|
Door substantivering van onverbogen adjectieven kunnen in bepaalde gevallen
concrete en abstracte substantieven gevormd worden. We merken hierbij
echter op dat het vaak niet uit te maken is of een adjectief als basis voor
een substantivische afleiding heeft gediend, dan wel of een substantief het
uitgangspunt is voor een adjectief. Substantieven van het bedoelde type
zijn:
(het) complex,
(het) geheim,
(de) gek,
(het) jong,
(het) kwaad,
(het) lek,
(het) naakt,
(het) vet,
(het) zout.
Tot dit type kunnen ook een aantal persoonsnamen gerekend worden, afgeleid
van vreemde woorden, zoals:
(de) crimineel,
(de) intellectueel,
(de) katholiek,
(de) komiek,
(de) liberaal,
(de) primitief,
(de) virtuoos,
(de) anti-revolutionair.
Het procédé is alleen productief voor de vorming van:
|
·
namen van talen, zoals
(het) Baskisch,
(het) Frans,
(het) Gents,
(het) Gronings,
(het) Zweeds
;
·
namen van kleuren, zoals
(het) blauw,
(het) geel,
(het) rood,
(het) wit
, bijv. in:
|
(1)
|
Het rood in dit schilderij doet nogal paars aan.
|
|
(2)
|
Ze was helemaal in het wit gekleed.
|
|
Voor gevallen als (de) dove, overledene,
zieke en dergelijke zie
.
|
|