Splitsing
 
[ 25·6·2·1·3 ]
 
De nevenschikkingen zijn gemakkelijk te splitsen:

(2b) Omdat hij vlug rijdt, maar voorzichtig, zitten we graag bij hem in de auto.
(6) Hij is in de tuin geweest, maar ook in de keuken.


 
vorige pagina De voor dit onderdeel gebruikte literatuur volgende pagina