scheidbaar
[ 12·2·2·4·ii·a ]
Tot de scheidbare werkwoorden bestaande uit een substantief en een werkwoord kan men rekenen:
ademhalen
,
huishouden
,
houthakken
,
lesgeven
,
plaatsgrijpen
,
plaatsvinden
en
schoolblijven
. Het procédé is niet productief.