het tweede lid worden
weggelaten. Plaatsing achter de gemeenschappelijke delen is echter soms
nauwelijks aanvaardbaar (zie de voorbeelden (5a),
(5b) en (5c)). Vergelijk:
|
(3a)
|
(Ik reis) zomin met de trein als met de auto.
<formeel>
|
|
(3b)
|
(Ik reis) met zomin de trein als de auto.
<<uitgesloten>>
|
|
(4a)
|
(Dat zie je) evenmin in Frankrijk als in Engeland.
|
|
(4b)
|
(Dat zie je) in evenmin Frankrijk als Engeland.
<<uitgesloten>>
|
|
(5a)
|
(Mij bevallen) evenmin de antwoorden van Marie als
de antwoorden van Jozef.
|
|
(5b)
|
(Mij bevallen) de antwoorden van Marie evenmin als (-) van Jozef.
|
|
(5c)
|
(Mij bevallen) de antwoorden evenmin van Marie als
(-) van Jozef.
<<twijfelachtig>>
|
|
(5d)
|
(Mij bevallen) de antwoorden van evenmin Marie als
Jozef.
<<uitgesloten>>
|
|
|
|
|