Komen met een infinitief zonder te
 
[ 18·5·4·3·iv·a ]
 
Het groepsvormende komen dat met een infinitief zonder te verbonden wordt, heeft drie gebruiksmogelijkheden:

[1]  In de betekenis 'zich verplaatsen' (= 'komen om te...', 'komen en...') kan het met verschillende infinitieven gecombineerd worden:

(1) Mijn petekind komt bij me logeren. ('Komt en logeert bij me')
(2) Komen jullie eten! ('Komen jullie om te eten')
(3) Mieke is naar ons huisconcert komen luisteren. ('Mieke is gekomen om te luisteren')



[2]  Met een bewegingswerkwoord zonder noodzakelijke toevoeging. Het bewegingswerkwoord geeft aan op welke manier het 'komen' plaatsvindt:

(4) Ik ga meestal met de trein, maar Henk komt altijd vliegen.
(5) Sabine is helemaal komen lopen.



[3]  Met een bewegingswerkwoord met noodzakelijke toevoeging. In plaats van de infinitief kan ook het voltooid deelwoord van dat bewegingswerkwoord gebruikt worden. De verschillende mogelijkheden worden beschreven in , waarnaar hier verwezen wordt. We volstaan hier met een voorbeeld:

(6) Zonder kloppen kwam hij de kamer binnenlopen/binnengelopen.



 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina