De achtervoegsels -te en -de
 
[ 12·3·1·4·vii·12 ]
 
Door middel van -te zijn abstracta afgeleid die qua betekenis vergelijkbaar zijn met die op -heid . Het grondwoord is een adjectief. Het accent ligt op dit grondwoord. Voorbeelden zijn:

drukte, duurte, leegte, sterkte, stilte, volte, zwakte.

De vorm -de treedt op in liefde.
     Het procédé is niet productief, maar wel zijn als recente nieuwvormingen gekte en goedkoopte te vermelden.
     Tot de afleidingen op -te behoort een groep waarvan de leden de verschillende dimensies aanduiden, bijv.:

breedte, diepte, dikte, hoogte.

In de volgende gevallen treedt in de afleiding klinkerverandering op: naast heet staat hitte, naast lang staat lengte.
     Een aantal afleidingen op -te heeft ook een concrete betekenis, veelal ter aanduiding van geografische begrippen, bijv. een hoogte, een vlakte, een ondiepte .
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina