Het achtervoegsel -e
 
[ 12·3·1·4·iv·1 ]
 
Met het productieve achtervoegsel -e kan men vrouwelijke persoonsnamen afleiden van mannelijke (eventueel sekseneutrale) persoonsnamen. Het achtervoegsel is altijd onbeklemtoond. Het komt voor in de volgende gevallen:

·   na meerlettergrepige woorden (met een achtervoegsel) van vreemde herkomst en met eindbeklemtoning, bijv.:

advocate, assistente, biologe, dramaturge, interniste, logopediste, pilote, rivale, spionne, scholiere, studente.



·   na woorden op -(e)ling, bijv.:

leerlinge, smekelinge.



·   na enkele samengestelde woorden, bijv.:

echtgenote, tochtgenote; geestverwante.



·   sporadisch na eenlettergrepige woorden, bijv.:

gaste, gidse.

Opmerking 1


Dit type moet onderscheiden worden van de aanduidingen van vrouwelijke inwoners en bewoners bij geografische namen .
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina