Dubbele ontkenning x
Soms bevat een zin twee ontkenningen , we spreken dan van dubbele ontkenning (en bij meer dan twee ontkenningen van meervoudige ontkenning). Normaal gesproken heft de ene ontkenning dan de andere op:
- Het is nog nooit gebeurd dat Sofie geen voldoende had.
Hier heffen nooit en geen elkaar op: men wil benadrukken dat Sofie altijd een voldoende heeft.
Soms heffen de twee ontkenningen elkaar alleen gedeeltelijk op:
- Ton is een niet onverdienstelijk roeier.
In dit geval wordt er uitgedrukt dat Ton een behoorlijk goede roeier is. Dergelijke dubbele ontkenningen worden vaak ingezet als stijlfiguur. Zo kan de zin Ton is een niet onverdienstelijk roeier als een soort 'understatement' gebruikt worden om aan te geven dat Ton juist een uitstekende roeier is: niet onverdienstelijk is dan een vrij negatieve uitdrukking om een positieve uitspraak te doen. Dit wordt ook wel litotes genoemd.
Soms worden er twee negatie-elementen gebruikt om de ontkenning in de zin te versterken:
- Ik heb nooit geen zin in die les.
Nooit en geen heffen elkaar hier niet op, maar versterken elkaar. Je zou ook kunnen zeggen: Ik heb helemaal geen zin in die les of Ik heb absoluut nooit zin die les. Dergelijke dubbele ontkenningen kunnen alleen in informele, gesproken taal gebruikt worden.