Met een geografische naam als grondwoord
 
[ 12·4·2·3·3·c ]
 
Met behulp van de onbeklemtoonde achtervoegsels -s, -er, -ster (de beide laatste uitgesproken met een sjwa) en -isch (uitgesproken als ies) kunnen adjectieven afgeleid worden van geografische namen. Dergelijke adjectieven betekenen: 'afkomstig van, behorend tot, betrekking hebbend op'.
     Van de meeste Vlaamse en Nederlandse geografische namen en van heel wat vernederlandste vreemde namen kunnen adjectieven gevormd worden met het achtervoegsel -s. Gewoonlijk gebeurt dat door toevoeging van -s aan de naam, bijv.:

Arnhems, Brabants, Doorniks, Eindhovens, Gents, IJslands, Kortrijks, Londens, Luiks, Nederlands, Rhedens, Stuttgarts, Utrechts, Vianens, Voerens.

Dit procédé is productief en wordt over het hele taalgebied gebruikt. (Voor gevallen waarbij het adjectief niet afgeleid wordt van de geografische naam, maar van de inwonersnaam zie .)
     Bij namen die op -s eindigen, valt het achtervoegsel -s samen met die slot-s, bijv. Maassluis - Maassluis, Oss - Oss, Sint-Gillis - Sint-Gillis, Sint-Niklaas - Sint-Niklaas .
     Namen die op -e (sjwa) eindigen, verliezen die sjwa, behalve wanneer de naam op -se eindigt, dus:

Almere - Almeers Blankenberge - Blankenbergs Brugge - Brugs Damme - Dams Gilze - Gils Merelbeke - Merelbeeks

, maar (volgens de algemene regel):

Asse - Asses Lisse - Lisses Overijse - Overijses Ronses - Ronses Spijkenisse - Spijkenisses

. Uitzonderingen vormen Ede, Epe, Goirle, Schilde en Waalre , waaraan eveneens overeenkomstig de algemene regel -s toegevoegd wordt. Naast Deinze, Lede en Temse komen telkens twee vormen voor: Deinzes/Deins, Ledes/Leeds en Temses/Tems (zie hiervoor de lijst met aardrijkskundige namen ).
     Meerlettergrepige namen op -en (met sjwa) verliezen in afwijking van de algemene regel -en als de voorlaatste lettergreep niet beklemtoond is en eindigt op een medeklinker of op sjwa, bijv.

Antwerpen - Antwerps Coevorden - Coevords Geraardsbergen - Geraardsbergs Wieringen - Wierings Breukelen - Breukels Massemen - Massems Wetteren - Wetters

. (De voorbeelden Eindhovens en Vianens uit het rijtje hierboven voldoen niet aan een van de genoemde voorwaarden en volgen dus de algemene regel.) Uitzonderingen zijn Leeuwarden - Leeuwardens en Susteren - Susterens evenals Zevenbergen , waarbij als afleiding zowel Zevenbergens als Zevenbergs voorkomt (zie hiervoor de lijst met aardrijkskundige namen ). Voorts valt -en weg bij: Bastenaken - Bastenaaks, Kapellen - Kapels, Kopenhagen - Kopenhaags, Nijmegen - Nijmeegs en Terneuzen - Terneus .
     Tweeletergrepige namen op -en daarentegen, zoals Assen, Druten, Eupen, Haren, Heusden, Laren, Leuven, Menen, Schoten, Vlijmen, Voeren, Woerden en vele andere, volgen de algemene regel (naam + s), met uitzondering van Bonen - Boons, Keulen - Keuls, Menen - Meens, Namen - Naams, Schinnen - Schins, Tienen - Tiens, Wenen - Weens . Nevenvormen met weggelaten -en bestaan verder bij Aken, Bergens en Bergen op Zoom (zie hiervoor ook de lijst met aardrijkskundige namen ).
     Lidwoorden die deel uitmaken van geografische namen vallen bij afleidingen op -s weg: De Bildt - Bildts, Den Bosch - Bosch (verbogen vorm: Bossche), Den Helder - Helders , enz.
     Van een aantal aardrijkskundige namen kunnen behalve met -s ook adjectieven afgeleid worden door middel van -er, bijv. Haarlemmer naast Haarlems, Heerenvener naast Heerenveens, Maaseiker naast Maaseiks, Steenwijker naast Steenwijks . De vormen op -er kunnen beschouwd worden als geografische (vaak: noordoostelijke) of stilistische varianten van die op -s. In de bedoelde delen van het taalgebied kunnen de concurrerende vormen door elkaar gebruikt worden, bijv. de Gronings/Groninger politie , het Groninger/Groningse hoofdstation , enzovoorts. Anders komen de vormen op -er vooral voor in min of meer vaste verbindingen die een of andere specialiteit van de plaats of de streek aanduiden zoals Edammer kaas , de Enkhuizer almanak , Haarlemmer olie , de Leeuwarder Courant , Maaseiker knapkoek enzovoort, en verder in een aantal lokale geografische aanduidingen (onder andere namen van straten), bijv. Hulshorster Zand , Luikersteenweg , de Mookerhei , Maastrichterstraat , Tielerwaard . Buiten die categorieën zijn de afleidingen op -s de normale: de Dinantse citadel , de Edamse wethouders , enzovoort. Terloops zij erop gewezen dat omschrijvingen als de citadel van Dinant en dergelijke vaak gewoner zijn dan het gebruik van adjectieven. Zie hierover meer in het algemeen de inleiding bij de 'Lijst van aardrijkskundige namen' .
     Aparte vermelding verdient het regionaal voorkomende achtervoegsel -ster dat gebruikt wordt bij aardrijkskundige namen in de noordoostelijke provincies van Nederland: adjectieven bijv. van Drachten, Grouw, Hoogezand, Leek en Wildervank luiden respectievelijk Drachtster, Grouwster, Hoogezandster, Leekster en Wildervankster . Voor de overeenkomstige substantivische afleidingen (mannelijke inwonersnamen) op -ster zie .
     De van aardrijkskundige namen afgeleide adjectieven op -er en -ster kennen een aantal morfologische en syntactische beperkingen ten opzichte van die op -s. Ze zijn niet verbuigbaar, ze laten geen gradatie toe (door middel van trappen van vergelijking of in combinatie met een graadaanduidend bijwoord) en ze kennen geen afleidingen met het voorvoegsel on- ( ). Verder zijn ze alleen attributief te gebruiken (vergelijk ) en komen ze niet voor in de sjabloon op z'n -. Ten slotte kunnen ze niet gebruikt worden om de taal van een land, streek of plaats aan te duiden, dus alleen maar (het) Gronings , enzovoorts.
     Een vierde mogelijkheid om adjectieven te vormen bij geografische namen is met behulp van het achtervoegsel -isch. Dit achtervoegsel komt vooral voor bij uitheemse namen. Het procédé is productief bij namen op -ië, waar -isch in de plaats komt van -ië. Voorbeelden van dit type zijn:

Australisch, Babylonisch, Belgisch, Californisch, Ethiopisch, Indonesisch, Normandisch, Silezisch, Tunesisch.

Tot slot dient in dit verband opgemerkt te worden dat heel wat van geografische namen afgeleide adjectieven onregelmatig gevormd zijn. De voorbeelden zijn legio:

Aalst - Aalsters, Europa - Europees, Frankrijk - Frans, Gelderland - Gelders, Portugal - Portugees.

Raadpleeg ook hiervoor verder de 'Lijst van aardrijkskundige namen en afleidingen daarvan' in de Appendix.
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina