Onderschikkende voegwoorden
 
[ 10ยท3 ]
 
Inleiding
Grammatisch verbindende voegwoorden: dat, of
Voegwoorden van tijd
Voegwoorden van causaliteit: omdat, doordat, aangezien, daar, vermits (dewijl, doordien, naardien, nademaal, overmits, wijl); door, met; dat
Voegwoord van gevolg: zodat
Voegwoorden van graadaanduidend gevolg: dat, dan dat, om
Voegwoorden van doel: dat, opdat; om, teneinde
Voorwaardelijke voegwoorden: als, wanneer, indien, ingeval, zo; mits, tenzij, tenware
Voegwoorden van toegeving (concessieve voegwoorden)
Voegwoorden van omstandigheid: zonder (dat); in plaats van (dat), in plaats dat
Beperkende voegwoorden: behalve (dat), uitgezonderd; in zover(re), (voor) zover; dat
Uitbreidende voegwoorden: behalve (dat); laat staan (dat)
Voegwoorden van verhouding: naargelang, naarmate; hoe (...hoe), hoe (...des te)
Voegwoorden van vergelijking
Voegwoord van modaliteit: naar

 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina