Zinnen met achter-pv
 
[ 26·2·2·2·ii ]
 
Alleen de herformulerende disjunctie kan zinnen met achter-pv verbinden. De bijzinnen worden altijd als zinsdelen of zinsdeelstukken gecombineerd en de kenmerken van het geheel zijn dezelfde als die van nevenschikkingen van constituenten. Een voorbeeld is:

(1) (Zeg hem) dat hij mij moet betalen, of beter, dat hij mij nog voor het einde van de week moet betalen.


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina