|
|
Het gebruik van enig(e)(n), enkel(e)(n),
wat, een paar, sommig(e)(n),
deze(n) en gene(n)
|
[ 5·9·3·2·vi ]
|
1 |
De onbepaalde voornaamwoorden (of equivalenten) enig(e)(n),
enkel(e)(n), wat, een paar,
sommig(e)(n), deze(n) en gene(n) worden
niet-zelfstandig en zelfstandig gebruikt en kunnen naar personen en zaken
verwijzen. Als ze zelfstandig gebruikt (zonder kwantitatief er)
personen aanduiden met buitentekstelijke verwijzing, krijgen de woorden die
op een -n kunnen eindigen, de n-vorm. Vergelijk:
|
(1)
|
(Zie je die vissen daar?) Sommige zijn al dood.
|
|
(2)
|
(Zie je die visclub daar?) Enkelen hebben nog niets gevangen.
|
|
(3)
|
Enige hengelaars hadden al een visje verschalkt, maar
sommige wachtten nog geduldig op de eerste beweging van hun
dobber.
|
|
|
2a |
Het onbepaald voornaamwoord enig(e)(n) behoort in de meeste
gevallen tot formele taal. Het kan met enkel- en meervoudige substantieven
gecombineerd worden; in het meervoud komt het ook zelfstandig voor (met of
zonder kwantitatief er).
Met een enkelvoudig substantief (in de vorm enig bij een
het-woord, enige bij een de-woord)
verbonden (altijd zonder lidwoord of ander bepalend woord) heeft
enig(e) twee verschillende betekenissen.
Alleen bij een niet-telbaar substantief kan enig(e) ' een
kleine hoeveelheid van', 'een zekere mate van' betekenen. Voorbeelden:
|
(4)
|
Enige tijd geleden heb ik hem ontmoet.
<formeel>
|
|
(5)
|
Hij bezit enig geld.
<formeel>
|
|
(6)
|
Met enige tevredenheid zag hij dat zijn tegenstander tekenen
van vermoeidheid vertoonde.
<formeel>
|
Bij enkelvoudige substantieven in het algemeen kan het altijd min of meer
beklemtoonde enig(e) de betekenis hebben van 'welk(e) dan
ook', 'een of ander(e)' (vergelijk ii en iii).
Voorbeelden:
|
(7)
|
Het is nu kouder dan in enige vorige winter.
<formeel>
|
|
(8)
|
Wie ooit in enig ziekenhuis gelegen heeft, weet dat het
verplegend personeel overbelast is.
<formeel>
|
|
(9)
|
Heeft hij enig succes gehad met al zijn pogingen?
|
Het laatste voorbeeld zal met beklemtoond enig meestal
opgevat worden als een vraag waarop een ontkennend antwoord wordt verwacht;
de betekenis is dan 'Heeft hij welk succes dan ook (succes in een of
andere vorm) gehad?'. De zin kan echter, met onbeklemtoond
enig, ook gerekend worden tot de vorige betekeniscategorie en
een neutrale vraag zijn: 'Heeft hij een zekere mate van succes gehad?'.
Hetzelfde geldt voor een zin als:
|
(10)
|
Bezit hij enig geld?
|
Dergelijke vragen kunnen tot de standaardtaal gerekend worden. In de
praktijk van het taalgebruik maakt het vaak niet veel uit welke van de
twee betekenissen men aan enig(e) hecht.
|
|
2b |
In het meervoud duidt enige(n) niet-zelfstandig en
zelfstandig een onbepaald maar niet te groot aantal of een geringe
hoeveelheid aan van de zelfstandigheden waarnaar het verwijst. Het behoort
tot formeel taalgebruik, maar komt
regionaal
(met name in België) ook buiten formeel taalgebruik voor. Voorbeelden:
|
(11)
|
Er zijn enige gasten gekomen.
<formeel, regionaal>
|
|
(12)
|
Hij heeft er enige regels onder geschreven.
<formeel, regionaal>
|
|
(13)
|
Enigen gaven de strijd al spoedig op, maar de meesten hielden
vol.
