scheidbaar Met om kunnen scheidbare werkwoorden gevormd worden, die in de volgende betekenisgroepen in te delen zijn.
 
[ 12·2·2·2·ii·16·a ]
 

[1]  Het bijwoord om geeft aan het werkwoord de betekenis 'met een omweg'. Dit procédé is productief als het werkwoordelijk deel een beweging uitdrukt. Naast gangbare vormingen als omlopen en omrijden kunnen we dus ook vormen omsteppen, zoals in:

(55) Willemijntje kon met haar autoped niet over de sloot springen en moest helemaal omsteppen.

Voor gevallen als de hoek om (lopen) zie (zie ook ).

[2]  De werkwoorden met om kunnen een 'door de werking van het oorspronkelijke werkwoord veroorzaakte omkering of verandering' aanduiden. Het procédé is productief. Voorbeelden zijn:

ombuigen, omdraaien, (het stuur) omgooien, ompraten, omscholen, omsmelten, omwerken.

Hiernaast kunnen bijv. ook gevormd worden omredeneren of omnummeren, respectievelijk als in de zinnen:

(56) Hij heeft zich weer eens laten omredeneren.
(57) Deze boeken zijn nog niet omgenummerd. (bijv. gezegd in verband met veranderingen in een bibliotheek)



[3]  De betekenis van het werkwoord is 'door de werking uitgedrukt in het tweede lid uit z'n evenwicht raken of brengen'. Het procédé is productief. Voorbeelden zijn:

omduwen, omgooien, omhakken, omkantelen, omkegelen, omschoppen, omslaan, omstoten, omvallen, omwerpen.

Vergelijk ook met omver- . De precieze verhouding tussen beide groepen is echter vooralsnog niet helemaal duidelijk.

[4]  Om kan aan de samenkoppeling waarin het optreedt de betekenis 'rondom' geven. Dit procédé is niet productief. Voorbeelden zijn: ombinden, omdoen, omgorden, omhangen, omknopen, omsnoeren, omspelden .

[5]  Om kan aan de samenkoppeling de betekenis 'her- en derwaarts', 'naar alle kanten' geven. Het procédé is niet productief. Voorbeelden zijn: omdolen, ombazuinen, omroepen, omspatten en omzwerven . Vergelijk ook met rond- .

[6]  In combinatie met zien of kijken of met een synoniem daarvan kunnen met behulp van om samenkoppelingen gevormd worden die betekenen 'het hoofd draaien en de blik naar achteren wenden'. In tegenstelling tot vormingen met achterom is dit procédé niet productief. Een voorbeeld is omblikken.

    
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina