Voorzetsels vs. achterzetsels
Het Nederlands kent zowel voorzetsels als achterzetsels. Maar wat is het verschil?
Allereerst is het zo dat alle achterzetsels ook als voorzetsel gebruikt kunnen worden. Alleen het achterzetsel af wordt niet als voorzetsel gebruikt; het corresponderende voorzetsel is van:
- de zaal in - in de zaal
- het veld af - van het veld
Het belangrijkste verschil tussen de voor- en achterzetsels zit 'm in de betekenis. xZie ANS 9.2.2 Betekenisverschillen tussen achterzetsels en voorzetsels en ANS 9.3.2 Betekenisverschillen tussen omzetsels, achterzetsels en voorzetsels Achterzetsels roepen altijd het idee van een pad op, terwijl (locatieve) voorzetsels (bijv. op, in) puur een plaats uitdrukken:
- Op een gegeven moment liep een supporter het veld op.
de supporter beweegt zich van de rand van het veld naar een plek op het veld - Op een gegeven moment liep een supporter op het veld.
de supporter bevindt zich op het veld loopt daar rond
In sommige gevallen is het verschil minder duidelijk. Zo lijkt er geen verschil te zijn tussen onderstaande zinnen:
- Hij stapte de lift in en drukte op de knop voor de begane grond.
- Hij stapte in de lift en drukte op de knop voor de begane grond.
Toch is er een subtiel verschil dat duidelijk wordt in het volgende voorbeeld:
- Je stapt er steeds vaker de hondenpoep in. fout
- Je stapt er steeds vaker in de hondenpoep.
Hier is een achterzetsel (de hondenpoep in) niet mogelijk, omdat het een pad uitdrukt van het onderwerp (je). Dit zou alleen kunnen als de hondenpoep zo groot zou zijn dat de persoon er helemaal in verdwijnt.
Een ander verschil komt voor bij voorzetsels die een route uitdrukken, zoals door en over. Achterzetsels drukken altijd het gehele pad uit, terwijl voorzetsels mogelijk maar een deel van een pad uitdrukken:
- Ik liep de gang door en ging naar buiten.
de ik loopt de volledige gang door, namelijk van het ene eind naar het andere - Ik liep door de gang toen ik mijn ex-collega zag staan.
de ik loopt niet noodzakelijk van het ene naar het andere eind van de gang
Ten slotte zijn voorzetsels ook niet mogelijk in het volgende voorbeeld:
- De vrouw stak het kruispunt over.
- De vrouw stak over het kruispunt. fout
Hier hebben we namelijk te maken met het scheidbare werkwoord oversteken, en niet met het werkwoord steken + adpositie. Dit onderscheid is niet altijd duidelijk te maken.