<formeel, regionaal>
|
Opmerking 1
|
Behalve het onbepaald voornaamwoord bestaat er ook een adjectief
enig, dat 'waarvan er maar één is' betekent en/of een
positieve waardering uitdrukt, bijv.:
|
(i)
|
Hij is enig kind.
|
|
(ii)
|
Dat is de enige oplossing.
|
|
(iii)
|
Bep vond 'Een zomerzotheid' een enig boek.
|
|
|
|
|
3 |
Het onbepaald voornaamwoord enkel(e)(n) kan niet-zelfstandig
bij een enkelvoudig substantief voorkomen. Na een lidwoord of aanwijzend
voornaamwoord betekent het 'weinige' en de naamwoordelijke constituent
heeft dan meervoudige betekenis. Zo betekent
een enkele keer
' heel zelden', 'een geïsoleerde keer'. Na het telwoord één en
na geen heeft enkel(e) alleen een versterkende
functie:
één enkele keer
betekent 'maar één keer',
geen enkele minuut
betekent 'niet één minuut'. Andere voorbeelden:
|
(14a)
|
Voor die enkele bezoeker die we kunnen verwachten, hoeven we
niet de hele dag open te blijven.
|
|
(15)
|
Met een enkel woord wist hij veel te zeggen.
|
In het meervoud wordt enkele(n) op dezelfde manier gebruikt
als enige(n) en heeft het ook dezelfde betekenis. Het komt dan
vooral in
geschreven taal
voor. Voorbeelden (vergelijk (16a) met (11)
boven):
|
(16a)
|
Er zijn enkele bezoekers gekomen.
|
|
(17)
|
Hij heeft er enkele uren aan besteed.
|
|
(18)
|
Enkelen bleven volhouden, maar de meesten hadden er gauw genoeg
van.
|
In tegenstelling tot enige(n) kan enkele(n) ook
voorafgegaan worden door het lidwoord de of een ander bepalend
woord. De betekenis is in dit geval weer 'weinige'. Voorbeelden:
|
(14b)
|
Voor de/die enkele bezoekers die we kunnen verwachten, hoeven
we niet de hele dag open te blijven.
|
|
(19a)
|
Zijn die enkele minuten je teveel?
|
|
(20)
|
De enkelen die nog volgehouden hadden, waren blij toen de bel
ging.
|
De combinatie van (niet-zelfstandig) enkel(e) met een
voorafgaand lidwoord of een ander bepalend woord kan als een (complexe)
determinator binnen een naamwoordelijke constituent gezien worden
.
Opmerking 2
|
Behalve het onbepaald voornaamwoord bestaat er ook een adjectief
enkel, dat 'niet meervoudig' betekent, bijv.:
|
(i)
|
Een enkele reis Utrecht.
|
|
(ii)
|
Wil je een enkele of een dubbele boterham?
|
|
|
|
|
4 |
Het onbepaald voornaamwoord wat kan determinator zijn bij
meervoudige telbare en enkelvoudige niet-telbare substantieven. Verbonden
met het kwantitatieve er kan het ook zelfstandig voorkomen.
Het duidt een onbepaald maar niet te groot aantal of een kleine hoeveelheid
aan. Het wordt meer in
gesproken
dan in geschreven taal gebruikt. Voorbeelden:
|
(21)
|
Ik heb alleen wat vrienden uitgenodigd.
|
|
(22)
|
Neem nog wat kaas.
|
Het voornaamwoord wat kan voorafgegaan worden door de
bijwoorden
nogal,
vrij,
tamelijk,
heel en
aardig
(zie voor de overeenkomstige mogelijkheden in de adjectivische
constituent
). De betekenis van bijwoord + wat is dan 'vrij veel'.
Voorbeelden:
|
(23)
|
Boeken? Ik heb er nogal wat.
|
|
(24)
|
Er is vrij wat uranium gevonden in Zichem.
|
|
(25)
|
De heren hadden tamelijk wat alcoholische drank genoten.
|
|
(26)
|
Er waren heel wat mensen.
|
|
(27)
|
Er staan toch al aardig wat bomen in die nieuwe wijk.
|
|
|
5 |
De woordgroep een paar kan dezelfde syntactische functie
vervullen en dezelfde betekenis hebben als enige(n),
enkele(n) en wat. De woordgroep fungeert dan als
determinator bij meervoudige telbare substantieven
, of ze wordt zelfstandig verbonden met kwantitatief er.
Voorbeelden:
|
(16b)
|
Er zijn een paar bezoekers gekomen.
|
|
(28)
|
Daar heeft hij een paar artikelen over geschreven.
|
|
(29)
|
Ik heb heel wat vrienden, maar ik heb er maar een paar
uitgenodigd.
|
In een naamwoordelijke constituent ingeleid door het lidwoord
de of een ander bepalend woord kan in de determinator
paar voorkomen; het betekent dan opnieuw 'weinige' (vergelijk
enkele(n) en zie ook
). Voorbeelden:
|
(14c)
|
Voor die paar bezoekers die we kunnen verwachten, hoeven we
niet de hele dag open te blijven.
|
|
(19b)
|
Zijn die paar minuten je teveel?
|
Opmerking 3
|
Anders dan wat het geval is bij enige, enkele
en wat komen maat- en tijdaanduidende substantieven na het
onbepaalde (een) paar in het enkelvoud (zie
). Vergelijk:
|
(ia)
|
Daar heb ik een paar uur op moeten wachten.
|
|
(ib)
|
Daar heb ik enige/heel wat uur op moeten wachten.
<<uitgesloten>>
|
|
(iia)
|
Vind je die paar centimeter verschil nu zo belangrijk?
|
|
(iib)
|
Vind je die enkele centimeter verschil nu zo belangrijk? (
als centimeter als meervoud wordt opgevat)
|
|
|
Opmerking 4
|
Naast het hier besproken (een) paar bestaat het
substantief (het) paar ' stel van twee'. Dat deze twee
niet alleen semantisch, maar ook syntactisch verschillen, blijkt uit de
volgende voorbeelden, waar in de (a) -zinnen het hier
besproken (een) paar voorkomt, in de (b)
-zinnen het substantief:
|
(ia)
|
Hier liggen een paar sokken.
|
|
(ib)
|
Hier ligt een paar sokken.
|
|
(iia)
|
Wil je sokken? Hier heb je er een paar.
|
|
(iib)
|
Wil je sokken? Hier heb je een paar.
|
|
(iiia)
|
Die paar sokken hoef ik niet te hebben.
|
|
(iiib)
|
Dat paar sokken hoef ik niet te hebben.
|
|
|
|
|
6 |
In tegenstelling tot de tot nog toe in deze subparagraaf behandelde
onbepaalde voornaamwoorden, kan sommig(e)(n) niet zelfstandig
gebruikt met kwantitatief er voorkomen. Vergelijk:
|
(30a)
|
Ik weet niet precies hoeveel exemplaren ik heb, maar ik heb er wel
enige/enkele/wat/een paar.
|
|
(30b)
|
Ik weet niet precies hoeveel exemplaren ik heb, maar ik heb er wel
sommige.
<<uitgesloten>>
|
Dit hangt samen met de niet-kwantitatieve betekenis van sommig(e)
(n), die te omschrijven is als 'bepaalde', 'zekere', 'van zekere
soort'. Overigens is de betekenis 'een onbepaald maar niet te groot aantal'
wel impliciet aanwezig, zodat vervanging van sommig(e)(n) door
bijv. enig(e)(n) vaak wel mogelijk is. Verder is
sommig(e)(n) vaak synoniem met zeker(e) (zie
ii 1), bijv. in:
|
(31a)
|
Sommige bezoekers vroegen of de schilderijen te koop waren.
|
|
(31b)
|
Zekere bezoekers vroegen of de schilderijen te koop waren.
<formeel>
|
Zowel zeker(e) als sommig(e)(n) kunnen specifiek
onbepaald zijn (zoals in de voorbeelden (31a) en
(31b)); alleen sommig(e)(n) niet-specifiek
onbepaald (zie de voorbeelden (32a) en (32b)):
|
(32a)
|
Over duizend jaar zullen sommige mensen zich misschien afvragen
waar wij ons druk over gemaakt hebben.
|
|
(32b)
|
Over duizend jaar zullen zekere mensen zich misschien afvragen
waar wij ons druk over gemaakt hebben.
<<uitgesloten>>
|
Het onbepaald voornaamwoord sommig(e)(n) wordt meestal
niet-zelfstandig of zelfstandig in het meervoud gebruikt. Het komt echter
ook wel eens voor bij niet-telbare enkelvoudige substantieven, om - min of
meer contrastief - een bepaalde soort van de genoemde zelfstandigheid aan
te duiden. Voorbeelden:
|
(33)
|
Sommige bezoekers kunnen zo lastig zijn.
|
|
(34)
|
Sommigen hebben het in dit ondermaanse nu eenmaal beter dan
anderen.
|
|
(35)
|
Van sommige potloden breekt steeds de punt af.
|
|
(36)
|
Het is gek, maar sommige pijn is beter te verdragen dan andere.
|
|
(37)
|
Sommig bier heeft een bittere nasmaak.
|
|
|
7 |
De combinatie deze(n) en gene(n) verwijst naar een
onbepaald maar niet te groot aantal personen, en wordt alleen zelfstandig
gebruikt. De betekenis is altijd specifiek onbepaald. De vorm zonder
-n wordt als onderwerp gecombineerd met een enkelvoudige
persoonsvorm, die met -n met een meervoudige. Voorbeelden:
|
(38)
|
Dezen en genen van mijn vrienden hebben me aangeraden dit huis
te kopen.
|
|
(39)
|
Het tuinfeest is zeker al begonnen: ik zie tenminste al deze en
gene op het grasveld.
|
|
|
|
|