|
|
Het onderwerp is een constituent met eenheidsbetekenis
|
[ 20·2·3·1·ii·6 ]
|
|
Ook een meervoudig onderwerp waarin geen nevenschikking voorkomt, kan soms
als een eenheid opgevat worden. In de volgende zinnen betekent
negen maanden'een periode van negen maanden',
duizend boeken'een bestand van duizend boeken',
drie glazen bier'het drinken van drie glazen bier' en
zestig seconden'een tijdsspanne van zestig seconden'.
Dergelijke onderwerpen met eenheidsbetekenis moeten of kunnen in zinnen
waarin een min of meer algemene uitspraak wordt gedaan, gecombineerd worden
met een enkelvoudige persoonsvorm:
|
(35a)
|
Negen maanden is een hele tijd.
|
|
(36a)
|
Duizend boeken lijkt me niet veel voor een bibliotheek.
|
|
(37a)
|
Drie glazen bier betekent/betekenen niets voor hem.
|
|
(38a)
|
Ik wist niet dat zestig seconden zo lang konden/kon
duren!
|
Vergelijk hiermee de volgende zinnen, waarin een enkelvoudige persoonsvorm
onmogelijk is:
|
(35b)
|
Negen maanden waren voorbijgegaan.
|
|
(36b)
|
Er zijn duizend boeken aangekocht.
|
|
(37b)
|
Er stonden drie glazen bier op de tapkast.
|
|
(38b)
|
Die zestig seconden hebben lang geduurd!
|
|
|
|
|