|
(14a)
|
Er is goud en zilver gevonden.
|
|
(14b)
|
Er is goud noch zilver gevonden.
|
|
(15a)
|
Dit en dat moet in de auto.
|
|
(15b)
|
Dit noch dat moet in de auto.
|
|
(16a)
|
Het een en het ander is onjuist.
|
|
(16b)
|
Het een noch het ander is onjuist.
|
|
(17a)
|
De man en de vrouw waren op de hoogte.
|
|
(17b)
|
De man noch de vrouw was/waren op de hoogte.
|
|
(18a)
|
Rijkdom, geluk en een lang leven waren zijn deel.
|
|
(18b)
|
Rijkdom, geluk noch een lang leven was/waren zijn
deel.
|
|
(19a)
|
Wijn uit Roemenië en wijn uit Bulgarije wordt/worden
hier niet verkocht.
|
|
(19b)
|
Wijn uit Roemenië noch wijn uit Bulgarije
wordt/worden hier verkocht.
|