|
|
Inleiding
|
[ 5·2·9·1 ]
|
|
Het voornaamwoord
men wordt gebruikt om vaag, in het algemeen te verwijzen naar
personen. Op een vergelijkbare manier kunnen
ze,
je,
ge en
we
gebruikt worden, wat niet wil zeggen dat alle hier genoemde voornaamwoorden
zonder meer door elkaar te gebruiken zijn
.
Traditioneel wordt men een onbepaald voornaamwoord genoemd.
Ook ze, je, ge en we
noemt men wel onbepaalde voornaamwoorden (die in vorm overeenkomen met de
persoonlijke). Op syntactische gronden, verband houdend met de
plaatsingsmogelijkheden in de zin
, beschouwen wij zowel men als ze,
je, ge en we (dus ook met de hier
bedoelde functie van vage, algemene referentie) als persoonlijke
voornaamwoorden.
|
|
|
|