Meervoud op -s
 
[ 3·5·3 ]
 
Bij de woorden met een meervoud op -s kunnen we de volgende categorieën onderscheiden:

[1]  Woorden die in het enkelvoud eindigen op onbeklemtoond -el, -em, -en of -er, bijv.:

lepel - lepels, zegel - zegels; bloesem - bloesems, bodem - bodems; keuken - keukens, molen - molens; emmer - emmers

. Veel van deze woorden kunnen echter ook een meervoud op -en hebben, hetzij zonder betekenisverschil (categorie [4] hetzij met betekenisverschil .

[2]  Een beperkt aantal oorspronkelijk Nederlandse persoonsnamen, die soms ook een meervoud op -en kunnen hebben:

broer - broers, bruidegom - bruidegoms, knecht - knechten/knechts, kok - koks, maat - maten/maats, oom - ooms, zoon - zonen of zoons

. De vorm zonen is de enig voorkomende in firmanamen, bijv. Peeters en zonen bvba.

[3]  Woorden met de Nederlandse achtervoegsels:
     -aar, bijv. metselaar - metselaars; schakelaar - schakelaars;
     -aard, bijv. grijsaard - grijsaards;
     -er, bijv. wijzer - wijzers; werker - werkers;
     -erd, bijv. dikkerd - dikkerds;
     -je en varianten (-(e)tje, -kje, -pje), dat wil zeggen alle verkleinwoorden, bijv. huisje - huisjes, beestje - beestjes; boompje - boompjes;
     -ster, bijv. werkster - werksters;
     -sel, bijv. deksel - deksels;
     -te, bijv. ruimte - ruimtes; gewoonte - gewoontes;
     woorden met de achtervoegsels:
     -age, bijv. personage - personages; lekkage - lekkages;
     -e, bijv. studente - studentes; assistente - assistentes;
     -ette, bijv. brunette - brunettes; diskette - diskettes;
     -eur, bijv. amateur - amateurs; intermitteur - intermitteurs;
     -ier, bijv. portier - portiers (persoonsnaam; vergelijk ); winkelier - winkeliers;
     -trice, bijv. directrice - directrices;
     evenals enkele leenwoorden met de (niet-productieve) achtervoegsels:
     -ine, bijv. blondine - blondines;
     -oir, bijv. reservoir - reservoirs. Opmerking 1

Er zijn slechts weinig uitzonderingen, met name:

administrateur - administrateurs/administrateuren, assuradeur - assuradeuren/assuradeurs, directeur - directeuren/directeurs, redacteur - redacteuren/redacteurs, superieur - superieuren; Arabier - Arabieren, officier - officieren/officiers

. Vermelding verdient nog dat zaaknamen op -ier, in tegenstelling tot de persoonsnamen en dus in afwijking van de algemene tendentie, hun meervoud met -en vormen, bijv. banieren, formulieren, klavieren, papieren, populieren, rivieren, scharnieren .

[4]  Substantieven (meestal leenwoorden) die in het enkelvoud op een klinker eindigen, behalve: -ee in oorspronkelijk Nederlandse woorden (bijv. zee - zeeën), -ie (alleen indien ook -ie gespeld, bijv. kolonie (categorie [1])) en sjwa (bijv. gemeente (categorie [3])); voorbeelden:

firma - firma's; café - cafés, dominee - dominees; ski - ski's, etui - etuis; jockey - jockeys; auto - auto's, bureau - bureaus; taptoe - taptoes; paraplu - paraplu's; milieu - milieus

. Er zijn slechts enkele uitzonderingen, bijv.:

individu - individuen/individu's, residu - residu's of residuen, revenu - revenuen/revenu's; keu ('biljartstok') - keus/keuen, reu - reuen

. Een aantal leenwoorden die in de spelling op een medeklinker eindigen, vertonen in de uitspraak soms een klinker. Doorslaggevend is dan de uitspraak van de laatste klinker (dus niet de spelling). Een meervoud op -s hebben derhalve ook:

depot - depots; chalet - chalets; ayatollah - ayatollahs; chassis - chassis; pince-nez - pince-nez (ook de laatste twee gevallen in het meervoud uitgesproken met een s aan het slot).

Opmerking 2



[5]  Veel leenwoorden (meestal uit het Engels of het Frans) die in het enkelvoud op een medeklinker eindigen en in de taal van herkomst een s -meervoud hebben; voorbeelden:

accountant - accountants, chef - chefs, cheque - cheques, club - clubs, film - films, generaal - generaals -, kolonel - kolonels, luitenant - luitenants, parfum - parfums, perron - perrons, restaurant - restaurants, roman - romans, tank - tanks, trottoir - trottoirs, truc - trucs

. In het bijzonder ontleningen van min of meer recente datum hebben in de regel alleen een s-meervoud, bijv.:

boetiek - boetieks, compactdisc - compactdiscs, lipstick - lipsticks, mountainbike - mountainbikes, set - sets, shirt - shirts

. Van de overige woorden die tot de categorie leenwoorden behoren daarentegen, hebben er tamelijk veel toch ook of uitsluitend een meervoudsvorm op -en, bijv.:

adjudant - adjudanten, admiraal - admiraals/admiralen, concours - concours/concoursen, duel - duels/duellen, grammofoon - grammofoons/grammofonen, karamel - karamels/karamellen, sergeant - sergeanten/sergeants, soldaat - soldaten, tram - trams/trammen

. Bij de meeste woorden op -foon overweegt het meervoud op -s: mobilofoon - mobilofoons, portofoon - portofoons .
     Als bijzondere subcategorie zijn hier te vermelden de persoonsnamen op -oor. Hier is het meervoud op -s regel (een uitzondering hierop vormt echter het als bijnaam voor Antwerpenaars gebruikte: sinjoor - sinjoren). Voorbeelden:

cargadoor - cargadoors, majoor - majoors, stukadoor - stukadoors

. Bij deze leenwoorden zijn er vele die op een s-klank, respectievelijk een sj-klank of een dzj-klank eindigen. In het meervoud verschijnt een -s voorafgegaan door een sjwa in de uitspraak. De spelling is in overeenstemming met de grondtaal (Engels of Frans). Voorbeelden:

caprice - caprices, race - races; broche - broches, douche - douches; cottage - cottages, lounge - lounges

.

[6]  Namen van letters en acroniemen , behalve als ze op een s-klank eindigen (dan krijgen ze de meervoudsuitgang -en); voorbeelden:

a's, b's, g's; bv's, cao's, cd's, pc's, pl's (= patrouilleleiders); ahob's (= automatische halve overwegbomen), aki's (= automatische knipperlichtinstallaties);

maar:

s'en, x'en; P.S.'en, hts'en

. Naast f's, l's, m's, n's, r's is echter ook mogelijk: f'en, l'en, m'en, n'en en r'en .

[7]  Familienamen wanneer daarmee een groep van meerdere leden van een familie of geslacht wordt aangeduid, bijv.:

de Buyls, de Van Dijks, de De Groots, de Van Mechelens, de Mollevangers, de Stutterheims, de Veres; de Oranjes

. Bij namen op -e, -en of -er is een s-meervoud de enige mogelijkheid, bij sommige andere namen kan ook een en-meervoud gebruikt worden, bijv. de Van Dijken, de Kleinen . Namen die op een s -klank eindigen daarentegen, krijgen over het algemeen een meervoud op -en, bijv. de Dibbetsen, de Eversen, de Jordensen, de Merckxen, de Smuldersen, de Swertsen . Toch behoort bij sommige types ook een s-meervoud tot de mogelijkheden, waarbij dan dus de twee s'en tot één gereduceerd worden: de Goossens, de Martens, de Piers, de Smulders . Bij de keuze voor een van beide mogelijkheden kunnen geografisch bepaalde verschillen , maar ook individuele verschillen tussen taalgebruikers een rol spelen. Overigens neemt men in de praktijk vaak zijn toevlucht tot een omschrijving (de familie...). Dat is met name het geval als er onduidelijkheid zou kunnen bestaan over de familienaam - denk aan het naast elkaar voorkomen van namen als Brouwer/Brouwers, Jansen/Jansens of Pieter/Pieters (allemaal enkelvoudsvormen) - of als een meervoudsvorm enigszins vreemd zou klinken (bijv. bij namen als Pietersens; Koopman ).
     Voor verkleinwoordvormen in het meervoud zie .

[8]  Enkele van infinitieven gevormde substantieven, bijv.:

de onderkomens, de optredens



[9]  Bepaalde categorieën leenwoorden , die naast de -s een vreemde meervoudsuitgang kunnen krijgen ( collega's, examens, museums , enz.).

 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina