Splitsing
 
[ 25·7·2·1·2 ]
 
Als distributieve nevenschikking kan de aaneenschakeling met en-en gemakkelijk gesplitst worden. Voorbeelden:

(3) Hij heeft én zijn auto afbetaald én zijn koelkast.
(4) En Marieke is hier geweest én John.


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina