De vormen
 
[ 5·3·2 ]
 
De wederkerende voornaamwoorden zijn alleen zelfstandig.
     Naar de vorm zijn er twee categorieën: korte vormen, die we 'neutrale vormen' noemen, en lange vormen, die bestaan uit combinaties van neutrale vormen met zelf ('zelf-vormen'). Deze zelf-vormen worden meestal als één woord geschreven. (Zelf komt ook als op zichzelf staand woord voor .)
     Verder worden de wederkerende voornaamwoorden evenals de persoonlijke onderscheiden naar persoon en in de eerste persoon ook naar getal.
     Het vormenbestand is zoals weergegeven in schema 5. 5. schema 5.5: De wederkerende voornaamwoorden. 1

enkelvoud meervoud
neutrale vorm zelf-vorm neutrale vorm zelf-vorm
1ste persoon me ( mij) mezelf ( mijzelf) ons onszelf
2de persoon je; u, zich jezelf; uzelf, zichzelf je; u, zich jezelf; uzelf, zichzelf
3de persoon zich zichzelf zich zichzelf

1 Zie toelichting in de tekst. In de eerste persoon enkelvoud is me de gewone vorm; mij komt vooral in geschreven taal , maar soms ook wel in gesproken taal voor. Opmerking


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina