|
|
Met een bepaald lidwoord
|
[ 4·6·1·2·iii ]
|
|
Ook een bepaling met een bepaald lidwoord kan bij alle eigennamen voorkomen.
Eigennamen die ook zonder bepaling met een lidwoord gecombineerd worden,
behouden dat lidwoord. Voor de
keuze tussen
de en het bij de andere
eigennamen geldt:
|
·
namen van mensen en dieren zijn de-woorden;
·
aardrijkskundige namen zijn het-woorden;
·
andere eigennamen zijn de-woorden, behalve als het
samengestelde woorden betreft waarvan het laatste deel een het
-woord is (bijv.
de vroege Pasen tegenover
het komende Nieuwjaar).
|
Voorbeelden:
|
(1)
|
De in 1983 overleden Tennessee Williams was een bekend
Amerikaans toneelschrijver.
|
|
(2)
|
Na die operatie is onze hond nooit meer de oude Bello geworden.
|
|
(3)
|
Het Brugge uit de middeleeuwen kun je nog overal herkennen.
|
|
(4)
|
Van het overbevolkte Java zijn velen naar andere eilanden
geëmigreerd.
|
|
(5)
|
Dat was de laatste Kerstmis die we samen gevierd hebben.
|
Opmerking 1
|
Namen van bekende plaatsen of personen kunnen ook voorafgegaan worden
door een bepaald lidwoord om aan te geven dat ze als uniek beschouwd
worden op een bepaald gebied. Voorbeelden:
|
(i)
|
Amsterdam, het Venetië van het Noorden, is aan het verzakken.
|
|
(ii)
|
Ik weet niet of we Julian Barnes de Shakespeare van deze tijd
moeten noemen, maar ik vind hem wel goed.
|
Vergelijk ook
.
|
|
Opmerking 2
|
Het gebruik van een onbepaald dan wel een bepaald lidwoord voor een
eigennaam die door een bijvoeglijke bepaling nader bepaald wordt,
vertoont subtiele verschillen in betekenis. Bij het gebruik van
een hebben we te maken met iets dat nog niet eerder
geïntroduceerd is: iets incidenteels, iets onverwachts; bij
de respectievelijk het daarentegen is er sprake
van iets dat wel al eerder geïntroduceerd is: iets permanents of iets dat
te verwachten is
. Vergelijk:
|
(ia)
|
Thuis troffen we een huilende Willy aan.
|
|
(ib)
|
Thuis troffen we de huilende Willy aan.
|
Zin (ib) kan alleen gebruikt worden als uit het
voorafgaande duidelijk is dat Willy huilt; in (ia) is het
huilen van Willy verrassend.
Ook in de volgende zinnen is een soortgelijk verschil aanwezig:
|
(iia)
|
En zo reden we op 14 mei een brandend Rotterdam binnen.
|
|
(iib)
|
En zo reden we op 14 mei het brandende Rotterdam binnen.
|
In (iia) wordt uitgedrukt dat Rotterdam op het moment van
het binnenrijden in brand staat; in (iib) is reeds eerder
sprake geweest van het feit dat Rotterdam op de bewuste datum in brand
stond.
In overeenstemming hiermee is het gebruik van het bepaald lidwoord bij
vaste, permanente, of als normaal ervaren eigenschappen. Zo zal men
aantreffen:
|
(iii)
|
de gebaarde Karl Marx
|
|
(iv)
|
de met zijn onafscheidelijke pijp afgebeelde Popeye
|
Maar wanneer het onverwachte, incidentele of als abnormaal ervaren
eigenschappen betreft, wordt bij voorkeur het onbepaalde lidwoord
gebruikt:
|
(v)
|
een opvallend stil Parijs
|
|
(vi)
|
een sombere Danny Kaye
|
De constituenten (v) en (vi) zijn alleen in
deze vorm mogelijk doordat ze iets afwijkends uitdrukken: Parijs is
zelden stil, Danny Kaye is normaliter niet somber.
|
|
|
|
|
|