Naamwoordelijke constituenten
 
[ 15·3·2 ]
 
Adjectieven die een eigenschap aanduiden die op een of andere manier meetbaar is, kunnen ook nader bepaald worden door een (substantivische) naamwoordelijke constituent waardoor de maat, de tijdsduur, enz. gespecificeerd wordt. Voorbeelden hiervan zijn:

(1) (een) 25 cm diepe (kast)
(2) (m'n) zowat drie jaar jongere (zus)
(3) (die) dertig meter hoge (toren)
(4) kilometers ver

Soms worden bepaling en bepaald adjectief in één woord geschreven. Er ontstaat dan een nieuw (samengesteld) adjectief (zie ), bijv.

wekenlang bladzijdenlang

Bij huize(n)hoog, ellenlang, en dergelijke is de oorspronkelijke betekenis van de bepaling afgezwakt. Er wordt veeleer een graad mee uitgedrukt: 'heel hoog', 'buitengewoon/vervelend lang'.
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina