Binnen de standaardtaal: 'geschreven taal' ('schrijftaal') en 'gesproken taal' ('spreektaal')
 
[ 0·6·2·2·i ]
 
Het gaat het hier om elementen en structuren die voor de meerderheid van de taalgebruikers wel enigszins stijlgebonden zijn, maar niet kenmerkend voor een bepaalde stijl . Behalve het voegwoord noch, dat meer in geschreven dan in gesproken taal voorkomt, kunnen als voorbeelden genoemd worden: constructies als de brief die ik dacht dat jij zou schrijven , waarvoor hetzelfde geldt, en verloren zijn (in plaats van verloren hebben ) en de omschrijving die van jou (in plaats van de jouwe ), die meer spreektalig dan schrijftalig zijn.
     'Schrijftaal' wordt als synoniem van 'geschreven taal' en 'spreektaal' als synoniem van 'gesproken taal' gebruikt. Zowel 'geschreven taal' als 'schrijftaal' betekenen: 'taal in geschreven (of gedrukte) vorm'; zowel 'gesproken taal' als 'spreektaal' betekenen: 'taal in gesproken vorm'.
 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina