Vooruitwijzend deze en dit
 
[ 5·6·3·3·3 ]
 
In het type 'de zaak is deze'wordt deze vooruitwijzend genoemd, omdat na deze volgt wat de zaak ' inhoudt'. Er is eigenlijk sprake van een dubbele verwijzing: deze verwijst ook naar het de-woord zaak; bij een het-woord wordt dit gebruikt. Voorbeelden:

(11) De zaak is deze: mijn assistent is plotseling ziek geworden.
(12) Het probleem is dit: we hebben geen geld meer.


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina