Inleiding
 
[ 21·4·9·1 ]
 
Bij de plaatsing in de zin van negatie-elementen, van modale bepalingen, zoals vermoedelijk, naar alle waarschijnlijkheid, uiteraard, en van focuspartikels, zoals al, nog en ook, speelt vooral het bereik dat ze hebben een belangrijke rol. Het maakt een groot verschil of ze betrekking hebben op de hele zin of slechts op een gedeelte van de zin. (Voor de notie bereik zie men wat de negatie betreft en wat modale bepalingen betreft.)
     Toch kan er in sommige gevallen ook sprake zijn van een spilfunctie, net als bij de (andere) bijwoordelijke bepalingen: bepaalde constituenten komen dan over het algemeen vóór, onbepaalde na één van de hierboven genoemde elementen (vergelijk ). In de volgende subparagrafen worden hier voorbeelden van gegeven.
     We bespreken de drie onderscheiden categorieën afzonderlijk. Wat de negatie-elementen betreft behandelen we hier enkel het bijwoord niet. Behalve aan focuspartikels wordt ook aandacht besteed aan een andere subcategorie van oordeelspartikels, namelijk de schakeringspartikels (zie ).
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina