Als (hoedanigheid)
 
[ 10·3·14·3 ]
 
Het voegwoord als met een betekenis die te omschrijven is als 'in de hoedanigheid van', '...zijnde', wordt wel 'voegwoord van hoedanigheid' of 'voegwoord van gesteldheid' genoemd. Het wordt alleen door constituenten gevolgd, niet door bijzinnen. Het komt veel voor bij zinsdelen die bepaling van gesteldheid zijn. In de twee voorbeelden hieronder komt als in de (a) -zinnen in de hier bedoelde functie voor; in de (b) -zinnen is het gewoon vergelijkend :

(1a) Petrus wordt als heilige vereerd.
(1b) De overleden popzanger wordt als een heilige vereerd.
(2a) Als advocaat kan ik het hier niet mee eens zijn.
(2b) Hij praatte als een advocaat, maar het hielp niets.

Andere voorbeelden met het 'voegwoord van gesteldheid' zijn:

(3) Als politiek manifest sla ik dit boek hoger aan dan als roman.
(4) We zullen dit maar als een vergissing beschouwen.
(5) Als kind ben ik daar vaak geweest.

In (5) krijgt de constituent met als temporele waarde ('toen ik een kind was'). Een vaste uitdrukking met als in de hier bedoelde functie is als zodanig, bijv.:

(6) Frans moet een begaafd musicus zijn, maar ik ken hem niet als zodanig.


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina